Het woord ‘manager’ is de afgelopen decennia uitgegroeid tot een statussymbool. Het lijkt wel alsof je pas écht belangrijk werk doet als je ‘manager’ achter je functietitel plakt. Dat gebeurt dan ook te pas en te onpas.
Een secretaresse heet nu een office manager. De receptionist? Front office manager. En klantenservice? Customer experience manager. Loopt je functie niet zo lekker? Geen zorgen, plak er gewoon ‘manager’ achter en het lijkt vanzelf goed te komen.
Voor veel generaties is het woord ‘manager’ nog steeds een symbool van prestige, autoriteit en belangrijk zijn. Maar de jongeren van nu nemen daar het liefst zo snel mogelijk afscheid van.
Lees ook: Wie mensen commandeert en controleert, vertrouwt eigenlijk zichzelf niet
Hun ideale leidinggevende is geen baas die dicteert, maar een inspirerende coach die ondersteunt. Iemand die de weg wijst, niet de dienst uitmaakt. En vooral: iemand die emotioneel beschikbaar is.
Niet ‘lastig’ of ‘zwak’
Wat ze daarmee bedoelen? Heel simpel: een leidinggevende bij wie je kunt binnenlopen als er privé iets speelt, zonder dat je als ‘lastig’ of ‘zwak’ wordt gezien. Of zoals ze het zelf verwoorden: ‘Als er privé iets speelt, wil ik dat kunnen delen met mijn leidinggevende, zonder oordeel. Dat er begrip is. Dat mijn emoties er mogen zijn.’
Begrip en empathie zijn dan ook eigenschappen die ze veelvuldig naar voren schuiven als antwoord op de vraag naar hun ideale leidinggevende, blijkt uit eigen onderzoek onder 30 organisaties. Maar die behoefte aan aandacht en verbinding is er niet alleen als het slecht gaat. De grootste frustratie? Leidinggevenden die altijd ‘druk’ zijn. Druk met vergaderingen. Druk met KPI’s. Druk met alles, behalve met hun team.
Terwijl Gen Z juist behoefte heeft aan contactmomenten. Geen afstandelijke maandelijkse update of een formeel functioneringsgesprek, maar gewoon, op de werkvloer. Een treffend voorbeeld? ‘Mijn leidinggevende vraagt bijvoorbeeld op maandagochtend niet eens hoe mijn weekend is geweest,’ zei een gedemotiveerde twintiger die snakte naar verbinding.
Andere opvoeding
Dit is precies waar het generatieverschil op de werkvloer zichtbaar wordt. De ouders van Gen Z hebben hun kinderen namelijk net iets anders opgevoed dan voorgaande generaties.
Sociaal-psycholoog Aart Bontekoning, die meer dan 185 onderzoeksessies had met ouders van Gen Z, zag een duidelijke verschuiving: ouders zijn meer naast hun kinderen gaan staan in plaats van erboven. De ouder-kindrelatie werd gelijkwaardiger en emoties kregen meer ruimte. Waar eerdere generaties leerden dat gevoelens tonen ‘zwak’ was, groeide Gen Z juist op met het idee dat emoties er mogen zijn – en gedeeld kunnen worden.
Lees ook: Waarom je juist wél emoties moet tonen: ‘Voor die leiders werken medewerkers het liefst’
Het interessante aan deze bevinding is dat Gen Z-ouders, die op de werkvloer vaak leidinggeven aan collega’s in de leeftijd van hun kinderen, op hun werk blijven hangen in een zakelijkere, oppervlakkigere en hiërarchische structuur – terwijl ze thuis juist veel meer verbinding en openheid tonen.
Net zoals thuis
Hoe willen jongeren dan wél gemanaged worden? Het antwoord is bijna altijd hetzelfde: net zoals door hun ouders thuis. Door iemand die ze ondersteunt, persoonlijk contact maakt en samen met ze onderzoekt waarin ze uitblinken en waar nog groeikansen liggen.
Kort samengevat: eigenlijk zoeken ze vooral een collega met ervaring die ze motiveert én inspireert. Iemand die de weg wijst, bijspringt als het mis dreigt te gaan en successen samen viert. Maar ook iemand die tijdig – en het liefst één-op-één – laat weten wanneer iets beter kan.
Iemand met kennis van zaken. Geen blabla, geen titels, maar daadwerkelijke competentie. Generatie Z beoordeelt een leidinggevende niet op jaren ervaring of een indrukwekkende functietitel, maar op wat diegene daadwerkelijk presteert. En vooral: of ze het zelf ooit ook zo zouden willen doen.
En misschien wel het meest opvallende? Een groot deel van Gen Z heeft helemaal geen ambitie om zelf manager te worden. Voor hen draait werk niet om macht of een titel, maar om blijven leren in een veilige omgeving met fijne collega’s. Hoogste tijd dus voor een andere kijk op leiderschap: niet als statussymbool, maar als de vaardigheid om anderen te laten groeien.
Lees ook deze columns van Laura Bas over generatie Z:
- Generatie Z is snel afgeleid – en niemand durft het te bespreken
- De meeste vacatures zeggen: Generatie Z, kom hier niet werken!
- Ja, Gen Z verwacht een hoog salaris – en dat is niet meer dan terecht
- Generatie Z lui? Nergens zijn zoveel jonge mensen aan het werk als in Nederland