‘Moet je daarover beginnen?’ Siete Hamminga zegt het eerder geamuseerd dan geïrriteerd. De eerste vraag die hij krijgt, gaat niet over zijn razend succesvolle scaleup Robin Radar Systems, maar over zijn vorige onderneming: Waleli, specialist in nieuwe toepassingen voor technologische innovaties.
Een van de dingen die Hamminga met Waleli ontwikkelde, was een deurbel die je kunt bedienen via een mobiele telefoon. Dat was in de jaren 2000-2009: de vinding werd, heel retro, een ‘gsm-deurbel’ genoemd. Hij was zijn tijd ver vooruit. Te ver, want het grote publiek was er nog niet klaar voor.
De ondernemer profiteert er niet meer van als het concept in 2018 onder de naam Ring voor 1 miljard dollar aan Amazon wordt verkocht.
Tóch gelijk
Fast forward is de slimme cameradeurbel eerder regel dan uitzondering. Doet dat hem eigenlijk nog wat? Hamminga: ‘Het is een briljant ding, ik heb ‘m zelf ook. Leuk om te zien dat ik uiteindelijk toch gelijk had.’
De ondernemer werd op donderdag 14 november geïnterviewd tijdens het event rondom de MT/Sprout Challenger50, de jaarlijkse lijst met de meest uitdagende ondernemers van Nederland. Nostics werd door de jury uitgeroepen tot winnaar.
Lees ook: Nostics wint Challenger50 als meest uitdagende bedrijf van 2024
Zeven jaar eerder was Hamminga zelf Challenger met Robin Radar, dat radarinstallaties ontwikkelt om vogels en drones op te sporen. Het bedrijf had toen 22 medewerkers en een omzet van 4,4 miljoen euro. Inmiddels telt het team 175 mensen en staat er voor 65 miljoen euro aan orders in de boeken.
Luchthavens en windmolenparken
Waleli betekent ‘kolibrie’ in het Cherokee, dus ergens is het passend dat Hamminga voor zijn volgende ondernemersavontuur bij vogels uitkomt. Bij TNO komt hij in aanraking met vogelradardetectie, software die met behulp van radar kleine (vliegende) objecten als vogels kan detecteren.
De technologie laat hem niet los en in 2010 koopt hij alle rechten. Omdat hij weet dat bird strikes een groeiend probleem voor luchthavens zijn. Gewone sensoren kunnen vogels niet detecteren, de technologie van Robin Radar wel. Daar komt al snel een tweede markt bij: windmolenparken. Want ook daar komen botsingen met voorbijtrekkende zwermen regelmatig voor.
Aan het idee ligt het dus niet, de kunst is om de eerste grote klant binnen te hengelen. ‘Ik heb me in het begin wel verkeken op hoe moeilijk het was om bij luchthavens binnen te komen’, vertelt Hamminga. ‘Ik dacht, dat is vast een vooruitstrevende branche, maar het tegenovergestelde bleek waar. De sector is superconservatief. Schiphol – onze eerste klant – overtuigen, was het moeilijkst. Daarna ging het veel makkelijker, omdat we een referentie hadden.’
Oekraïne blijkt gamechanger
De stap naar drones is dan geen grote meer. Hamminga voorziet in 2014 dat die een issue kunnen worden bij de veiligheid rond vliegvelden. Maar het is de grote nucleaire top die in een jaar later in Den Haag wordt georganiseerd, die Robin Radar – pun intended – vleugels geeft.
Daar komen 57 staatshoofden samen, maar de top kampt met een veiligheidsprobleem. De radars van Defensie zijn niet in staat om drones voor terroristische aanvallen te onderscheiden van vogels. Daarop klopt de overheid bij Robin Radar aan.
Lees ook: Robin Radar kan drones spotten, sinds de inval in Oekraïne loopt het storm
De echte gamechanger wordt de oorlog in Oekraïne. Die veroorzaakt wat Hamminga een ‘piekbehoefte’ noemt. ‘We waren gewend twintig installaties per jaar te leveren. Dat werden er vier per week. Ik weet nog goed dat de eerste megaorder van Defensie binnenkwam. Ik heb mijn kernteam bij elkaar geroepen. We gingen richting de feestdagen, het was druk geweest, iedereen liep op zijn tandvlees. Ik wist ook niet hoe mijn boodschap zou landen, want ze waren hier gekomen om vogelradars te maken en nu ging ik vertellen dat we een soort semi-defensiebedrijf werden.’
‘Fúcking awesome’
Het werd doodstil toen hij uitlegde wat er speelde, herinnert hij zich. ‘De ogen werden steeds groter. Ik heb een pauze genomen en een rondje langs de tafel gemaakt, om te vragen: wat doet dit met jullie? De eerste collega zei direct: “Dit is fúcking awesome! Eindelijk gaan we doen wat we de hele tijd al wilden zien.”’
De houding van maatschappij en politiek ten opzichte van defensiebedrijven is in korte tijd gekanteld, ziet Hamminga. ‘Ik denk dat Nederland – heel Europa trouwens – vrede en veiligheid veel te lang voor lief heeft genomen. Met de huidige geopolitieke ontwikkelingen groeit het besef dat het toch wel een goed idee is om in de defensie-industrie te investeren. Omdat het gewoon nodig is.’
Lees ook: Dit zijn 5 Nederlandse defensiekampioenen van de toekomst
Geen subsidies, maar deals
Daarvoor heeft de sector geen subsidies nodig, maar deals. ‘In 2022 verscheen een Kamerbrief waarin stond dat de defensie-industrie niet klaar was voor de piekbehoefte. Dat is alsof je naar een auto wijst met een bijna lege tank en zegt: het bereik van die auto is zeer beperkt. Dat is feitelijk juist, maar het probleem is niet de auto, er moet meer benzine in. Ik mocht met de ministers van Defensie en Economische Zaken in gesprek om het onderwerp te bespreken. Als jullie willen dat we schalen, heb ik gezegd, hebben we opdrachten nodig. Twee weken later sloten we die megadeal met Defensie, onze grootste ooit.’
Schaalbaarheid is volgens Hamminga het sleutelwoord. ‘Tegelijkertijd is dat onze grootste uitdaging. Ik heb heel goed gekeken wat groei bij andere bedrijven tegenhoudt. Vaak is dat de founder zelf. Ik realiseerde: als ik Robin Radar groot wil maken, moet ik een zwaar senior managementteam optuigen. Met mensen die slimmer zijn dan ik, die anders denken en kijken dan ik. Onze chief commercial officer vond ik in eerste instantie echt een lul. Maar ja, dacht ik later, hij had wél gelijk.’
Die groei in goede banen leiden gaat hem niet altijd in de koude kleren zitten. ‘Hoe houd je de sterke bedrijfscultuur vast als je in korte tijd van 22 naar 175 medewerkers gaat? We hebben alles vastgelegd. In processen, structuren, tools. Ik moet zeggen: dat is een redelijke hel. Maar goed, ik wilde een avontuurlijk leven en dat heb ik nu wel.’
Impact van Trump
Alle aandacht gaat nu uit naar defensie, maar de vraag naar installaties voor de luchtvaart en grote windmolenparken stijgt eveneens. Robin Radar groeit ook geografisch; het bedrijf opende deze zomer een kantoor in de Verenigde Staten. Dat Donald Trump daar op 20 januari 2025 aan zijn tweede termijn als president begint, gaat volgens de ondernemer zeker impact hebben.
Lees ook: Trump is dé kans voor de Europese techsector om de achterstand op Amerika in te halen
‘Trump windt er geen doekjes om hoe hij naar de Navo kijkt’, zegt Hamminga. ‘Hij wil er misschien uitstappen, wil misschien stoppen met de steun aan Oekraïne. En hij vindt dat bedrijven die producten in Amerika willen verkopen, het ook op Amerikaanse bodem moeten maken. Het protectionisme is sterk toegenomen.’
Toekomstbestendige aandeelhouder
Met Parcom heeft Hamminga in elk geval een sterke partner achter zich. Hij verkocht zijn bedrijf vorige maand aan de private-equitypartij. De ondernemer maakt er geen geheim van dat de omzet tegen 2030 op 150 miljoen euro moet uitkomen en Robin Radar zocht een ‘toekomstbestendige aandeelhouder’ voor die verdere groei.
‘We zochten een partij die onze waarden deelt en belang hecht aan een sterke bedrijfscultuur’, zegt de oprichter. ‘En die ons niet gaan vertellen wat we moeten doen, want daar houden we niet van.’
Hamminga blijft aandeelhouder en ceo, het management blijft zoals het is. ‘We hebben deze deal niet gesloten omdat we geld nodig hadden’, zegt hij. ‘Maar het is wel lekker om te weten dat, als ik nog eens een briljant idee heb dat groter is dan mijn eigen portemonnee, ik Parcom kan bellen.’
Lees ook: Robin Radar kiest bewust voor private equity: ‘Met Parcom als wingman slaap ik beter’