Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Ook als Volkswagen het redt, wordt de Europese auto-industrie steeds minder Europees

Of Volkswagen fabrieken sluit of niet, de Europese auto-industrie wordt steeds minder Europees. Andere partijen, vooral Chinese, grijpen de macht. Hoe ze dat doen? Via overnames, samenwerkingen en het bouwen van fabrieken en dealernetwerken door heel Europa.

autoindustrie europa china
Foto: Getty Images

World EV Day, de dag waarop de wereld stilstaat bij de opmars van de elektrische auto, is op 9 september vooral gevierd in de Aziatische landen. Voor Europa hangt de vlag halfstok, althans zo lijkt het.

Chinese fabrikanten lopen namelijk niet alleen een hele generatie voor met hun auto’s. Ze beschikken ook over goedkope grondstoffen, componenten en productie. Ondertussen maken regulering, inflatie en energiekosten de productie alleen maar duurder in Europa, is de bekende klaagzang van Europese autofabrikanten. Het bekendste slachtoffer daarvan is in Nederland VDL Nedcar.

In Born worden voorlopig geen auto’s meer gebouwd, zei topman Willem van der Leegte begin juni al tegen MT/Sprout. ‘Het landschap van de autobouw is ontzettend disruptief. Je ziet veel startups met grote plannen die het niet halen. En de Europese auto-industrie staat onder druk vanwege de massa aan Chinese elektrische modellen.’

Volkswagen trekt aan alarmbel

Volkswagen dreigt zelfs voor het eerst in bijna negentig jaar fabrieken te moeten sluiten in Duitsland. De ‘taart wordt kleiner’ en we hebben ‘meer gasten aan tafel’, verklaarde Oliver Blume, de topman van Volkswagen, afgelopen zondag tegen het Duitse Bild. De situatie is ‘alarmerend’ en er zijn ‘grote veranderingen nodig’ om het voortbestaan van het bedrijf te verzekeren.

Zelfs al overspoelen (goedkope) Chinese EV-merken de Europese markt, de overstap van brandstof naar elektrisch verloopt bijzonder moeizaam. Nederland is absoluut fan van de stekkerauto, toch was hier slechts vijf procent van het totaal aantal personenauto’s in 2023 elektrisch.

Dat is volgens de ANWB één procentpunt meer dan in 2022. Bovendien loopt de interesse bij kopers terug. ‘Voor het eerst sinds 2017 is de groep die aangeeft geen interesse te hebben in elektrisch rijden groter dan de groep die aangeeft interesse te hebben in elektrisch rijden’. De prijs van de elektrische auto, wordt ‘met afstand’ genoemd als de grootste barrière.

Er is zeker reden tot klagen, maar daardoor worden de grote verschuivingen in de auto-industrie ook een beetje uit het oog verloren. De Europese auto-industrie wordt namelijk steeds minder Europees. Waar zit ‘m dat in? Voor MT/Sprout zoomen we in op vier takken van sport.

#1 Samenwerken met Europese merken

Heel wat Europese merken zijn minder Europees dan consumenten denken. Het Chinese Geely is al jaren eigenaar van het Zweedse Volvo en het Britse Lotus. Het heeft een flink belang in het Duitse Mercedes-Benz, het Britse Aston Martin en sloot een joint-venture met het Franse Renault. Het Chinese staatsbedrijf SAIC Motor is eigenaar van het ooit Britse merk MG.

De Europese gigant Stellantis, waaronder naast Peugeot, Fiat en Opel nog 11 automerken vallen, heeft twee joint ventures met Chinese autobouwers opgezet: Leapmotor en Dongfeng. De elektrische Mini Cooper is een product van Spotlight Automotive, een joint-venture van Mini-eigenaar BMW en het Chinese Great Wall Motor (beter bekend als GWM). Het Duitse Volkswagen is op dezelfde manier in zee gegaan met Xpeng.

Eén op de vier elektrische auto’s die dit jaar in Europa verkocht worden, zal Made in China zijn. Die voorspelling staat in een studie van Transport & Environment (T&E). Daarbij gaat het vooral over Tesla’s, Dacia’s en BMW’s die uit China worden geïmporteerd.

Lees ook: Geely is een koopjesjager met torenhoge ambities

#2 De basis: het ontwerpen van auto’s

Europa heeft een uiterst sterke naam opgebouwd in het ontwerpen van auto’s. Ook daar is de verschuiving in gang gezet. Geely heeft na de aankoop van Volvo een groot R&D- en designcentrum in Zweden uitgerust.

SAIC runt via MG een designcentrum in Londen, terwijl de Chinese autobouwer Changan er een runt in Turijn. Het Chinese staatsbedrijf GAC heeft dan weer een R&D-centrum in Milaan.

Inmiddels zijn ook bekende Europese auto-ontwerpers aan de slag voor de Chinese autofabrikanten. Een greep uit de overstappen: Klaus Zyciora, ex-designer van Volkswagen Group, werkt voor Changan.

Stefan Sielaff, eerder verbonden aan Bentley, runt de designstudio bij Geely. Wolfgang Egger, een Duitse ontwerper die eerder werkte bij Alfa Romeo, Audi en Lamborghini, geeft leiding aan het wereldwijde designteam van BYD.

#3 Het verplaatsen van de productie naar Europa

De Europese auto-industrie staat wereldwijd op de tweede plaats met de productie van iets meer dan 12 miljoen auto’s per jaar. China produceert het dubbele: meer dan 25 miljoen auto’s per jaar, blijkt uit cijfers van de European Automobile Manufacturers Association (beter bekend onder de Franse naam Acea).

Die productie wordt nu voor een deel naar Europa verplaatst. De reden die daarvoor meestal wordt gegeven, zijn de importheffingen die het Westen oplegt voor auto’s die in China zijn geproduceerd. Maar de Chinese autofabrikanten hebben nog een ander doel voor ogen.

Om echt voet aan de grond te krijgen in Europa, moeten ze een stap verder gaan dan het invoeren van een massa goedkope auto’s uit China. ‘Als je 200.000 auto’s per jaar verkoopt, is het beter om lokaal te produceren ‘, vertelde William Wang, hoofd van Europa bij MG, eind 2023 aan Automotive News Europe.

Zo kan de fabrikant beter inspelen en integreren op de Europese smaak en de markt. ‘Lokaal bouwen betekent dat je samenwerkt met lokale mensen. Het betekent meer betrokkenheid.’

Tesla wil naar 2 miljoen

BYD, de grootste autofabrikant van China, opent zijn eerste gloednieuwe fabriek in Hongarije in 2026. Afgelopen juli is nog een overeenkomst getekend met Turkije. BYD investeert daar een miljard euro in een fabriek die jaarlijks 150.000 elektrische en plug-in hybride auto’s gaat produceren. Tegen 2030 wil het merk 800.000 auto’s in Europa produceren.

Chery Auto, nog zo’n gigant uit China, is een joint-venture aangegaan met het Spaanse Ebro EV Motors om te gaan produceren in de voormalige Nissan-fabriek in Barcelona. Vanaf 2027 levert dat 50.000 auto’s op per jaar, vanaf 2029 moeten dat er 150.000 worden.

Ook met Groot-Brittannië en Italië is het bedrijf al in gesprek voor het neerpoten van nieuwe of heropenen van oude fabrieken. Het Chinese Leapmotor is begonnen met de productie van een kleine elektrische stadsauto in de Stellantis-fabriek in Polen.

Maar het zijn niet alleen de Chinezen die de autoproductie in Europa nieuw leven inblazen. Het Amerikaanse Tesla hakt voor de uitbreiding van de fabriek in Duitsland een half miljoen bomen om. De Giga Factory in Brandenburg heeft een theoretische capaciteit van 500.000 wagens per jaar. Die wordt nu nog lang niet gehaald. De fabriek ligt regelmatig stil ‘om de productie te optimaliseren’.

Met de uitbreiding moet de productie worden opgeschroefd naar 1 miljoen voertuigen. Tesla wil nog verder uitbreiden in Duitsland, naar een productiecapaciteit van 2 miljoen. Daarmee verslaat het de Volkswagenfabriek in Wolfsburg, waar  theoretisch 800.000 wagens jaarlijks van de band kunnen rollen. Maar ook die productie wordt de laatste jaren niet gehaald.

Lees ook: Deze vier beslissingen van Elon Musk keren als een boemerang terug bij Tesla

#4 Samen dealernetwerken bouwen

Chinese merken blijven relatief onbekend bij Europese consumenten. Om die bekendheid en de marktpenetratie verder te vergroten, bouwen de Chinese autoproducenten hun lokale aanwezigheid steeds verder uit. Dat doen ze ook via dealernetwerken in Europa. Ze gaan in zee met bestaande dealers of bouwen zelf een fysiek netwerk uit.

Niet alleen de prijs is namelijk belangrijk voor Europese klanten, maar ook het onderhoud, de service, de levensduur en de verkoopwaarde op de tweedehands markt. Dealers kunnen helpen om meer vertrouwen te wekken en tegelijkertijd het totale servicepakket aan te bieden.

Het Chinese Nio, dat zichzelf als uitdager van Tesla ziet, zet bijvoorbeeld zelf een nieuw dealernetwerk op in verschillende landen. Afgelopen zomer opende het zijn grootste showroom in Amsterdam. De tweede voor ons land en de zevende in Europa. Het doel van Nio is 100.000 auto’s per jaar in Europa verkopen.

Overal in Europa

Enkele Nederlandse dealers voeren sinds vorig jaar niet alleen het merk Mercedes, maar ook het Chinese premiummerk Voyah van Dongfeng. De eerste brand store is deze zomer geopend in Alkmaar. Daar zal ook de veel goedkopere The Box van Dongfeng dit jaar nog worden verkocht.

Louwman werkt al twee jaar intensief samen met BYD. Het opent samen met BYD in hoog tempo nieuwe dealerbedrijven over heel Nederland. Dat zijn nog maar enkele voorbeelden uit eigen land, maar het gebeurt overal in Europa.

SAIC maakt in het Verenigd Koninkrijk dankbaar gebruik van het dealernetwerk van MG. BYD werkt samen met de Gruppo Autorino, dat een landelijk netwerk in Italië heeft. De fabrikant is ook in hoog tempo een dealernetwerk aan het uitbouwen in het Verenigd Koninkrijk.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Binnen achttien maanden moet iedere Brit op maximum veertien minuten rijden een BYD-dealer kunnen vinden, noteert Reuters. BYD staat voor Build Your Dreams, maar in dit geval is er geen sprake van dromen, wel van doen.

Lees ook: Met drammen verleid je kopers niet tot duurzame keuzes