Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Wat ik leerde van 4 dagen onder een boom zitten

Sprout-expert Charlotte van Leeuwen ging een paar dagen los van het digitale infuus. Dat zorgde voor een wijze les die zij nu dagelijks gebruik bij het runnen van haar bedrijf.

Om het clichébeeld van mensen die met persoonlijke ontwikkeling bezig zijn nog maar even te bevestigen: ik heb laatst een paar dagen onder een boom gezeten. Ja, echt.

En het was best wel in de categorie all the way. In de zin van: vier dagen geen toegang tot mijn computer of smartphone. En ik was niet alleen losgerukt van mijn dagelijkse digitale infuus, ook had ik geen boeken of tijdschriften bij me. Zelfs geen papier, potlood of horloge.

Voor mijn aan snelheid verslaafde brein was het nogal een uitdaging. Ik heb nog nooit vier dagen meegemaakt die zó lang leken te duren. En toch heb ik daar een heel bijzondere en praktische les geleerd die ik dagelijks gebruik bij het runnen van mijn bedrijf.

Zorgenmachine

Zoals de mensen van de organisatie van Nature Quest al hadden aangekondigd: de quest begint eigenlijk al op het moment dat je je ervoor opgeeft. Dat gold voor mij ook. In mijn geval begon namelijk de zorgenmachine op volle toeren te draaien. En vervloekte ik mijn eigen nieuwsgierigheid die me over de streep had getrokken om me toch in te schrijven.

Als geboren en getogen stadsmens ken ik natuur namelijk vooral van mijn balkon, waar planten in geordende potten bij elkaar staan en het meest wilde de klimop is die naar de buren probeert te kruipen. Het idee alleen al dat ik vier dagen zonder tent (je krijgt alleen een tarp mee, een stukje zeil) buiten zou moeten bivakkeren bezorgde me rillingen.

Want wat moest ik doen als er een spin in mijn haren ging zitten? Als er kevers in mijn slaapzaak kropen? Als die enge koeien met lange haren dichtbij zouden komen? En vooral mijn twee grootste angsten: wat als het ging regenen? En wat als ik ’s nachts in het donker Heel Erg Bang zou worden? Wekenlang hield ik mij regelmatig bezig met dit soort vragen en werkte ik diverse noodscenario’s uit in mijn hoofd.

Verspilde energie

Tijdens de quest kwam ik erachter dat dit een hoop verspilde energie was geweest. De gevreesde spinnen lieten zich niet zien. De kevers waren helemaal niet geïnteresseerd in mijn slaapzak en de enge koeien met de lange haren bleken wantrouwiger naar mij dan ik naar hen.

En mijn twee grootste angsten kwamen niet uit. Er viel geen spatje regen en de eerste vijf minuten was ik ’s nachts inderdaad Heel Bang in het donker, maar ja, dat viel op één of andere manier ook niet vol te houden, en na een paar minuten rustig ademhalen viel ik als een blok in slaap.

Je kunt niet alles voorzien

Wel gebeurden er andere dingen die ik weer helemaal niet had voorzien: er was klaarblijkelijk een soort jaarlijkse vergadering van steekhorzels rondom de boom die ik had uitgekozen. Ook werd ik ineens ziek – iets waar ik dan weer helemaal vergeten was bang voor te zijn. Hoewel dat best even zwaar was, merkte ik dat ik daar ook wel weer bovenop kwam. Kortom, datgene waar ik bang voor was, gebeurde niet.

Dit patroon van constant bezig zijn met scenario’s van ‘wat als…’, is iets wat natuurlijk niet alleen bij een Nature Quest opspeelt. Ook binnen mijn werk is dat iets wat vaak terugkomt. En niet alleen bij mij, ik zie het ook veel in mijn omgeving.

Wat gaat er gebeuren als mijn belangrijkste klant het product niet goed vindt? Wat als ik die promotie niet krijg? Wat als ze er achter komen dat ik X of Y eigenlijk helemaal niet zo goed kan als iedereen denkt?

Nuttig? Of toch niet?

Ergens voelt het bij mij altijd alsof ik in de zorgenmodus nuttig bezig ben: ik bereid me immers voor op mogelijk scenario’s – en daardoor kan ik toch ook beter reageren op situaties in de toekomst. De grote grap is dat dit dus vaak niet waar is.

We zijn namelijk helemaal niet zo goed in de toekomst voorspellen als we denken. En tijdens mijn quest werd ik even goed met mijn neus op de feiten gedrukt dat ook ík dat niet goed kan.

Toekomst

Het doornemen van rampscenario’s in mijn hoofd zorgt er niet voor dat ik beter ben voorbereid op de toekomst: het zorgt ervoor dat ik gestrester ben en energie heb verspild.

Bij mij heeft deze les er ingehakt en ik merk dat ik tegenwoordig vaker de ‘wat als…’-scenario’s loslaat. En dat ik er op kan vertrouwen dat als lastige situaties zich voordien ik dán op dat moment op de goede manier zal handelen.

(Ojee, maar wat als jullie dit nu een té vage blog vinden? Wat als allemaal mensen mij hierdoor heel belachelijk vinden? Ach, denk ik dan nu, daar deal ik tegen die tijd dan wel weer mee!)