Inspirerend leiderschap blijkt in Nederland een zeldzaamheid. Dat moet hoognodig anders, zegt Ingrid van Tienen.
Organisaties besteden weinig aandacht aan het ontwikkelen van talent. Dat is één van de opvallende uitkomsten van het Nationaal Leiderschapsonderzoek 2016. Een gemiste kans zegt Ingrid van Tienen, adjunct-directeur van ORMIT, specialist in traineeships en leiderschapsontwikkeling. 'De grootste drivers voor jonge talenten om zich te binden aan een organisatie zijn: uitdagend werk en de mogelijkheden om zich verder te kunnen ontwikkelen, zowel persoonlijk als professioneel. Hierin is een cruciale rol weggelegd voor de leiders van nu.'
-
Download hier het hele onderzoek
Tekort
Steeds meer organisaties hebben moeite de juiste mensen te vinden en te binden. Er is een groot tekort aan hoogopgeleide talenten én aan echte vaklui, stelt Van Tienen. Ze noemt het daarom 'opvallend' dat uit het Nationaal Leiderschapsonderzoek van 2016 blijkt dat organisaties nog steeds maar weinig aandacht hebben voor het ontwikkelen van talent. 'En als talent eenmaal binnen is, is er weinig aandacht voor hun ontplooiing.'
De lat moet hoger
Leiders zouden daar volgens haar een veel grotere rol in moeten pakken. 'Zij kunnen een omgeving creëren waarin medewerkers tot bloei komen en hun volledige potentie inzetten voor de organisatie. Zo’n motiverend werkklimaat kent twee aspecten. Het moet plezierig, veilig en uitnodigend zijn, maar ook veeleisend. Pas als de lat hoog ligt, waarderen echte talenten de bijdragen van collega’s en henzelf. Het moet niet te makkelijk zijn, niet iedereen moet het kunnen.'
Talenten hebben sterke leiders nodig
Sterke leiders zorgen voor uitdagingen, ze creëren kansen voor jongen talenten om te leren, te presteren en te excelleren. En nemen daarbij bewust risico’s, door bijvoorbeeld kritisch eigen werk te delegeren, met de kans op beginnersfouten en alle consequenties van dien, stelt Van Tienen. 'Sterke leiders luisteren en zijn oprecht geïnteresseerd in de mening en ideeën van talenten. En ze nemen dan, op basis van de verfrissende inzichten van andersdenkenden én hun eigen vlieguren, een weloverwogen besluit. Zo zijn de betrokkenen direct klaar voor de uitvoering, ook al krijgen ze niet altijd hun zin.'
Wendbare organisaties bestaan niet
Wendbare organisaties bestaan niet, zegt Van Tienen, maar wendbare medewerkers wel. 'Medewerker die goed zijn in wat ze doen, er plezier in hebben en vanuit die positieve energie proactief inspelen op de steeds veranderende vraag van klanten en nieuwe kansen zien. Kortom: medewerkers die bevlogen zijn. De sleutel tot goede bedrijfsresultaten begint dan ook met werken aan de bevlogenheid van medewerkers. Die bevlogenheid ontstaat als er een sterke fit is tussen de wensen van een organisatie en die van een individuele medewerker. Op zowel inhoud als ambities en waarden. Een van de belangrijkste taken van een goede leider is dan ook inzicht hebben in de talenten, drijfveren en ambities van zijn of haar medewerkers en het stimuleren van persoonlijk leiderschap om daar wat mee te doen in lijn met de ambities van de organisatie.'
Een inspirerend leider is zelf bevlogen
Leiders inspireren als ze zelf bevlogen zijn, aldus Van Tienen. 'Bevlogenheid is besmettelijk, het springt over van een leider naar zijn of haar medewerkers en van het ene teamlid naar het andere. Volgens het Nationaal Leiderschapsonderzoek zien medewerkers hun leidinggevenden niet als inspirerend. Het werken aan meer inspirerend leiderschap start met leiders die zichzelf de vraag stellen: hoe zit ik er nu eigenlijk in?
Het Nationaal Leiderschaps Onderzoek is een onderzoek dat jaarlijks wordt uitgevoerd onder leidinggevenden, in aanloop naar de Big Improvement Day. Het onderzoek is dit jaar uitgevoerd door de redactie van Management Team, communicatieadviesbureau Winkelman & Van Hessen en opleidingsinstituut De Baak. Zo'n 700 respondenten deden eraan mee.
Foto via Flickr.com