Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Verduurzamen? Eén op de vijf bedrijven wil dat helemaal niet

Eén op de vijf bedrijven heeft helemaal geen ambitie om te verduurzamen, aldus de Nederlandse Innovatie Monitor 2022. 'Ze zijn gewoon wel klaar met dat klimaat.'

nederlandse innovatie monitor 2022 uva
Foto: Getty Images

Eerst naar het goede nieuws uit de woensdag gepubliceerde Nederlandse Innovatie Monitor 2022 van het Amsterdam Centre for Business Innovation van de UvA: voor het derde jaar op rij hebben meer bedrijven (inmiddels 59 procent) de ambitie om voor 2030 klimaatneutraal te zijn.

De crisis in energie en grondstoffen, de toenemende druk vanuit de maatschappij en de overheid op verduurzaming dragen hieraan bij. Wel blijft de polarisatie groot: bedrijven willen ofwel voor 2050 een verwaarloosbare ecologische voetafdruk realiseren of ze hebben dit doel absoluut niet.

‘Het slechte nieuws is dat die achterblijvers, bijna 19 procent, de bedrijven zijn met de grootste ecologische voetafdruk’, vertelt onderzoeksleider professor Henk Volberda. Deze groep is dus wel cruciaal voor het behalen van de klimaatdoelstellingen.

Bedrijven vinden klimaat een hype

‘We hebben dit jaar ook gekeken naar waarom bedrijven verduurzamen niet serieus nemen. Als je een transportbedrijf hebt en je moet van diesel overschakelen naar elektrische vrachtwagens. Dat zijn investeringen die bedrijven niet kunnen of niet willen maken. Daar kan ik me wel iets bij voorstellen.’

Zonder verplichting van de overheid gaan deze bedrijven niets doen

Technologisch of operationeel zijn er ook uitdagingen, geeft hij aan. ‘Maar er is ook een groep bedrijven die zegt dat ze wel klaar zijn met het klimaatbeleid. Dat het een hype is, dat ze niet de voortrekkersrol willen spelen of dat ze zonder verplichting van de overheid gewoon niets gaan doen.’

Deze bedrijven zeggen hardop dat ze zelfs tot na de 21e eeuw nodig te hebben om een verwaarloosbare voetafdruk te bereiken. Dat is zo’n tachtig jaar.

Lees ook: Richt je op je kernactiviteiten om te verduurzamen

Maak een ranglijst met vervuilers

‘Voor de dienstverleners is het ook veel gemakkelijker: overschakelen naar groene energie, elektrische auto’s, zonnepanelen op het dak. Voor de industrie, denk aan een staalbedrijf, chemie- of transportbedrijf, is het veel lastiger om klimaatneutraal te zijn. En daar hebben we er nogal wat van.’

Volberda stelt in de monitor voor om een ranking te maken van alle bedrijven in Nederland. Op deze lijst komt hun impact, positief of negatief, voor mens en milieu te staan. ‘Het blijft nu te abstract. Als we gewoon gaan vaststellen welke bedrijven een grote uitstoot hebben, dan kunnen we werken met echte harde targets om ze klimaatneutraal te laten worden.’

Als we in Nederland snelheid willen maken, dan heb je een ranking nodig

‘Als we in Nederland snelheid willen maken, dan heb je zo’n lijst nodig. Als het financieel niet haalbaar is voor bedrijven, dan moeten we actie ondernemen om er iets aan te doen. Daar kan de overheid een rol in spelen. Meten is weten. We kunnen wel om de hete brij heen blijven draaien, maar we zullen de klimaatdoelen toch waar moeten maken.’

Winstgevendheid gaat voor

Aandeelhouders, investeerders, maar ook consumenten en werknemers kunnen op basis van zo’n lijst andere beslissingen nemen. ‘Als je als bedrijf tot de notoire groep behoort die zegt dat ze het deze eeuw niet gaan halen, dan kan je als klant ook zeggen dat je geen producten meer van die bedrijven af wil nemen. Dan komt er wel verandering.’

Die transparantie kan de discussie, ook binnen boardrooms, aanzwengelen. Het is toch ‘vrij schokkend’ te noemen dat bedrijven hun eigen winstgevendheid als belangrijker ervaren dan de impact voor mens en milieu, aldus Volberda.

De monitor ziet dezelfde tendens in de keuze van bedrijven voor de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s). Dat zijn voornamelijk de economische ontwikkelingsdoelstellingen. Waardig werk en economische groei staat op de eerste plaats (34 procent), gevolgd door industrie, innovatie en infrastructuur (32 procent).

Woorden, maar geen daden

Het aanpakken van de klimaatverandering staat met 19 procent op de derde plaats. De ondervraagde bedrijven zijn het minst gericht op het beschermen van oceanen en zeeën (3 procent), schoon water en sanitair (6 procent), ecosystemen, bossen en biodiversiteit (7 procent).

Deze laatste drie behoren tot het verduurzamen van het leefklimaat, geeft Volberda aan. ‘Als je bedrijven dan vraagt naar de prioriteiten voor de toekomst, dan vinden ze de verduurzaming van het leefklimaat wel de belangrijkste. Wat bedrijven zeggen, is dus niet wat ze doen.’

Het is essentieel dat bedrijven aantonen dat zij een belangrijk deel uitmaken van de oplossing

Hij vindt ‘het zorgelijk’ dat er voornamelijk aandacht is voor de SDG’s die in het verlengde liggen van de bestaande verdienmodellen van bedrijven. Bedrijven zouden zich juist kunnen onderscheiden door ook aandacht te besteden aan maatschappelijk, sociale en ecologische doelstellingen.

‘In een tijdperk waarbij de negatieve impact van bedrijven op de maatschappij onder een vergrootglas ligt, is het essentieel dat bedrijven aantonen dat zij niet het probleem vormen, maar juist een belangrijk deel uitmaken van de oplossing.’

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Lees ook: We lopen hopeloos achter met verduurzamen

Andere opvallende aandachtspunten uit de Nederlandse Innovatie Monitor 2022:

  • 6,9 is het rapportcijfer voor het ondernemingsklimaat in Nederland. Waarbij het mkb negatiever is (6,6) vanwege onder meer het belastingklimaat, de faciliterende wetgeving en de polarisatie in de maatschappij.
  • 23 procent van de bedrijven overweegt om activiteiten naar het buitenland te verplaatsen. De internationale concerns overwegen dit vaker dan Nederlandse bedrijven.
  • De score op radicale en minder radicale product- en dienstinnovaties is even hoog als vorig jaar.
  • De bestbetaalde persoon bij een Nederlands bedrijf verdient driemaal zoveel als de gemiddelde werknemer. De grootste uitschieters (50 tot 100 keer meer) zijn te vinden bij de grotere organisaties (+250 werknemers).
  • De helft van de medewerkers beschikt nog niet over de benodigde vaardigheden voor 2030. Voor 42 procent verwachten leidinggevenden dit wel op te kunnen lossen met trainingen en opleidingen. Dat betekent dat nog altijd 10 procent niet mee kan.

Lees meer over duurzaam ondernemen: