Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Bob regelt een meeting met een toolkit

Bob is divisiedirecteur van een groot concern. Hij doet zijn best. Deze keer regelt hij een meeting met een heuse toolkit.

VAN Pieter poelstra
AAN Bob
ONDERWERP De Middle Management Najaarsmeeting

Dag Bob,
Ja, ik zeg maar meteen, Bob, waarom niet? Denk aan voornaam. Als in: belangrijk. Door meteen jouw voornaam te gebruiken, Bob, maak ik duidelijk dat ik jou belangrijk vind.
Zoals je weet ben ik te gast op jullie Middle Management Najaarsmeeting over twee weken en jouw hr-manager (Elly? Ellen? Esther? Ik ben helaas haar kaartje even kwijt) heeft me gevraagd in een mail aan jou te melden wat mijn plannen zijn.
Nou, Bob, dat zijn er véél. Bij mensen als ik, Bob, is het hoofd een continue brainstorm. Van jullie meeting maak ik ook een continue brainstorm. Ik zet jouw managers aan het denken. Maar ook aan het voelen, vragen, zoeken…
Ben je gelukkig? (Dat is geen vraag nu aan jou, Bob, maar een van de vragen die ik opwerp tijdens zo’n meeting.) Is wat je doet ook wat je wilt? Niet: wat voor leider wil jij zijn? Maar: wat voor mens ben jij?
Ik denk dat nu wel duidelijk is hoe zo’n middag verloopt. Ik noem het altijd een boost of mind & soul.
Pieter Poelstra
Human Management Trainer

Beste Pieter Poelstra,
Ik vrees dat er sprake is van een misverstand. Kennelijk heeft Astrid (zo heet onze hr-manager) je niet helemaal goed gebrieft. Op de laatste meetings hebben we nogal erg vaak in de spiegel moeten kijken en eigenlijk willen we dit keer iets pragmatisch, dat je als manager op zo’n middag dingen te horen krijgt waar je op de werkvloer ook iets mee kunt. Die behoefte is er na die laatste meetings nogal sterk. Ik wil u natuurlijk niet teleurstellen, maar de vraag is of u dan wel de geschikte persoon bent voor de aanpak die wij wensen.
Bob

Bob,
Ik ben juist gek op pragmatisme, Bob! En geloof me, dat voortdurend in de spiegel kijken, al dat navelstaren, dat gaat niet alleen jouw managers de keel uithangen, maar mij ook. Ja, die uitdaging die je me nu stelt, die grijp ik met beide handen aan. Ik denk dat ik de middag begin met het stukslaan van een spiegel, dan weten jouw mensen meteen welke kant het dit keer niet opgaat.
Het gaat nu alweer koken in mijn hoofd. Thema: denk als manager elke dag weer heel pragmatisch – what’s in it for me? Zet de egocentrist in jezelf centraal. Hoe klinkt dat ineens, Bob?
Pieter Poelstra
Human Management Trainer

Beste Pieter Poelstra,
Ja, dat klinkt stukken beter. Maar wordt het niet te veel ‘hoe word ik een rat?’-gedoe? Want dat hebben we al eens gehad en toen moesten we de hele middag allerlei dieren nadoen en dat vonden mensen verschrikkelijk. En is het ook wel van deze tijd? Is het niet zo dat na de kredietcrisis managers zich juist wat minder egocentrisch moeten opstellen?
Bob

Bob,
Ik snap précies wat je bedoelt, Bob. Maar dat is nou net de echte clou van mijn nieuwe workshop: what’s in it for me, ja oké, daar begint het mee. Maar dan laat ik jouw mensen ontdekken dat er alleen dan iets in it is voor hun als er ook iets in is voor hun collega’s… Ja, dat wist Plato al (die ik overigens niet zal noemen, ik voel dat zo’n Griek niet goed valt bij jouw mensen): het ik voelt zich beter als hij zijn omgeving beter maakt. Denk aan dieren die voor zichzelf zorgen door voor de hele kudde te zorgen. Maar dieren noem ik ook niet hoor, laat staan dat jullie ze na moeten doen, daar kan je nu alleen nog bij overheidsmanagers mee aankomen.
Zijn we er zo uit?
Pieter Poelstra
Human Management Trainer

Beste Pieter Poelstra,
Ik denk het wel. Oh ja, doe je ook een tool kit? Dat was een specifieke vraag vanuit de organisatie.
Bob

Bob,
Tuurlijk! Ik doe altijd een tool kit na afloop. Dat vertel ik ook altijd bij aanvang, dan hoeven mensen tijdens de workshop niet zo op te letten. Ik laat mijn team alles uitwerken, desnoods gaan ze 24/7 door.
Pieter

Wekelijks de nieuwsbrief van Werk en Leven ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Beste Pieter Poelstra,
Geweldig! Onze kennismaking begon wat ongemakkelijk, maar we zitten volgens mij nu echt op dezelfde golflengte. Tot op onze meeting!
Bob

Hoi Annie,
Vraag me niet hoe, maar we hebben eindelijk weer een opdracht binnen.
Kan jij het een en ander bij elkaar googelen over pragmatisch management? En kun je snel even een tool kit in elkaar zetten? En die dan wel apart op de factuur zetten?
Oh ja, nog een ding: in mijn standaard inleiding komt nog steeds Plato voor. Kun je dat vervangen door Louis van Gaal?
Dank je!
Pieter

Meer Bob de manager?

LinkedIn dwingt nu ook professionals in de iktatuur: heel zakelijk Nederland wordt vlogger

Sinds kort beloont LinkedIn het maken van videocontent, waardoor berichten met alleen maar tekst of foto’s minder opvallen. Ondernemers en ambitieuze professionals ontkomen al langer niet aan de iktatuur, maar dankzij LinkedIn worden we allemaal influencer – of we dat nou willen of niet.

linkedin vloggen video
Foto: Getty Images

Menig founder zal onderschrijven dat het aan het begin van een onderneming belangrijk is om ‘kabaal te maken’: zoveel mogelijk mensen laten weten dat je bedrijf bestaat.

Ook ambitieuze professionals werken aan het personal brand. Meer zichtbaarheid zorgt voor een opvallender profiel dan andere kandidaten voor dezelfde vacature. Wie zich wel eens online manifesteert, herkent deze digitale spagaat: het is vrijwel onmogelijk om online helemaal jezelf te zijn.

Schrijver Bas Heijne verwoordde dat mooi in NRC: ‘We leven allemaal in een aandachtscultuur. Je wil jezelf laten zien, aandacht vragen voor iets dat je hebt gemaakt of meegemaakt, iets verkopen of applaus krijgen. Het is een constante competitie in een overvolle arena.’

‘Wie de blik van anderen wil vangen in de digitale wereld, moet zichzelf of zijn waar een beetje aantrekkelijk ensceneren, alsof je een podium beklimt voor een publiek of een studio binnenloopt waarin je alle camera’s op je gericht weet. Je bent het zelf, maar net even anders.’

De digitale dorpspomp

Dat betekent overigens niet dat de hele Zuidas alleen maar bezig is met het maken van TikTok-filmpjes. Kenniswerkers verzamelen zich doorgaans rondom de digitale dorpspomp LinkedIn.

Successen worden er gevierd (‘ik ben dankbaar voor), kwetsbaarheid geveinsd (‘lang getwijfeld of ik dit zou delen) en bescheidenheid getracht (‘mag bekend maken dat’). Zo blijkt maar weer: elk platform heeft eigen mores en jargon. Het zijn stijlregels die dankbaar worden gepersifleerd:

Elke ondernemer of ambitieuze professional wordt uiteindelijk in enige mate (LinkedIn-)influencer, of-ie dat nou wil of niet. Het is de iktatuur: de dictatuur van het ik, dat gezien, gevierd en gedeeld moet worden.

Race to the bottom

Bedrijfspagina’s bereiken namelijk minder gebruikers dan persoonlijke profielen. Tesla heeft zo’n 20 miljoen volgers op X; Elon Musk heeft er 200 miljoen. Mensen doen liever zaken met andere mensen dan met een organisatie; marketeers noemden dat human-to-human-marketing (die term mag je briljant en/of vreselijk vinden).

Het Ik heeft dankzij sociale media een steeds belangrijkere plek in de maatschappij, bewijst ook de verkiezing van Time’s Person of the Year in 2006: You.

LinkedIn staat bekend als een ethischer platform dan X, Facebook, Instagram en TikTok. Het zakelijke sociale medium investeert in een serieuze redactie, drijft niet op polarisatie (zoals X), verpest het zelfbeeld van kinderen niet (Facebook en Instagram) en maakt jongeren niet binnen een half uur moedwillig verslaafd (TikTok). Maar ook LinkedIn is sinds kort gevangen in de race to the bottom om aandacht en schermtijd.

LinkedIn volgt

TikTok groeide als kool, omdat korte filmpjes ervoor zorgen dat gebruikers langer in de app blijven. Jaloers op het succes van TikTok, lanceerde Instagram een soortgelijke feature: Reels. En YouTube ‘bedacht’ Shorts.

Sinds een maand volgt LinkedIn het voorbeeld van andere platformen en beloont makers van videocontent met meer bereik. Anekdotisch bewijs: mijn video’s krijgen 100.000 views, berichten met alleen tekst zo’n 1.000 kijkers (!).

Dankzij video’s blijven meer mensen langer op LinkedIn, zodat Microsoft (eigenaar van LinkedIn) meer advertenties verkoopt en dus meer aandeelhouderswaarde creëert. Kapitalisme en technologie schudden elkaar de hand in het ooit idealistische Silicon Valley.

Meer engagement met vloggen

Daarom mag verwacht worden dat elke ingenieuze ingeving van andere platformen wordt overgenomen door LinkedIn. Het brengt ons op de vraag of YouTube het voorland is van LinkedIn.

Wordt zakelijk Nederland niet alleen influencer, maar na verloop van tijd ook vlogger? Waren de TikTok-dansjes van ceo’s niet cringe genoeg? Volgens LinkedIn leveren video’s 1,4 keer meer engagement op dan andere formats op LinkedIn.

Frankwatching raadt aan een video niet langer te laten duren dan 90 seconden. Met andere woorden: lovenswaardig dat jouw bedrijf bezig is met een relativiteitstheorie 2.0, maar als het niet in een filmpje past van anderhalve minuut jammer dan.

De schaamte ervaren

Heijne, wederom, weet wat ondernemers en managers te wachten staat: ‘En dus moet je je positie voortdurend bevechten. Dat verklaart de verslaving aan clicks en likes, de behoefte om gezien te worden.’

‘Die verleiding om gezien te willen worden is onweerstaanbaar, maar ook is er schaamte – schaamte voor je eigen berekendheid, de al te opzichtige behoeftigheid, het alledaagse exhibitionisme van het kijk-toch-even-naar-mij.’ Schaamte die we allemaal, vroeger of later, ervaren als we voor LinkedIn onze camera in selfiestand zetten.

Meer lezen van Aaron Mirck:

De Vegetarische Slager te koop: nu maar hopen dat de nieuwe eigenaar impact centraal stelt

Plant-based 'vlees’ normaliseren. Met dat doel verkochten de oprichters van De Vegetarische Slager hun bedrijf in 2018 aan Unilever. Nu staat het merk naar verluidt in de etalage wegens te weinig winstperspectief. Dat belooft volgens strateeg Peter Depauw weinig goeds voor de plantaardige missie.

de vegetarische slager unilever
Wat als De Vegetarische Slager steward-owned zou zijn, vraagt impactstrateeg Peter Depauw zich af. Foto: Yuriko Nakao/Getty Images

De Vegetarische Slager slingert alweer naar de volgende eigenaar. ‘Te weinig winstperspectief’, klinkt het bij moederbedrijf Unilever, dat dit jaar op een operationele winst van zo’n 11 miljard euro afstevent. Met de verkoop van een aantal kleinere merken wil het concern geld vrijmaken om de dertig ‘topmerken’ verder te laten groeien. Richting nog meer winst per aandeel, wellicht.

Wat betekent dat voor de – ooit zo beloftevolle – missie van De Vegetarische Slager?

Terug naar 2018, toen de founders van het hippe bedrijf Those Vegan Cowboys het merk voor zo’n 30 miljoen euro aan Unilever verkochten. Het leek hen – negende generatie boeren en grote vleesliefhebbers die zelf vegetariër werden – de beste garantie op het realiseren van hun missie: plant-based voeding normaliseren. Wat meespeelde bij die keuze, is dat toenmalige Unilever-ceo Paul Polman duurzaamheid heel belangrijk vond. Een weloverwogen keuze dus.

Lees ook: De wereld heeft 2 dingen nodig, zegt Paul Polman: ‘Moedige leiders en meer bomen’

Tot de aandeelhouders van Unilever die focus op duurzaamheid toch wat radicaal gingen vinden. Weg met die visionaire ceo. Polmans aanpak bleek niet opgewassen tegen de dynamiek van de financiële markten. Het mantra van winstperspectief kreeg wederom de overhand: shareholder primacy for the win.

Tijdperk van aandeelhouders

Fast forward naar vandaag. Na zes jaar krijgt De Vegetarische Slager mogelijk opnieuw een nieuwe eigenaar. Maar welke? En met welke gevolgen? Moeten we hopen of zelfs smeken dat dit nu op een plek terecht komt waar impact wél centraal staat? Het risico dat het merk opnieuw in handen valt van een eigenaar die aandeelhouderswaarde boven alles stelt, is bijzonder groot.

De multinationals die ons wereldtoneel domineren, zijn nu eenmaal gevormd door het tijdperk van de aandeelhouders. En als 11 miljard euro winst niet genoeg is, hoeveel dan wel?

Grote concerns zoals Unilever hebben onmiskenbaar de middelen – en de beste positie in de winkelrekken – om duurzame merken naar een groter publiek te brengen. Toch sturen ze vooral op winst, niet op impact.

Unilever blijft haar portfolio van kleine merken verkleinen om meer ruimte te maken voor de cash cows. Ook Unox en Conimex staan in de etalage, net als ijsmerk Ben & Jerry’s. Nog zo’n merk op ‘mission-drift’, dat is afgedreven van de missie waarmee het werd opgericht.

Lees ook: Unilever slankt de voedingstak af: de strategie is ‘minder, beter en meer impact’

Opmerkelijk is dat Unilever recent nog triomfantelijk aankondigde om komend jaar 1,5 miljard euro uit de verkoop van plantaardige producten te halen, en daarmee de CO2-uitstoot te verminderen. Het kan verkeren.

Klassieke eigenaarsmodellen

Dit soort voorbeelden doen me pijn. Als strateeg bij adviesbureau S&L heb ik ze de voorbije jaren meer zien opduiken bij impact-ondernemingen. Ik zag hoe prachtige impactvolle ondernemingen met regeneratieve businessmodellen uiteindelijk toch voor klassieke eigenaarsmodellen kozen.

Dat proces gaat in stappen. Eerst neemt de druk van investeerders toe, een stap die hand in hand gaat met snelle groei. Vervolgens geven oprichters gedurende die groeispurt – soms zonder dat ze het zelf echt doorhebben – de controle uit handen. Om uiteindelijk te concluderen dat er aan het einde van de rit meer wordt gestuurd op aandeelhouderswaarde dan op impact.

Kortom: mission-drift. Dit fenomeen kan optreden wanneer het slecht gaat en een bedrijf naar overlevingsmodus schakelt, maar ook wanneer het goed gaat en een aanlokkelijke exit in het verschiet ligt. Op zich zijn groei en winstgevendheid niet verkeerd. Maar dit soort verhalen leerden me dat de eigendomsstructuur de belangrijkste factor is voor een bedrijf om op lange termijn de maatschappelijke doelen na te blijven streven.

De keuze voor een eigenaarsstructuur is geen bijzaak. Het is een fundamentele beslissing die de toekomst van een bedrijf bepaalt. Alternatieve modellen van eigenaarschap, zoals steward-ownership, laten zien dat groei en missiegerichtheid hand in hand kunnen gaan.

Missie verankeren

Stel je voor dat een bedrijf als De Vegetarische Slager steward-owned zou zijn. Dat de missiegerichtheid voor eens en altijd verankerd zou worden, zonder risico’s op overname van speculatieve aandeelhouders. Dat het bedrijf onafhankelijk en op de lange termijn zou kunnen sturen, zonder in conflict te komen met financiële prikkels. Dat winst de missie nog meer (en altijd) zou dienen, in plaats van continu te worden weggetrokken door de aandeelhouders.

Lees ook: Unilever en Shell laten oren hangen naar de aandeelhouders, en dat is niet zonder risico

Het fijne aan steward-ownership is dat het groei niet in de weg hoeft te staan. Want soms is groeien wel degelijk de beste weg naar meer impact. En net dan is eigenaarschap de crux. Steward-ownership kan als alternatief model veel betekenen om een impactvolle economie echt mainstream te maken. Door stemrecht en financieel recht te splitsen.

‘De verkoop Vegetarische Slager zegt meer over eigenaar Unilever dan over toekomst vleesvervangers’, kopte de Volkskrant terecht. Want – no surprise – ook Unilever zit vast in het oude paradigma. Winstmaximalisatie is een soort magnetisch veld, waar bedrijven eerder vroeg dan laat naartoe getrokken worden: the only business of business is business.

Terwijl ik steeds meer geloof in een ander mantra: a business can be a prototype of the world you want to live in. Het is hoog tijd dat we anders gaan denken over eigenaarschap. Tijd voor steward-ownership als ultieme garantie op missiegerichtheid.