Publiceren van de jaarrekening nalaten is niet zonder risico. Het bericht 'Geen sancties op niet openbaren jaarcijfers' uit het FD van 19 januari jl. zet bestuurders toch op het verkeerde been. Dat is de visie van Hanneke De Coninck-Smolders en Annemieke Hendrikse, advocaten bij Van Doorne nv.
Kennelijk publiceren relatief veel bedrijven bij de Kamer van Koophandel geen jaarstukken om te voorkomen dat de concurrentie hun cijfers kan opvragen. Als het al tot oplegging van een strafrechtelijke boete komt, nemen deze bedrijven die voor lief. Of iedere bestuurder van een NV of BV zich hierbij bewust is van mogelijke civielrechtelijke sancties, is de vraag.
Curator
De wet is streng. Bij het niet of niet tijdig publiceren van de jaarrekening door een NV of BV loopt de bestuurder bij faillissement een groot risico door de curator aansprakelijk gehouden te worden voor het boedeltekort. De wet verschaft de curator in dat geval namelijk een riante bewijspositie: onbehoorlijk bestuur staat vast en het vermoeden bestaat dat dit een belangrijke oorzaak van het faillissement is.
De bestuurder die opzettelijk een jaarrekening niet publiceert, manoeuvreert zich in een wel heel lastig parket. Hij ontneemt zich de mogelijkheid verweer te voeren met het argument dat het achterwege blijven van publicatie niet aan hem te wijten is. Bovendien zal in dat geval de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering geen dekking bieden voor de claim van de curator en de kosten die gemoeid zijn met het verweer.
Aansprakelijkheidsrisico
De bestuurder die meent het belang van de vennootschap te dienen door publicatie bewust achterwege te laten, neemt daarom niet alleen het risico van een boete voor lief. Ook aanvaardt hij het reële risico van aansprakelijkheid voor het tekort in geval van faillissement. Daar waar de boete aan de vennootschap wordt opgelegd, zal de bestuurder de civiele aansprakelijkheidsclaim waarschijnlijk uit eigen middelen moeten voldoen.