Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Ze weigerde Nazi’s als klant – het verhaal van Nederlands eerste vrouwelijke tech-ondernemer

Ze redde onderduikers, weigerde voor de Nazi's te werken en was haar tijd ver vooruit met personeelsbeleid. Toch eindigde Lili Bleeker in een naamloos graf. Dit is het bijzondere verhaal van een briljant natuurkundige, die eigenlijk een Nobelprijs had moeten krijgen.

lili bleeker ondernemer
Lili Bleeker en Frits Zernike zijn samen de uitvinder van de fasecontrastmicroscoop, maar alleen Zernike kreeg daarvoor de Nobelprijs.

In 1897 wordt Caroline Emilie Bleeker geboren in Middelburg, maar al snel wordt ze Lili genoemd. Ze is het vijfde kind en de jongste van het gezin. En dus is haar pad eigenlijk al uitgestippeld: thuis blijven helpen in de huishouding.

Maar dat ziet Lili niet zitten. Ze blijkt aardig pienter te zijn en ze wil leren. Tegen de zin van haar moeder gaat ze naar de HBS. De jongens-HBS nog wel, want ze wil daarna naar de universiteit om wiskunde te studeren en de meisjes-HBS bereidt haar daar niet op voor.

Na haar studie wiskunde doet ze ook nog natuurkunde. Ze studeert cum laude af, krijgt een promotieplek aangeboden en ook die rondt ze cum laude af in 1928. De meest logische vervolgstap lijkt dan een baan op de universiteit. Alleen was in 1924 in Nederland een nieuwe wet in werking getreden die het getrouwde vrouwen onder de 45 jaar verbood om te werken bij een overheidsinstantie en dus ook universiteiten.

En dus gaat Bleeker dan maar ongehuwd samenwonen met haar geliefde, ongekend voor die tijd. Ze worstelt om voor een baas te moeten werken en in 1930 besluit ze om haar eerste eigen bedrijf op te richten: het Physisch Adviesbureau. Ze werkt samen met allerlei laboratoria door het hele land en vormt daarmee een inspiratie voor anderen om het huidige TNO op te zetten.

De eerste startup van Lili Bleeker

Het adviesbureau groeit al snel uit tot een kleine fabriek en ze krijgt een kick van ‘onmogelijke’ opdrachten. Die krijgt ze toch voor elkaar door heel snel nieuwe producten te ontwikkelen en hiervoor nachten door te trekken. Als ze vervolgens haar bedrijf uitbreidt met een optische afdeling die lenzen, microscopen en verrekijkers maakt, bloeit haar bedrijf als nooit tevoren.

Maar als de Tweede Wereldoorlog begint, krijgt ze het steeds moeilijker. Ze weigert om spullen aan de Nazi’s te leveren. Toch houdt ze de fabriek open, want ze herbergt er Joodse onderduikers. Als in 1944 de Nazi’s binnenvallen, houdt ze hen met haar vloeiende Duits net lang genoeg aan de praat om alle Joden te kunnen laten ontsnappen.

Uiteindelijk wordt het haar te heet onder de voeten, want ze levert verrekijkers aan het verzet en bovendien wordt haar fabriek gebruikt om drukproeven voor de illegale uitgeverij De Bezige Bij te maken. Maar vooral het gedwongen moeten leveren aan de Nazi’s wil ze koste wat kost vermijden en dus duikt ze onder. De fabriek wordt gesloten, maar ze blijft haar mensen doorbetalen.

Opkrabbelen en doorgaan

Na de oorlog keert ze terug naar haar fabriek en ziet dat die is leeggeroofd en helemaal kort en klein geslagen. Ze begint opnieuw en krijgt hulp van haar voormalige personeel die bijna allemaal de oorlog hebben overleefd. Met veel vindingrijkheid tuigen ze samen het bedrijf weer op. Haar grootste concurrenten in Duitsland liggen nog stil en ze grijpt die kans met beide handen aan. Het bedrijf groeit al snel uit zijn jasje en in 1949 wordt de nieuwe fabriek officieel geopend door de minister van Economische Zaken.

Voor de oorlog werkte Bleeker samen met Frits Zernike, hoogleraar in de natuurkunde en beroemd om zijn werk in de optica, aan de ontwikkeling van een fasecontrastmicroscoop. Daarmee kunnen bijvoorbeeld levende cellen worden bestudeerd en hoeven die niet eerst doodgemaakt te worden.

Die samenwerking blazen ze nieuw leven in en het lukt Bleeker om het idee van Zernike te vertalen naar een goed werkend instrument. Het blijkt een baanbrekende innovatie te zijn waar ze samen het octrooi op hebben, maar alleen Zernike wordt ervoor beloond met een Nobelprijs voor de Natuurkunde in 1953.

Vergeten

Het bedrijf floreert en in haar aannamebeleid streeft Bleeker naar een vrouw-manverhouding van 50-50. Ze blijft gedreven werken, altijd met het belang van de wetenschap voorop. De concurrentie rukt op en haar wordt verweten niet commercieel genoeg te zijn.

Ook komt er commentaar op de manier waarop ze haar bedrijf runt. Zo wil ze dat haar medewerkers het fijn hebben en zorgt ze onder andere voor onderwijs, puzzeltochten en concerten. Eigenlijk was ze daarmee haar tijd dus juist ver vooruit.

Uiteindelijk gaat ze met pensioen op haar 66e. Jaren later overlijdt haar levenspartner en niet lang daarna krijgt ze ernstige alzheimer. Niemand in haar omgeving weet iets van haar bijzondere leven en als ze sterft, komt ze in een naamloos graf terecht.

Rebella pur sang

Al op jonge leeftijd werd duidelijk dat Bleeker zich niet zomaar zou conformeren aan wat de maatschappij van haar verlangde. Ze durfde voor zichzelf op te komen en wenste geen posities beneden haar stand aan te nemen of voor minder salaris hetzelfde werk als haar mannelijke collega’s te doen.

Ze had visie en was pragmatisch tegelijkertijd. Een echte aanpakker, die kansen creëerde en aanpakte waar ze maar kon. Met haar nieuwsgierigheid, creativiteit en lef wist ze, tegen alle verwachtingen in en ondanks de pittige tegenslagen, haar bedrijf te laten floreren. Ze liet zich consistent leiden door haar sterke morele kompas waardoor ze nooit schroomde om de moeilijke, maar juiste keuzes te maken.

Kortom, een echte rebella en een ondernemer waar menigeen vandaag de dag nog wat van kan leren.

Lees ook deze columns van Simone van Neerven: