Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Advertorial: NS

 

Meer bedrijven via en met NS naar andere mobiliteitsvormen

Mobiliteit verbeteren, verhogen van productiviteit, milieubewust acteren en tegelijkertijd geld en administratieve rompslomp besparen. Dat kan door de faciliteiten van NS te betrekken bij het zakelijke reisverkeer.

 

 

Werknemers stimuleren om meer met de trein te reizen blijkt een financieel aantrekkelijke optie. Zakelijk reizen met de trein tijdens werktijd is interessant, omdat reistijd daardoor voor een deel (declarabele) werktijd kan zijn. Daarnaast kunnen organisaties, die alle handling rond het reizen met het openbaar vervoer (ov) door de NS-organisatie laten verzorgen, besparen op administratieve fte's.

Voor het Nederlandse bedrijfsleven onderkent NS twee vormen van reizen: het woon-werkverkeer en het verkeer voor zakelijke doeleinden, oftewel het reizen onder werktijd. "Voor beide vormen van zakelijk reizen bieden wij producten en oplossingen die daadwerkelijk houtsnijden ten aanzien van kostenbesparingen, maatschappelijk verantwoord ondernemen en vermindering van de administratieve lasten", vertelt Arjen Huizinga, directeur zakelijke markt NS. Een toenemend aantal bedrijven onderkent deze bewering, blijkt uit de cijfers van NS. De groei vanuit de zakelijke markt ligt een factor twee hoger dan die vanuit de consumentensector.

Mobiliteitsscan

Organisaties die interesse hebben in de oplossingen die NS voor het woon-werkverkeer biedt, kunnen vrijblijvend gebruikmaken van de NS Mobiliteitsscan. Hierbij zet NS het totale personeelsbestand tegenover een aantal variabelen en wordt zichtbaar hoeveel medewerkers voor het woon-werkverkeer de auto kunnen verruilen voor de trein, inclusief de kostenbesparingen die dat oplevert. "Vooral veel commerciële bedrijven worstelen met de vraag hoe ze op een slimme manier stappen kunnen zetten ten aanzien van mobiliteitsveranderingen. Deze scan is een echte eyeopener. Je ziet dat er voor hetzelfde of zelfs een lager kostenniveau stappen te zetten zijn in de mobiliteit én de energiedoelstelling."

Huizinga lardeert dit met een praktisch voorbeeld van een bedrijf met 500 medewerkers, van wie er 100 twee keer per week een autorit van 15 kilometer maken die met de trein te realiseren is. Dit levert een besparing op van 25.000 euro per jaar, omdat een autokilometer 28 cent kost en een treinkilometer slechts 15 cent.

Huizinga: "Het belangrijkste bij de Mobiliteitsscan is dat we vanuit het personeelsbestand een advies opstellen over welke medewerkers het woon-werkverkeer met het openbaar vervoer kunnen doen. Bij de Rabobank bijvoorbeeld bleek uit de scan dat 18% van het personeelsbestand zonder probleem op het openbaar vervoer kon overstappen, maar dat dit voor 46% geen interessante optie was vanwege het niet optimale voor- en natransport. Deze percentages liggen natuurlijk bij iedere organisatie anders. Maar, ik weet zeker dat veel werkgevers echt verrast zullen zijn over de uitkomsten van een NS Mobiliteitsscan en de mogelijkheden die NS biedt voor het woon-werkverkeer."

Zorgeloos woon-werkverkeer

NS kan voor werkgevers bovendien als serviceprovider functioneren. Er is de mogelijkheid tot gebruikmaken van NS-backofficefaciliteiten, maar ook tot ondersteuning in de communicatie richting medewerkers over de nieuwe mobiliteitsaanpak.

Bank ING besloot alle medewerkers de mogelijkheid van een ov-jaarkaart te bieden en tevens gebruik te maken van deze faciliteiten van NS. Zo'n 12.000 ING'ers bezitten inmiddels een ov-jaarkaart en de hele operatie is kostenneutraal verlopen. "De hogere kosten van de ov-jaarkaartabonnementen zijn bij ING volledig gecompenseerd door administratieve besparingen. Alle aanvragen van abonnementen, verplaatsingen binnen de organisatie en declaraties van zakelijke dienstreizen verlopen via NS. Dat scheelt ING zeven fte's voor de administratieve ondersteuning. Bijkomend voordeel van een ov-jaarkaart is dat dit een prima secundaire arbeidsvoorwaarde voor medewerkers is, omdat ze ook voor privéreizen gratis gebruik kunnen maken van dit abonnement", vertelt Huizinga.

NS-Business Card

Een toenemend aantal organisaties neemt ook economische beslissingen voor wat betreft het reizen onder werktijd. NS biedt hiervoor de NS-Business Card. "De NS-Business Card is specifiek voor de zakelijke reiziger en biedt meer dan een ov-jaarkaart. Met deze kaart betaal je de totale reis, inclusief voor- en natransport. Je kunt er taxi's mee boeken, een OV-fiets mee huren en gebruikmaken van NS-EasyDrive, waardoor er een auto klaarstaat. Parkeerkosten betaal je met deze kaart, maar je kunt er ook NS Hispeed-vergaderruimtes mee boeken. Organisaties ontvangen één keer per maand een factuur van NS met daarop alle reisbewegingen gespecificeerd", verduidelijkt Huizinga.

Klant Vodafone bijvoorbeeld, met in Nederland een hoofdkantoor in Maastricht en Amsterdam, heeft tussen deze twee kantoren aardig wat kilometers te overbruggen, die bovendien over een filegevoelig traject gaan. Om veel autorijden te voorkomen én om de reistijd voor een deel als werktijd te kunnen benutten, maakt de organisatie gebruik van de NS-Business Card. Van de 300 Amsterdamse medewerkers ruilde zelfs 85% de leaseauto in voor de NS-Business Card. Vodafone ziet hierdoor bovendien de doelstelling die ze zichzelf gesteld heeft op het gebied van duurzaam ondernemen dichterbij komen.

Voor werkgevers is door de NS-Business Card in één oogopslag duidelijk wat werknemers gebruiken aan vervoer en andere faciliteiten. De losse declaraties en de verwerking daarvan zijn verleden tijd en ook dat spreekt de markt aan. Het gebruik van de NS-Business Card vertoont dan ook een sterke groei. Eind 2008 waren er 56.000 kaarten in omloop en in 2009 verwacht NS te eindigen op 90.000 kaarten.

NS Reizigers

Laan van Puntenburg 100, 3511 ER Utrecht

Postbus 2025, 3500 HA Utrecht

Telefoon: (035) 235 91 11

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

E-mail: [email protected]

www.ns.nl

Generatie Z is snel afgeleid – en niemand durft het te bespreken

Premium - Jonge medewerkers worstelen met hun focus - met een schermtijd op sociale media van gemiddeld 3,5 uur per dag is dat geen verrassing. Maar wijs niet te snel met de vinger, schrijft Gen Z-expert Laura Bas. Dit is nog maar het begin van een veel groter probleem.

laura bas generatie z focus

Gratis verder lezen?

Maak snel en eenvoudig een gratis account en krijg toegang tot premium artikelen.

Of heb je al een account? Log dan in.

Om dit bericht te kunnen lezen moet je ingelogd zijn

Vestibulum id ligula porta felis euismod semper. Donec ullamcorper nulla non metus auctor fringilla. Duis mollis, est non commodo luctus, nisi erat porttitor ligula, eget lacinia odio sem nec elit. Donec id elit non mi porta gravida at eget metus.

Integer posuere erat a ante venenatis dapibus posuere velit aliquet. Morbi leo risus, porta ac consectetur ac, vestibulum at eros. Etiam porta sem malesuada magna mollis euismod. Curabitur blandit tempus porttitor. Maecenas sed diam eget risus varius blandit sit amet non magna.

LinkedIn dwingt nu ook professionals in de iktatuur: heel zakelijk Nederland wordt vlogger

Sinds kort beloont LinkedIn het maken van videocontent, waardoor berichten met alleen maar tekst of foto’s minder opvallen. Ondernemers en ambitieuze professionals ontkomen al langer niet aan de iktatuur, maar dankzij LinkedIn worden we allemaal influencer – of we dat nou willen of niet.

linkedin vloggen video
Foto: Getty Images

Menig founder zal onderschrijven dat het aan het begin van een onderneming belangrijk is om ‘kabaal te maken’: zoveel mogelijk mensen laten weten dat je bedrijf bestaat.

Ook ambitieuze professionals werken aan het personal brand. Meer zichtbaarheid zorgt voor een opvallender profiel dan andere kandidaten voor dezelfde vacature. Wie zich wel eens online manifesteert, herkent deze digitale spagaat: het is vrijwel onmogelijk om online helemaal jezelf te zijn.

Schrijver Bas Heijne verwoordde dat mooi in NRC: ‘We leven allemaal in een aandachtscultuur. Je wil jezelf laten zien, aandacht vragen voor iets dat je hebt gemaakt of meegemaakt, iets verkopen of applaus krijgen. Het is een constante competitie in een overvolle arena.’

‘Wie de blik van anderen wil vangen in de digitale wereld, moet zichzelf of zijn waar een beetje aantrekkelijk ensceneren, alsof je een podium beklimt voor een publiek of een studio binnenloopt waarin je alle camera’s op je gericht weet. Je bent het zelf, maar net even anders.’

De digitale dorpspomp

Dat betekent overigens niet dat de hele Zuidas alleen maar bezig is met het maken van TikTok-filmpjes. Kenniswerkers verzamelen zich doorgaans rondom de digitale dorpspomp LinkedIn.

Successen worden er gevierd (‘ik ben dankbaar voor), kwetsbaarheid geveinsd (‘lang getwijfeld of ik dit zou delen) en bescheidenheid getracht (‘mag bekend maken dat’). Zo blijkt maar weer: elk platform heeft eigen mores en jargon. Het zijn stijlregels die dankbaar worden gepersifleerd:

Elke ondernemer of ambitieuze professional wordt uiteindelijk in enige mate (LinkedIn-)influencer, of-ie dat nou wil of niet. Het is de iktatuur: de dictatuur van het ik, dat gezien, gevierd en gedeeld moet worden.

Race to the bottom

Bedrijfspagina’s bereiken namelijk minder gebruikers dan persoonlijke profielen. Tesla heeft zo’n 20 miljoen volgers op X; Elon Musk heeft er 200 miljoen. Mensen doen liever zaken met andere mensen dan met een organisatie; marketeers noemden dat human-to-human-marketing (die term mag je briljant en/of vreselijk vinden).

Het Ik heeft dankzij sociale media een steeds belangrijkere plek in de maatschappij, bewijst ook de verkiezing van Time’s Person of the Year in 2006: You.

LinkedIn staat bekend als een ethischer platform dan X, Facebook, Instagram en TikTok. Het zakelijke sociale medium investeert in een serieuze redactie, drijft niet op polarisatie (zoals X), verpest het zelfbeeld van kinderen niet (Facebook en Instagram) en maakt jongeren niet binnen een half uur moedwillig verslaafd (TikTok). Maar ook LinkedIn is sinds kort gevangen in de race to the bottom om aandacht en schermtijd.

LinkedIn volgt

TikTok groeide als kool, omdat korte filmpjes ervoor zorgen dat gebruikers langer in de app blijven. Jaloers op het succes van TikTok, lanceerde Instagram een soortgelijke feature: Reels. En YouTube ‘bedacht’ Shorts.

Sinds een maand volgt LinkedIn het voorbeeld van andere platformen en beloont makers van videocontent met meer bereik. Anekdotisch bewijs: mijn video’s krijgen 100.000 views, berichten met alleen tekst zo’n 1.000 kijkers (!).

Dankzij video’s blijven meer mensen langer op LinkedIn, zodat Microsoft (eigenaar van LinkedIn) meer advertenties verkoopt en dus meer aandeelhouderswaarde creëert. Kapitalisme en technologie schudden elkaar de hand in het ooit idealistische Silicon Valley.

Meer engagement met vloggen

Daarom mag verwacht worden dat elke ingenieuze ingeving van andere platformen wordt overgenomen door LinkedIn. Het brengt ons op de vraag of YouTube het voorland is van LinkedIn.

Wordt zakelijk Nederland niet alleen influencer, maar na verloop van tijd ook vlogger? Waren de TikTok-dansjes van ceo’s niet cringe genoeg? Volgens LinkedIn leveren video’s 1,4 keer meer engagement op dan andere formats op LinkedIn.

Frankwatching raadt aan een video niet langer te laten duren dan 90 seconden. Met andere woorden: lovenswaardig dat jouw bedrijf bezig is met een relativiteitstheorie 2.0, maar als het niet in een filmpje past van anderhalve minuut jammer dan.

De schaamte ervaren

Heijne, wederom, weet wat ondernemers en managers te wachten staat: ‘En dus moet je je positie voortdurend bevechten. Dat verklaart de verslaving aan clicks en likes, de behoefte om gezien te worden.’

‘Die verleiding om gezien te willen worden is onweerstaanbaar, maar ook is er schaamte – schaamte voor je eigen berekendheid, de al te opzichtige behoeftigheid, het alledaagse exhibitionisme van het kijk-toch-even-naar-mij.’ Schaamte die we allemaal, vroeger of later, ervaren als we voor LinkedIn onze camera in selfiestand zetten.

Meer lezen van Aaron Mirck:

Waarom we regels breken: lef, noodzaak of rebellie?

Regels bieden structuur, veiligheid en duidelijkheid. Toch zijn er momenten waarop mensen bewust besluiten ze te overtreden. Soms uit overtuiging, soms uit noodzaak, en soms simpelweg omdat de regels als onzinnig worden ervaren. Maar wat drijft ons om de ene regel strikt te volgen en de andere te negeren, vraagt innovatie-expert Simone van Neerven zich af.

Uit onderzoek blijkt dat creatievelingen vaker buiten de lijntjes kleuren dan anderen. Foto: Getty Images

Op 20 april 2006 wordt Thomas van der Bijl, een belangrijke getuige in de strafzaak tegen Willem Holleeder, om negen uur in de ochtend doodgeschoten in een café in Amsterdam-West. Een getuige ziet de twee daders de kroeg uit rennen en ze iets weggooien in de gracht. Na een paar duikpogingen vindt de politie uiteindelijk een wapen. Het protocol is dan dat het wapen wordt opgevist en in een bak met water uit die gracht voor nader onderzoek naar het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) ver buiten Amsterdam wordt gebracht.

Maar John Pel, die het forensisch onderzoek op het plaats delict leidde, was bang dat eventueel DNA dat op het wapen zat verloren zou gaan door het geklots van het water in die bak tijdens de rit naar het NFI. Hij besloot daarom om het wapen naar het laboratorium in de Amsterdamse Sarphatistraat te brengen om het met zijn eigen team te onderzoeken. Na flink wat gesteggel en een reprimande dat hij de voorschriften niet had gevolgd, werd het onderzoek toch voortgezet. Binnen 48 uur was het resultaat binnen, kwam de eerste verdachte in beeld en begon de zaak snel te rollen.

Sterk moreel kompas

Ook verpleegster Gayle Kasparian ging buiten haar boekje. Zij waakte over een veel te vroeg geboren tweeling die ieder in een eigen couveuse lagen. Een van de twee meisjes begon blauw aan te lopen. Kasparian probeerde van alles, maar niets hielp. Ten einde raad besloot ze om van de procedure af te wijken en de meisjes bij elkaar in één couveuse te leggen. Het werkte direct; het sterke meisje legde haar armpje om haar zusje heen en het meisje stabiliseerde. Niet veel later mochten ze naar huis.

Lees ook: De oplossing staat recht voor je neus, toch zie je ‘m niet. Hoe komt dat?

Pel hield zich niet aan de voorschriften omdat hij wilde voorkomen dat belangrijk bewijs verloren ging, Kasparian om een leven te redden. Ook al wisten ze dat ze zich er mogelijk door in de nesten zouden werken, toch deden ze het. Beiden braken de regels omdat ze voelden dat ze geen andere keus hadden. Ze werden gedreven door een sterk moreel kompas en besloten om achteraf dan wel te dealen met eventuele consequesties van hun handelen.

Doorbraak willen forceren

Een andere reden waarom mensen zich niet aan de regels houden, is omdat ze iets willen forceren. Met een provocerende actie zorgen ze voor controversie en levendige discussies. Zo liep de Amerikaanse soldaat Bowe Bergdahl tegen alle protocollen in op 30 juni 2009 van zijn militaire basis in Afghanistan af de woestijn in. Niet lang daarna werd hij gevangen genomen door de Taliban die hem maar liefst vijf jaar lang vasthield.

Later verklaarde hij dat hij een zogenaamde DUSTWUN (duty status – whereabouts unknown) wilde creëren om zo aandacht te krijgen voor de slechte omstandigheden op de basis. Een zeer extreme actie met grote consequenties die hij ternauwernood overleefde.

Onzinnig en bureaucratisch

Niet iedere overtreder handelt vanuit een bepaalde overtuiging. Vaak worden regels ook niet gevolgd omdat men er simpelweg het nut niet van inziet. Maar voor je overweegt een regel die je niet begrijpt of waar je het niet mee eens bent te overtreden, is het verstandig eerst op zoek te gaan naar het waarom van die regel. De kans is dat er een goede reden achter zit, bijvoorbeeld om sporadische maar zeer ernstige ongevallen te voorkomen.

Lees ook: Als iedereen weet dat het geen goed idee is, dan gaan we het niet doen… toch?

Ook gaan mensen hun boekje te buiten als ze het gevoel hebben dat ze worden gekort op hun vrijheid. Door incidentele overtredingen worden procedures vaak steeds complexer gemaakt, door weer een regeltje toe te voegen om te voorkomen dat iets soortgelijks weer zal gebeuren. Maar daarmee wordt ook een wirwar aan regels gecreëerd, en hoe meer regels, hoe sterker de drang om ze niet te volgen.

Hou je creatievelingen in de gaten

Uit onderzoek van Dan Ariely (MIT) en Francesca Gino (Harvard) blijkt dat creatievelingen vaker buiten de lijntjes kleuren dan anderen. In een experiment waar ze ethische dilemma’s voorlegden aan medewerkers van een adverteerdersbedrijf, ontdekten ze dat degenen met de meest creatieve functies, zoals copywriters en designers, vaker de regels overtraden dan bijvoorbeeld de accountants.

Een dunne lijn

Er zitten verschillende motieven achter waarom we ons niet aan de regels houden. In het ene geval is het goed uit te leggen en ook heel waardevol dat het gebeurt, zoals in het geval van Pel en Kasparian, terwijl in andere gevallen zoals dat van Bergdhal het overduidelijk is dat het veel te ver is gegaan. Maar vaak is het niet zo helder en is de lijn tussen acceptabel en onacceptabel buiten de lijntjes kleuren behoorlijk dun.

Luister voordat je oordeelt

In de meeste organisaties is de bureaucratie veel te ver doorgeschoten. Als iemand zich niet aan de regels houdt, oordeel dan niet te snel en luister naar diegene, want er kunnen verdomd goede redenen zijn om af te wijken. Van John Pel werd bijvoorbeeld in eerste instantie gedacht dat hij weer eens eigenwijs was, maar uiteindelijk begreep de leidinggevende dat hij de beste bedoelingen en bovendien een punt had en hielp hem vervolgens om het onderzoek toch doorgang te laten krijgen. En ook een te vroeg geboren tweeling samen in een couveuse leggen is ondertussen in de meeste ziekenhuizen een standaard procedure geworden.

Lees ook: Innovatie begint vaak helemaal niet met een geweldig idee