Mannen zouden niet kunnen multitasken, dat zou enkel voorbestemd zijn voor vrouwen. Nou, dan was ik de uitzondering: ik was het levende voorbeeld dat wij mannen dit ook kunnen.
Ik was immers kampioen multitasken. Althans, een zelfverklaarde kampioen. Ik was heer en meester in veel dingen tegelijk doen. De website updaten, ondertussen een vraag stellen aan een teamgenoot met een telefoon aan mijn oor terwijl ik een volgende taak plande. Of een offerte maken, tegelijk een belletje plegen, mijn e-mail checken en mijn veters strikken. Ik kon van alles tegelijk.
Wat was ik er goed in. En waarom? Tijdgebrek. Ik dacht altijd dat ik te weinig tijd had op een dag en teveel te doen. Dus waarom dan niet veel dingen tegelijk doen. Wel zo efficiënt, toch?
Niet de beste multitasker
Ik was er goed in. Ik spreek de hele tijd over was, want ik ben er inmiddels achter dat ik helemaal niet zo goed functioneerde. Ik durf nu eerlijk te bekennen dat ik niet echt de beste multitasker was. Het antwoord van mijn teamgenoot hoorde ik niet echt en ik moest de vraag toch stiekem nog twee keer herhalen. Er viel altijd wel iets uit mijn handen of ik had het verkeerde nummer aangetikt in mijn telefoon. Dikwijls reed ik de juiste afslag op de snelweg voorbij.
Ik meende dat het gewoon in mij zat. Als ik er op een afstandje naar kijk, dan had ik altijd het gevoel dat er te weinig uren in een dag zaten. Tekort voor alles wat ik nog moest en wilde doen. Dan maar meerdere dingen tegelijk. Wel zo efficiënt. Maar genoot ik van de dag? Ja en nee, als ik heel eerlijk ben.
Van alles een beetje
Er gebeurde zoveel dat ik net niet alles 100 procent deed. Dat ik met mijn aandacht al bij het volgende taakje zat. Altijd maar druk en in een moordend tempo. Het gekke was dat als ik dan even rust had, ik al binnen twee minuten weer iets bedacht had om in de actie te schieten. Mijn systeem wist niet beter. Het was een zeer ingesleten patroon. Aan het einde van de werkdag was ik dan ook steevast opgebrand. Vroeg naar bed en de volgende dag weer lekker fris ertegenaan.
Waar ik dacht dat meerdere dingen tegelijk doen betekende dat ik mijn tijd efficiënt gebruikte, blijkt precies het tegenovergestelde waar
Mensen om mij heen zeiden dan wel eens: “Allard, geniet eens van het moment. Van de oplevering van een project, een klantbezoek of een gesprek met een teamgenoot. Geniet eens van nu. Sta eens stil.” Ik begreep daar niks van. Hoezo stilstaan en genieten? Daar is toch geen tijd voor en ik deed toch heel veel noodzakelijke en mooie dingen? Stilstaan zou betekenen dat al mijn taakjes niet af zouden zijn op die dag. Wat dan?
Totdat ik enkele maanden geleden besloot nog maar één en, vooruit, bij hoge uitzondering maximaal twee dingen tegelijk te doen. Een soort experiment. Baat het niet, dan schaadt het niet. Er was niet echt een concrete aanleiding, anders dan dat ik merkte dat ik steeds minder energie had.
Het meeste gaat nu in één keer goed
En nu komt de paradox. Waar ik dacht dat meerdere dingen tegelijk doen betekende dat ik mijn tijd efficiënt gebruikte of anders geredeneerd dat met maar één ding tegelijk te doen ik in tijdsnood zou komen, blijkt precies het tegenovergestelde waar. Mijn dagen zijn nu juist langer. Mijn dagen lijken in ieder geval langer. Bizar. Waar ik bang voor was, komt helemaal niet uit.
Door minder tegelijk te doen, lijkt mijn dag langer
Met het doen van één ding tegelijk, heb ik volle aandacht, betere focus en lijkt de tijd langzamer te gaan. Het meeste gaat nu in één keer goed. Scheelt in ieder geval veel tijd met omrijden, opruimen of de vraag opnieuw moeten stellen. De mooiste opbrengst is dat ik veel meer geniet van alles.
Door met maar één ding tegelijk bezig te zijn, voelt het of ik automatisch meer aandacht heb voor dat wat ik aan het doen ben. Dit zorgt voor enorm veel meer rust. Hierdoor geniet ik meer dan voorheen van het nu.
Meer genieten van de dag
Ik ben zelfs 10 tot 60 minuten gaan mediteren per dag. Dit laatste had ik echt nooit voor mogelijk gehouden. Als jij mij dit drie maanden geleden had verteld, had ik je hard toegelachen. Waar moet ik die tijd vandaan halen? Laat staan de rust vinden om dan tien minuten geen gedachtes te hebben?
Ik begrijp er nog steeds niks van. Door minder tegelijk te doen, lijkt mijn dag langer, geniet ik meer van het nu en ben ik ’s avonds minder moe. Mijn teamgenoten en anderen om mij heen geven aan dat ik rustiger ben geworden, beter luister en met meer aandacht aanwezig ben. Het meest bizarre is nog wel dat ik naar mijn idee niet minder presteer op een dag. Misschien zelfs meer.
De paradox van werken in het nu. Kun jij mij dit uitleggen?