Winkelmand

Geen producten in je winkelwagen.

3 mythes over werkverslaving ontkracht: ‘Bedrijven belonen nog altijd workaholics’

Het is een mythe dat workaholics hun verslaving alleen aan zichzelf te danken hebben. De organisatie draagt er wel degelijk aan bij, aldus een nieuw boek. 'Bedrijven belonen werkverslaafden met promoties. Ze verwarren drukte met productiviteit.'

workaholic werkverslaving never not working malissa clark
Workaholics zijn niet zulke ideale werknemers als wordt gedacht. Foto: Getty Images

De bevalling is eigenlijk al ingezet, ze is haar weeën aan het timen. Toch blijft ze tot de laatste minuut doorwerken. Ze is verslaafd aan haar werk en wil zoveel mogelijk af hebben, voordat ze ‘gedwongen moet stoppen’ om haar kind te baren.

Malissa Clark kijkt met spijt terug op deze periode. Ze zou zelfs die bevalling over willen doen, en dat wil wel iets zeggen. Clark is dan ook een bekeerde workaholic. Ze heeft er intussen haar levenswerk van gemaakt om werkverslaving te bestrijden.

Meer uren kloppen

malissa clark university of georgia
Malissa Clark.

Als hoogleraar psychologie aan de universiteit van Georgia heeft de Amerikaanse het fenomeen meer dan vijftien jaar onderzocht. Ze komt nu met een boek, omdat de coronapandemie de werkverslaving alleen maar heeft aangewakkerd.

Er worden niet alleen meer uren geklopt dan daarvoor, maar er wordt ook veel meer buiten de kantooruren gewerkt. En dat is niet gezond. In Never Not Working, dat begin februari uitkomt, tackelt ze dit probleem met onderzoeken, (zelf)assessments en een plan van aanpak.

Maar eerst gaat ze een aantal mythes te lijf. Voor MT/Sprout focussen we op drie ervan.

Mythe 1: workaholics zijn ideale werknemers

Werkgevers zijn dol op ze. Ze zijn altijd bereikbaar, ze laten alles vallen om een spoedklus te klaren, zelfs een nachtje doorhalen is geen probleem. Voor deze werknemers gaat het werk voor op alles, dus ook hun eigen leven. Maar zo ideaal zijn ze niet, schrijft Clark.

Heel wat wetenschappelijke onderzoeken wijzen erop dat ze een slechtere gezondheid hebben en langdurig(er) uitvallen. Ze lopen meer risico op onder meer een hoge bloeddruk, maagproblemen, depressie, slapeloosheid, hartproblemen, extreme uitputting en burn-out.

Al die klachten hebben een link met het werk. Een voorbeeldje: drie tot vier uur overwerken per dag levert 60 procent meer kans op hartziekten op vergeleken met collega’s die niet zoveel overwerken.

Lees ook: Onze definitie van ambitie verandert, nu het systeem nog

Altijd in stressmodus

Workaholics zijn altijd bezig, altijd in stressmodus. Ze nemen nooit de tijd om te herstellen van hun werk. Daardoor zijn ze niet productiever en ze leveren al evenmin betere prestaties. Als workaholic werken ze alleen maar harder, niet slimmer.

Zo bevredigen ze hun innerlijke drang om altijd bezig te zijn. Daarom zijn ze langer bezig met taken dan nodig (en blokkeren ze de voortgang). Ze beloven klanten, leveranciers en managers van alles, met deadlines die voor hun collega’s niet realistisch zijn.

Werkverslaafden zoeken zelfs naar klussen die niet nodig zijn. Delegeren? Ook dat is voor hen uitgesloten. Ondertussen raken ze zo uitgeput dat ze sneller fouten maken, minder creatief zijn en minder geduldig met anderen.

Dat alles maakt ze geen goede teamspeler en ook geen goede leider. Ze zijn zelfs behoorlijk schadelijk voor een organisatie, concludeert Clark.

Mythe 2: veel uren maken is typisch voor een workaholic

Voor het label workaholic is het aantal uren dat wordt gewerkt minder van belang dan wordt gedacht. Het gaat er juist om wat deze collega’s doen wanneer ze vrij zijn. Clark beschrijft heel wat gedrag dat op een werkverslaving kan duiden.

Workaholics checken buiten het werk constant hun mobieltje, omdat er een e-mail kan binnenkomen. Ze nemen altijd de telefoon op wanneer een collega belt. In hun hoofd blijven ze maar doormalen over het werk. Ze staan ermee op en gaan ermee naar bed.

Gesprekken met vrienden draaien altijd uit op verhalen over het werk. Ze werken tijdens de vakantie nog door, maar dan in een lightversie. Ze voelen zich schuldig, onrustig of nerveus wanneer ze niet werken.

Als anderen ze van hun werk proberen te houden, dan voelen ze zich ongemakkelijk. Ze raken geïrriteerd of zelfs boos. Clark: ‘Wanneer de energie van je werk alle aspecten van je leven binnendringt, dan is er sprake van werkverslaving.’

Lees ook: We respecteren natuurtalenten meer dan harde werkers: waarom is dat?

Mythe 3: de werkomgeving kan werkverslaving niet beïnvloeden

Hoe mensen zelf in elkaar zitten, speelt een belangrijke rol bij het ontwikkelen van een werkverslaving. Wie bijvoorbeeld perfectionistische karaktertrekjes heeft, loopt een groter risico om in dit gedrag te vervallen. Eigen schuld, dat is het gangbare idee.

Maar de werkomgeving kan wel degelijk sluimerende workaholics wakker schudden. En niet zo’n klein beetje ook. ‘Bedrijven belonen werkverslaafden met promoties om wat ze lijken te zijn’, schrijft Clark. ‘Ze verwarren drukte met productiviteit.’

Ze beschrijft in haar boek uitgebreid hoe organisaties werkverslaving stimuleren, en vaak gebeurt dat zonder dat ze het zelf doorhebben. Maar de signalen van zo’n cultuur zijn er wel degelijk. Voorbeelden genoeg.

Drukte is goed

Zo wordt nieuwkomers geleerd om als eerste binnen te komen en als laatste weg te gaan. Als mensen het kantoor verlaten, dan laten ze hun spullen op hun bureau liggen, zelfs hun jas en tas blijven hangen. Zo denkt iedereen dat ze maar heel even weg zijn.

Gaan mensen lunchen met je collega’s, of buiten de deur? In een cultuur die werkverslaving promoot, worden de boterhammen achter de computer opgegeten. Het is in zo’n cultuur ook heel normaal dat na de kantooruren nog van alles wordt gevraagd.

Ook gebruikelijk: er wordt aangeschoven bij meetings buiten de werkuren, ook bij die van het gezellige soort. Als mensen zeggen dat ze het hartstikke druk hebben en bijna bezwijken, dan wordt dat positief onthaald.

Lees ook: Verslaafd aan werk? Zo weet je of je een workaholic bent

Vakantie is voor losers

Collega’s die regelmatig met vakantie gaan, zijn losers. Alle vakantiedagen opnemen? Dat is niet gebruikelijk. Met collega’s wordt niet gepraat over vakanties, hobby’s, familie of verjaardagen. Wel wordt besproken wie de hoogste sales heeft behaald deze maand en wie de volgende zal zijn die zijn of haar targets overtreft.

Overwerk wordt in zo’n organisatie beloond met extra salaris, hogere bonussen of promoties. Wie stipt om vijf uur de deur achter zich dichttrekt, kan dat vergeten. Hij of zij wordt als eerste ontslagen bij een reorganisatie.

Managers in deze bedrijven werken zelfs nog harder dan de rest. Hij of zij stuurt zelfs nog mailtjes om twee uur ‘s nachts. Legendarisch is de manager die zelfs een bed in zijn kantoor heeft laten installeren.

Impact van leiders

Het zijn alvast geen goede rolmodellen, vindt Clark. ‘Leiders begrijpen over het algemeen niet welk effect hun gedrag heeft op de organisatie en haar cultuur’, schrijft ze. Zelfs met heel kleine dingen hebben ze nog impact.

Dat is onder meer gebleken bij een wetenschappelijk experiment waarbij managers altijd snel antwoord moeten geven op sms’jes. Het effect: iedereen in de organisatie gaat dit gedrag kopiëren. Medewerkers voelen zich onder druk staan om ook snel te antwoorden.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

‘Als je een leider ermee confronteert, zegt die misschien: “Nou, ik verwacht niet meteen een antwoord, zelfs als ik zelf wel meteen antwoord geef. Zo ben ik nou eenmaal.” Maar daarmee geef je als leider impliciet wel een duidelijke boodschap af.’

Lees ook: Voor 3 op de 10 managers is werkdruk pas een probleem als er aan de bel wordt getrokken