‘Een van de dingen die de jongste generatie mij leert, is dat ik niet altijd zo hard moet werken.’ Die bekentenis deed een bekende ceo onlangs bij een evenement waar ik in de zaal zat. Ze scande hierna snel het publiek, nieuwsgierig naar de reacties op haar openbaring.
Ik zie deze illusie veelvoudig terugkomen: ervaren volwassenen die elkaar feliciteren met hun ijzeren werkethos, ervan overtuigd dat ze hiermee hebben bijgedragen aan de welvaart waardoor hun kroost het ‘wat rustiger aan kan doen.’ En zo tolerant als ze zijn, vinden ze het ook nog eens goed.
Veel jonge mensen werken in Nederland
Een nobel idee, maar pertinent onjuist. Jonge mensen in Nederland werken hard en veel, en vaak ook nog voor te weinig geld.
Uit cijfers van de OESO blijkt dat 76 procent van de 15- tot 25-jarigen in Nederland werkt. Hiermee staat Nederland ver op nummer een van alle westerse landen. Een saillant detail: het Europese gemiddelde is 35 procent.
Maar ook binnen ons eigen land werkt het overgrote deel van de starters nog altijd fulltime. Zo concludeerde The Intelligence Group al dat van alle generaties, de startende Gen Z'ers en de Millennials nog steeds het meest fulltime werken.
En misschien nog wel opvallender: het zijn voornamelijk de 55-plussers die massaal parttime gaan werken. Intelligence Group-directeur Geert-Jan Waasdorp noemde het een gevalletje 'de pot die de ketel verwijt.'
Lees ook: Generatie Z valt in veel organisaties bij bosjes neer, en dat is juist goed
Jeugdloon is relatief laag
Ondanks al die vroege arbeid belonen we de jeugd hier echter niet naar. Het minimumuurloon van een 15-jarige die de vakken vult in jouw lokale supermarkt is 3,94 euro.
En wie denkt dat studenten het beter hebben, heeft het mis. Die 19-jarige high potential die je graag als stagiair in je bedrijf zou willen hebben, serveert jouw vrijdagmiddagborrel voor een schamel uurloon van 7,96 euro. Daar moeten ze heel wat 'vlieguren' voor maken om de gemiddelde studentenkamer van 420 euro te kunnen betalen.
Door het jeugdloon, dat geldt tot je 21e, verdient een 18-jarige Nederlandse jongere 6,64 euro, terwijl onze buurlanden respectievelijk 11,65 euro (Frankrijk) of zelfs 12,41 euro (Duitsland) betalen.
Het meest paradoxale aan de situatie is dat we deze generatie, die onder andere door dit jeugdloon niet kon opwerken tegen hun studiekosten, nu ook nog moeite heeft met het kopen van een huis door hun studieschuld. Dit terwijl hen was beloofd dat deze schuld niet zou meetellen bij de invoering van het leenstelsel.
En toch labelen we hen simpelweg als een luie generatie die wat zuiniger had moeten zijn met hun geleende geld en minder bier had moeten drinken.
Lees ook: Lieve Gen Z’ers, werk hoeft niet altijd leuk te zijn
Betere balans tussen werk en privé
Toch zit er ergens wel een kern van waarheid in de uitspraak van de goedbedoelende ceo. Zo constateerde een onderzoek van Randstad dat begin dit jaar uitkwam dat werknemers, vooral Generatie Z, meer nadruk leggen op persoonlijke waarden en een gezonde werk-privébalans. Ook als dit ten koste gaat van traditionele carrièredoelen zoals financiële groei.
Het verlangen is er dus zeker, maar de cijfers vertellen voorlopig nog wat anders. Persoonlijk zie ik het als een positieve generatiebrede trend: ondanks dat we een ijverig volk zijn dat niet vies is van de handen uit de mouwen steken, verlangen we stiekem allemaal naar die vierdaagse werkweek.
Hoogste tijd dus om elkaar te prijzen voor onze werkethos, maar ook te erkennen dat deze manier van werken niet toekomstbestendig is. Die ijzeren werkethos heeft ons inderdaad veel welvaart gebracht, maar leidde de afgelopen jaren tot steeds vroegere burn-outs, versufte organisaties en een toenemend ziekteverzuim. Dit terwijl we eigenlijk heel goed weten waar we naartoe willen.
Aan daadkracht en doorzettingsvermogen ontbreekt het bij Nederlanders niet, nu nog de durf om dit te veranderen.
Lees ook ons interview met Laura Bas over generatie Z: 'Hiërarchie is echt een pijnpunt'