Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Advertorial – Bureau Zuidema

Duurzaamheid in tijden van crisis  

Zuidema, the influence company ontwikkelt talenten van mensen om organisaties te laten groeien, door een bijdrage te leveren in de keten van leren en duurzame kennisontwikkeling. Het accent bij het uitgebreide aanbod van leerinterventies komt daarbij steeds meer op effect en duurzaamheid te liggen.

 

“Zuidema, the influence company werkt vanuit vier verschillende BV’s”, begint directeur Joep Straathof de structuur van zijn bedrijf uit te leggen. “Bureau Zuidema is gericht op trainings-, opleidings- en leervraagstukken. Zuidema Personeelsmanagement richt zich op loopbaan- en HRM-vraagstukken. Bij Zuidema International vindt research plaats in Europese projecten, onder andere op het gebied van het effect van leren en ontwikkelen en het toepassen van eerder verworven competenties. En tot slot is er het Instituut voor Toegepaste Gedragsanalyse (ITGA), dat zich bezighoudt met leermiddelen, instrumentenontwikkeling en licentie-uitgaven aan trainings-, opleidings- en adviesbureaus.”

Crisis en vertrouwen

Straathof vraagt zich af of we met z’n allen dan niets leren van de huidige crisis: “Het lijkt wel alsof we denken dat er weer een paar lichtpuntjes zijn en dan zien we de hele donkere nacht niet meer. Want hoe groot is nou echt de bereidheid van organisaties om te blijven investeren in samenwerking en ontwikkeling? We merken dat er blijkbaar niet veel van de crisis wordt geleerd. Men gaat te snel over tot de orde van de dag: kostenbesparing, efficiency en medewerkers belonen door financiële prikkels zijn leidend in plaats van visie, investeren in medewerkers en innovatie. Wellicht moeten wij meer zoeken naar samenwerken en ontwikkelen gericht op de langere termijn: investeren in de relatie met mensen en de toekomst. Tijdens de recessie komt ook het begrip vertrouwen onder druk te staan. Het vraagt stuurmanskunst van leidinggevenden om hun boodschap zuiver, oprecht en duidelijk te brengen en zelf daarin een voorbeeld te zijn. Zo zal een leider vanuit zijn of haar eigen integriteit kritisch moeten kijken naar het eigen salaris en naar bonussen, want dáár begint vertrouwen. Het is natuurlijk een heel fragiel begrip, maar vertrouwen ontstaat vanuit wat je met elkaar doet. De minst goede vraag is dan ook ‘Heb een beetje vertrouwen in mij’. De taak van opleidingsinstituten hierin is om op zoek te gaan naar de rol van de leidinggevende in het proces om mensen die dingen te laten doen en te laten leren waardoor de organisatie uiteindelijk op de lange termijn sustainable blijkt te zijn. Daar is meer voor nodig dan alleen geld. Het zit ook in de manier waarop je op zoek gaat naar duurzaamheid en waarop je in deze zoektocht geen vanzelfsprekende wegen bewandelt.”

Duurzaamheid en leiderschap

“Wij willen samen met onze klanten en andere organisaties nadenken over de vraag wat duurzaamheid betekent in termen van HRD of HRM in relatie tot het strategisch beleid”, vervolgt Straathof. “Hoe kun je dat concreet maken? Met certificerende instellingen zoals Certiked, zoeken we naar hoe je certificering kunt verlenen op duurzaamheid om de kwaliteit te waarborgen. Maar hoe doen wij dat in onze eigen organisaties met datgene wat wij aan klanten aanbieden? We willen onze manier van werken zodanig veranderen dat dit een duurzame impact heeft bij klanten. Dit doen we niet omdat de overheid dat vraagt of om aan te haken bij een trend, maar omdat we ervan overtuigd zijn dat dat moet. De vraag is hoe je dit doet op onze verschillende expertisegebieden zoals medezeggenschap, leiderschap, HRM en opleiden en ontwikkelen. We zijn op zoek naar manieren om duurzaamheid te vertalen naar ons vakgebied. Dat geheel zal in 2012 samenkomen in een internationaal congres naar aanleiding van het vijftigjarig bestaan van Bureau Zuidema. Dit congres wordt een uitwisseling van wat verschillende actoren doen op het gebied van duurzaamheid in het veld van opleidings- en leervraagstukken binnen organisaties.”

Imago en de economische orde

Leiderschap en imago-opbouw zijn voor Zuidema onlosmakelijk met elkaar verbonden. Straathof vindt dat leiders en managers op de goede weg zijn wat betreft de manier waarop ze kijken naar imago-opbouw: “Ik vind dat veel organisaties daar hard aan werken. Er wordt gezocht naar de stappen die gezet moeten worden naar de economische orde van na de recessie. En ik denk dan ook dat dit een andere orde zou moeten en kunnen zijn dan de huidige. Een orde gebaseerd op data en feiten, maar tegelijkertijd ook een orde die van leiders vraagt lef en bescheidenheid te tonen: lef om los te laten en te vertrouwen op de zelfregulerende en innoverende medewerker. Ook de overheid zal dan anders om moeten gaan met de burgers. Minder betutteling en meer vertrouwen in de mensen en de samenleving. Maar als je zegt dat kwaliteit uiteindelijk leidend is, dan moet je ook op zoek gaan naar duurzaamheid. Een zoektocht naar iets met een grotere impact dan alleen in het hier en nu. Je zult tevens op zoek moeten gaan naar manieren om dat te meten, waarbij ik ervan overtuigd ben dat niet alles meetbaar is. Organisaties als Zuidema moeten op deze manier met leervraagstukken bezig zijn, want anders ben je alleen bezig met geld verdienen en dan leren we niets van de crisis.”

Bureau Zuidema, the influence company

Olmenlaan 4, 3833 AV Leusden
Postbus 127, 3830 AC Leusden
Telefoon: (033) 434 58 00
Fax: (033) 434 58 01
E-mail: [email protected]
www.zuidema.nl
 

Batterijen zijn geen tovermiddel voor Nederlands stroomnet – en thuisaccu’s al helemaal niet

Nederland investeert 296 miljoen euro in de ontwikkeling van eigen duurzame batterijen. In Delfzijl verrijst Europa's grootste batterij. Maar is dat wel de oplossing voor het overvolle stroomnet? Experts zijn verdeeld. En die populaire thuisbatterij? 'Daarmee sla je geen deuk in een pakje boter.'

congres noodzaak storage batterijen nederland
Op het congres Noodzaak van Storage waren alle batterij-experts van Nederland aanwezig. Foto: Congres Noodzaak van Storage

Om pieken en dalen in de productie en afname van groene stroom uit zon en wind op te lossen en het overvolle elektriciteitsnet te ontlasten, heeft Nederland een nieuw energiesysteem nodig. Daarin kunnen batterijen een belangrijke rol spelen, denken deskundigen.

Maar hoe groot moeten die zijn? En waarvoor moet je ze inzetten? Zijn ze rendabel? Of zijn er misschien betere mogelijkheden om energie op te slaan? Deze en andere vragen kwamen aan bod tijdens het congres Noodzaak van Storage in Den Haag, waar deskundigen uit heel Nederland en uit alle sectoren aanwezig waren.

Overschotten opslaan

Volgens de World Energy Outlook 2023 van het Internationaal Energie Agentschap (IEA) komt in 2030 twee derde van alle elektriciteit in de wereld uit zon en wind. In Nederland komt in dat jaar 80 procent van alle stroom alleen al van windparken op zee.

Dat er dan soms tekorten en overschotten aan groene stroom ontstaan, is duidelijk. Momenteel leidt het transport van die stroom nu al tot files op het net (netcongestie). Daardoor kunnen nieuwe zonne- of windparken en grote bedrijven niet meer aangesloten worden. Ook worden turbines en zonnepanelen steeds vaker uitgezet (curtailment) tijdens pieken en gaat groene stroom verloren.

Een van de oplossingen voor dit probleem is opslag. En wie opslag zegt, zegt meestal batterijen, al zweren anderen weer bij waterstof, perslucht of warmteboilers. Volgens het eerste Smart Storage Trendrapport verdubbelde het aantal batterijen in Nederland het afgelopen jaar tot 40.000 en verdriedubbelde de opslagcapaciteit tot 621 megawattuur.

Eigen ecosysteem

Meer dan 70 procent van al die batterijen komt uit China. Dat zijn voornamelijk lithium-ion-batterijen. Die zijn niet duurzaam genoeg en de milieu- en mensenrechtensituatie in dat land is slecht.

Nederland wil onafhankelijker worden van China en zelf hoogwaardige, duurzame batterijen ontwikkelen, die langdurig grote hoeveelheden energie kunnen opslaan. Daarvoor werd in 2019 het Battery Competence Cluster NL (BCC-NL) opgericht. Binnen dit cluster werken industrie, kennisinstellingen en brancheverenigingen samen aan een nieuw ecosysteem voor batterijen.

Het consortium bestaat inmiddels uit 65 partijen. ‘We zijn nu sterk afhankelijk van buitenlandse markten en hebben een sterke automotive en maritieme sector. In die sectoren is een groeiende vraag naar batterijen. Daarom was onze conclusie: hier moeten we iets mee’, zegt Kirsten Nijland, innovatiecoördinator van Battery Competence Cluster NL.

Kijk hoe Battery Competence Cluster NL een eigen ecosysteem van batterijen wil bouwen:

Nationaal Groeifonds

Het doel van het cluster is om een hele keten op te zetten rond het ontwikkelen van batterijen en de groei van de industrietak te bevorderen. Concreet focust het cluster zich op zware batterijen voor schepen en trucks en stationaire batterijen. Die laatste zijn vaste installaties, bijvoorbeeld bij wind- en zonneparken of bedrijven(parken), die langdurig stroom kunnen opslaan.

Ook kijkt BCC-NL naar de volgende generatie duurzame batterijen, die makkelijker te hergebruiken en te recyclen zijn. Hiervoor kreeg het cluster in 2023 een bijdrage van 296 miljoen euro uit het Nationaal Groeifonds. Daardoor kan het uitgroeien naar een nationaal programma.

Vier clusters

In vier regionale clusters werken inmiddels bedrijven, universiteiten en kennisinstituten samen aan de ontwikkeling van nieuwe batterijen. In Zuid-Holland voor de scheepvaart, de chemie en vaste stofbatterijen. In Twente aan grootschalige stationaire batterijen en laadinfrastructuur. In Brainport Eindhoven onder meer aan batterijen voor de automotive sector. En in Groningen aan grootschalige batterijen. Binnen de pijler stationaire batterijen is BCC-NL een expertisecentrum aan het opzetten voor nieuwe technologie.

kirsten nijland
Kirsten Nijland, innovatiecoördinator van Battery Competence Cluster NL. Foto: Congres Noodzaak van Storage

Zoutbatterijen

Voor langdurige opslag (LDES) lijken vooral zoutbatterijen (oftewel natrium-ion- of sodium-ion-batterijen) in de toekomst de snelst groeiende technologie te worden. Die kan de huidige lithium-ion-batterij vervangen voor korte opslag, maar ook andere technologieën voor langdurige opslag.

‘Omdat de kostprijs zo ver naar beneden gaat, kun je qua capaciteit concurreren met technologieën die specifiek gemaakt zijn voor langdurige opslag. Natrium kun je gewoon overal opscheppen, ook in Nederland. Daardoor wordt de prijs zo laag dat je daar geen aparte technologie meer voor nodig hebt’, zegt programmamanager Dirk van Asseldonk van BCC-NL.

Grootste batterij van Europa

Giga Storage bouwt al jaren grote batterijsystemen met dierennamen in Nederland. Eigenlijk zijn dat grote energiecentrales. Door het faillissement van aluminiumsmelter Aldel in Delfzijl in 2022 kwam daar een enorme stroomaansluiting vrij. Die gaat het bedrijf gebruiken om de op dat moment grootste batterij van Europa te bouwen: de Leopard.

De bouw start in april 2025 en in het vierde kwartaal van 2026 is de batterij klaar. ‘We hopen eventjes de grootste te mogen zijn. In België zijn we al twee keer zo groot aan het bouwen en onze collega’s zijn ook al bezig met grotere batterijen’, zegt ceo Ruud Nijs van Giga Storage.

De Leopard heeft een vermogen van 300 megawatt en kan 1.200 megawattuur stroom opslaan. Genoeg om 7 procent van Nederland van elektriciteit te voorzien. Kosten: 450 miljoen euro. Om dat geld op tafel te krijgen, verkocht Nijs het grootste deel van zijn bedrijf deze zomer aan het Franse investeringsfonds InfraVia. ‘We konden niet anders. Als wij onze ambitie waar willen maken, hebben we tot 2030 ongeveer 2,5 miljard euro nodig’, zegt hij.

Batterij lost niet alle problemen op

Volgens Floris Uleman, onderzoeker flexibiliteit en opslag bij TNO, zijn er verschillende duurzame mogelijkheden om energie op te slaan. Van waterstof tot perslucht, van hogere waterbassins tot warmteboilers. Batterijen zijn slechts één mogelijkheid en de vraag is welke rol ze moeten spelen in het energiesysteem.

‘Helaas kunnen we met opslag voor een paar uur niet alle verschillen tussen vraag en aanbod van energie in balans brengen. Daar hebben we ook andere technieken voor nodig, bijvoorbeeld warmte- en thermische opslag’, zegt Uleman.

Ook met het sturen van vraag en aanbod, het importeren en exporteren van stroom, het omzetten van stroom naar waterstof of het slim aan- en uitzetten van wind- en zonneparken is die balans haalbaar.

floris uleman
Floris Uleman, onderzoeker flexibiliteit en opslag bij TNO. Foto: Congres Noodzaak van Storage

Verschillende toekomstscenario’s

In de verschillende toekomstscenario’s voor 2030 verschilt de rol van batterijen. In de Klimaat- en Energieverkenning (KEV) van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) spelen ze geen rol van betekenis. Netbeheerders gaan in hun studies uit van 10 tot 13 gigawatt aan benodigde batterijopslag. Bij netbeheerder Tennet is al voor 70 gigawatt aan opslagcapaciteit aangevraagd.

In de scenario’s voor 2050 varieert de benodigde batterijcapaciteit van 5 tot 55 gigawatt. Ze zijn inzetbaar om het net in balans te houden, netcongestie tegen te gaan, overtollige stroom van wind- en zonneparken op te slaan, maar ook om bedrijven te helpen in hun bedrijfsvoering.

Zo slaan de Van der Valk-hotels hun eigen zonnestroom op in batterijen en zet busmaatschappij Arriva in Tilburg batterijen in om zijn elektrische bussen ’s nachts op te laden. Op bedrijventerrein kunnen bedrijven een gezamenlijke ‘energy hub’ vormen en samen een batterij voor de opslag en gebruik van groene stroom aanschaffen.

Bijdrage aan CO2-reductie

Volgens TNO is de markt nog zoekende naar een goede businesscase voor batterijen. Als gekozen wordt voor het omzetten van overtollige groene stroom naar waterstof of andere brandstoffen, dan krijgt de batterijmarkt flinke klappen. Batterijen die inzetbaar zijn voor meerdere doeleinden, van opslag tot het balanceren van het net, hebben volgens TNO de meeste kans van slagen.

‘Er is nog geen duidelijk perspectief voor batterijen. We zijn nog aan het zoeken naar de precieze rol van opslag en welke vorm de voorkeur heeft’, zegt Uleman. ‘Batterijen zijn niet de ‘silver bullet’ voor alle oplossingen, maar in combinatie met andere technieken kunnen ze een mooie bijdrage leveren aan de CO2-reductie.’

Geld verdienen met batterijen

Er zijn verschillende manieren om geld te verdienen met batterijen. Een ervan is om de flexibele opslag van elektriciteit te vermarkten. Nu leveren gas- en kolencentrales die flexibiliteit, maar die gaan er op termijn uit. Die rol wordt overgenomen door batterijen, warmteopslag en waterstof.

In Nederland zijn nu al regelmatig grote overschotten aan wind- en zonne-energie. Dat kun je opslaan of weggooien door installaties uit te schakelen. Het Nederlandse Recoy, inmiddels overgenomen door Siemens, helpt bedrijven om geld te verdienen met de flexibele opslag door batterijen.

Prijsschommelingen

Die kunnen volgens directeur Robert Kleiburg op zeven markten actief zijn. Bijvoorbeeld door op de elektriciteitsmarkt stroom te verkopen als de prijzen hoog zijn en de batterij te laden als de prijzen laag zijn. Maar netbeheerders betalen tegenwoordig meer geld om het net in balans te houden, vraag en aanbod van stroom op elkaar af te stemmen en om netcongestie te voorkomen.

Op al die markten zijn veel prijsschommelingen. ‘Er is veel prijsvolatiliteit, maar dat is je beste vriend. Daar verdien je als bedrijf je geld mee’, zet Kleiburg. ‘Dan is een aantrekkelijk terugverdientijd mogelijk.’

robert kleiburg recoy
Directeur Robert Kleiburg van Recoy. Foto: Congres Noodzaak van Storage

Kleine rol thuisbatterijen

Hoe groot is de rol van thuisbatterijen in het nieuwe energiesysteem? Daarover zijn de meningen verdeeld. Volgens consultant Dennis van der Meij, oprichter van Solar-engineering, hebben ze nauwelijks impact als het gaat om de opslag van overtollige stroom en het oplossen van netcongestie.

‘Zo’n batterij is in een uur vol of leeg. Daar ga je geen deuk mee in een pakje boter slaan’, stelt hij. ‘Je kan er je auto niet mee opladen, je warmtepomp niet op draaien en niet op koken.’

Maar wat als je duizenden thuisbatterijen centraal aanstuurt via algoritmes om samen als één grote batterij te laden of te ontladen wanneer nodig, zoals bedrijven als Frank Energie en Bliq doen? Dat heet een virtual power plant.

Nutteloos, denkt Van der Meij: ‘Die thuisbatterij gaan we helemaal niet inzetten voor balancering. Je krijgt dat overschot aan zonnestroom nu al de wijk niet uit. Je kunt het probleem beter aanpakken bij de bron: de zonnepanelen uitzetten.’

Energie-onafhankelijkheid

Volgens anderen heeft de thuisbatterij wel grote impact, maar dan vooral om huishoudens energie-onafhankelijk te maken. Onafhankelijk worden van het net en van de energiemaatschappij, door hun eigen zonnestroom op te slaan en later te gebruiken; dat is wat mensen en bedrijven volgens de meeste deskundigen willen. Dan zit de batterij achter de meter.

‘We hebben een overschot aan stroom uit zonnepanelen en dan moet je een keus maken: of de zonnepanelen uitschakelen of investeren in batterijen’, zegt Jacob van Leeuwen, oprichter van batterijleverancier Kiwatt.

Subsidie niet nodig

Ook TNO denkt dat thuisbatterijen achter de meter netcongestie kunnen oplossen, doordat ze pieken in vraag en aanbod van stroom door huishoudens verminderen. Batterijen die op de onbalansmarkt gaan handelen verergeren juist het probleem.

Subsidies op thuisbatterijen zijn volgens de deskundigen niet nodig, omdat ze nu al rendabel zijn. Bovendien: in Vlaanderen klapte de hele markt voor thuisbatterijen in elkaar toen de subsidie weer werd afgeschaft.

Dit artikel verscheen eerder op Change Inc., het platform voor duurzaam nieuws in het bedrijfsleven. Change Inc. is onderdeel van de MT MediaGroep, net als MT/Sprout.

Nederlandse startup ontwikkelt ‘serious game’: ‘Binnen 2 uur bewust van de gevaren van cybercrime’

In samenwerking met Cyber Crime Game - Cyberdreigingen zijn alomtegenwoordig, maar ondernemers vinden een onverwachte bondgenoot in de gamewereld. De Brabantse startup Cyber Crime Game heeft een spel gelanceerd dat deelnemers in de schoenen plaatst van zowel cybercriminelen als hun slachtoffers. 'Dit gaat een stap verder dan alleen maar leren. We willen de eerste stap zijn op het gebied van cybersecurity: échte bewustwording', aldus mede-initiatiefnemer Joris van den Bergh.

cyber crime the game cybersecurity

Cybercrime is een groeiend probleem waar iedereen mee te maken zou kunnen krijgen. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek werd 16 procent van de Nederlandse bevolking in 2023 slachtoffer van een vorm van online criminaliteit. Dat komt neer op omgerekend 2,3 miljoen gedupeerden.

Voor bedrijven geldt een soortgelijk sentiment. Of je nu zzp’er bent of een multinational: de kans dat je te maken krijgt met een cyberaanval is helaas groter dan de kans dat het niet gebeurt. Uit onderzoek van ABN AMRO blijkt dat gemiddeld 76 procent van alle bedrijven te maken heeft gehad met een vorm van een cyberaanval. 

‘Je hoeft niet dom te zijn’

De grootste misconceptie? ‘Je hoeft niet dom te zijn om in een hackersval te trappen’, stelt Joris van den Bergh, mede-oprichter van Cyber Crime: The Game. ‘Of het nu onwetendheid of vermoeidheid is: het kan altijd voorkomen dat je op een verkeerd linkje klikt. En dan ben je al gezien. Veel ondernemers denken dat alleen grote bedrijven interessant zijn voor hackers, maar in werkelijkheid schieten hackers met hagel en pakken ze wat ze kunnen.’

Stap in de schoenen van de bad guy

Dat is voor Van den Bergh en mede-oprichter Dirk Delisse, die samen al ruim tien jaar werken aan serieuze games met een maatschappelijk thema met hun bedrijf Gamificationers, reden om een nieuw concept te verzinnen. Samen met cybersecurity-expert Dick Schouten zijn ze de initiatiefnemers achter een nieuwe online ervaring waarin deelnemers in de schoenen van hackers stappen.

Cyber Crime: The Game duurt zo’n 2 uur en biedt een ervaring die al begint vóór de eerste klik. ‘Deelnemers ontvangen een gepersonaliseerde game-invite, gebaseerd op een bioscoopticket’, zegt Van den Bergh. ‘Ze krijgen zelfs een op maat gemaakte video van ons hoofdpersonage, die het bedrijf direct aanspreekt en uitnodigt om de strijd aan te gaan.’

Voor bedrijven die extra willen inzetten op betrokkenheid, is er een optionele activeringscampagne. ‘We kunnen fysieke tickets uitdelen, compleet met bedrukte popcorn. Zo creëren we al enthousiasme nog voordat het spel begint.’

Cybercrime vraagt om ander perspectief

‘We zagen dat er te veel middelen bestaan die de kant van de bad guy vaak vergeten te belichten’, vertelt Van den Bergh. ‘Ik kan je twintig keer vertellen waarom je niet op een linkje moet klikken, maar het gaat nog te weinig over het proces van weken, maanden en soms jaren om je op iets te laten klikken. Dat vraagt om een ander perspectief. Ons doel is om álle medewerkers, ongeacht hun niveau, binnen no time bewust te maken van cyberdreigingen. En dat op een manier die ze écht aanspreekt.’

Geen concessies op spelbeleving en inhoud

De ontwikkeling van de game heeft zo’n drie jaar geduurd. ‘In 2021 ontwikkelden we een eerste pilot, samen met de politie en de recherche’, vertelt Van den Bergh. ‘Daar hebben we eerlijke feedback op gekregen. Het was een leuk spel, maar misschien nog te veel een leuk uitje.’

Dat was ook wel logisch: want we zijn gamemakers, geen inhoudelijke experts. Nu hebben we écht de tijd genomen om alles compleet te herzien met een cybersecurity-expert om ervoor te zorgen dat zowel de spelbeleving als de inhoud volledig klopt.’

Je eigen bedrijf hacken

In de game gaan deelnemers écht het dark web op, om zo uiteindelijk hun eigen bedrijf te hacken. ‘Je leert over álle aspecten van cybercrime: van social engineering, phishing, ransomware tot ceo-fraude. De game bestaat uit vier verschillende levels en wordt volledig gepersonaliseerd voor elk bedrijf.’

Zelfs de stem van de ceo kan geïntegreerd worden in de game. ‘De hele game draait om jouw bedrijf. Spelers zien hun eigen bedrijfslogo, hun collega’s in beeld. Dit maakt de ervaring ongelooflijk realistisch en relevant. We hebben er echt alles aan gedaan om de ervaring zo realistisch mogelijk te maken.’

Eerste stap naar bewustwording 

Het levert bedrijven ook direct wat op, stelt Van den Bergh. ‘De game vormt eigenlijk de basishygiëne voor het onderwerp cybercriminaliteit. Je krijgt inzichtelijk wat de gevaren zijn, hoe de hacker te werk gaat én wat je ertegen kunt doen. Vervolgens krijg je een schets van je eigen bedrijf: je ziet wie er hebben gespeeld en wat hun zwakke punten zijn. Dat geeft je de houvast om een verdere strategie te formuleren op het gebied van cybersecurity.’

‘De keuze voor een spelvorm is geen toeval. ‘Het probleem met traditionele e-learnings is dat medewerkers ze vaak saai vinden en erdoorheen klikken zonder echt iets te leren’, zegt Van den Bergh. ‘Onze game biedt een échte beleving. Spelers leren hoe informatie op social media tegen hen gebruikt kan worden en ervaren aan den lijve hoe ceo-fraude werkt. Dit zorgt voor een veel diepere en blijvende impact. We willen de eerste stap zijn om bewustwording van cybercriminaliteit te vergroten.’

Realiteit achter het scherm

De game sluit af met een krachtige boodschap die het beeld van cybercriminelen nuanceert. ‘We willen hiermee laten zien dat het om professionele, vernuftige ‘werknemers’ gaat voor wie cybercrime een echte business is’, concludeert Van den Bergh. ‘Dit inzicht, gecombineerd met de interactieve ervaring van de game, zorgt voor een diep en blijvend bewustzijn bij alle medewerkers. En dat is precies wat bedrijven nodig hebben om zich effectief te wapenen tegen cyberdreigingen.’

‘Een combinatie van film, game én leren. Op Netflix-achtig niveau. Níet specifiek ontwikkeld voor de ict’er, maar voor de gemiddelde werknemer met een laptop. De mens blijft immers de zwakste schakel en precies daar focussen wij ons op. Niet op het technische vlak, maar het menselijke vlak: social engineering. Allemaal zodat jij nooit meer op die ene link gaat klikken.’