Terug in Nederland was het even wennen voor Philips. Negen jaar bracht hij door in Silicon Valley, eerst als partner van het duurzame concernTendris, later als angel investor in verschillende startups. De grootste klapper onder zijn investeringen was ongetwijfeld Nest. Als investeerder en adviseur was hij al vroeg betrokken bij de slimme thermostaat van Apple-designer Tony Fadell, die onder Steve Jobs de iPod en iPhone hun vorm gaf. Nest werd echter vrij snel verkocht aan Google: “Daar heb ik goed op verdiend, maar liever was ik er langer bij betrokken geweest.”
Private Equity vs Venture Capital
Philips maakte een kort uitstapje naar Pegasus Capital Advisors, een private equity-partij uit New York met een portfolio van ongeveer twee miljard dollar. Aan de east coast begrepen ze maar weinig van de businessmodellen en bedrijfswaarderingen van de westkust. Startups vonden ze daar te duur of ze verkochten bullshit: het mentaliteitsverschil tussen private equity en venture capital speelde ook mee. Philips kreeg vervolgens de kans om zich aan te sluiten bij het nieuwe investeringsfonds van Twitter-oprichter Evan Williams.
Terugkeer
Williams had 50 miljoen uitgetrokken voor duurzame investeringen en zocht mensen voor zijn board. Precies in het straatje van Philips die via Tendris al vroeg was aangehaakt op de groeiende vraag naar sustainable business. Ook Leonardo DiCaprio, die zich met een eigen stichting inzet voor een betere planeet, was ingestapt en zat bij de eerste gesprekken. Philips en zijn vrouw hadden inmiddels gesprekken over een eventuele terugkeer naar Nederland. “Als we hadden getekend voor het fonds van Williams, hadden we minimaal 10 jaar moeten blijven. Toch was er een wens om onze kinderen, die inmiddels aardig Amerikaans waren geworden, ook een Nederlandse jeugd te geven. Toen hebben we besloten om na het schooljaar, in de zomer van 2015, terug te keren.”
Twitter-oprichter Evan Williams, via Flickr.
Eenmaal in Nederland kwam Philips terecht bij Social Impact Ventures, waar hij samen met oprichters Willemijn Verloop en Machtelt Groothuis en partner Helmer Schukken ondernemers met serieuze impact helpt te groeien. Het fonds van 40 miljoen investeert onder meer in leerplatform Bomberbot, supermarktketen Marqt, Taxi Electric en de 1%Club. Vijf ventures zijn inmiddels gefinancierd met een gemiddelde dealsize van anderhalf miljoen euro. “Zelfs voor sociale ondernemers is het een uitdaging om concreet en meetbaar te maken hoeveel impact ze gaan maken: wij helpen daarbij.”
Hoe ben je investeerder geworden?
“Na mijn rechtenstudie bleek al snel dat een traditioneel advocatenkantoor niks voor mij was. Fortis had in die tijd net participatiemaatschappij NeSBIC overgenomen. De investeerderswereld leek mij wel spannend dus benaderde ik de directeur en zei: ‘Bied me een stageplek aan, ik kan maandag beginnen, als het bevalt geef je maar een contract.’ Daar ben ik vijf jaar gebleven.”
“Later kwam ik via mijn beste vriend en neef Frans Otten in contact met Ruud Koornstra en Friedwart Barfod en samen met hen heb ik Tendris opgezet. Tendris investeerde niet in andere bedrijven, maar startte zelf duurzame initiatieven. Eerst zijn we begonnen met Durion (later verkocht aan Oxxio) waarbij we met al snel 10% van de Nederlandse huishoudens aan groene stroom hebben gebracht. Ook hebben we de Visa Green Card opgezet. Hiermee kon je als consument online zien wat je carbon footprint was en dit compenseren door te herinvesteren in duurzame projecten.”
Oud-compagnon Ruud Koornstra
“In 2006 ging ik voor Tendris naar San Francisco. Het idee was dat we beproefde modellen in Nederland ook zouden uitrollen in Amerika. We hadden de Visa Green Card bijna verkocht aan Discover, tot de financiële crisis uitbrak. Na tien jaar, in 2012, hadden alle partners een wens voor iets nieuws en zijn we in goed overleg uit elkaar gegaan.”
Wat was je grootste succes tot nu toe?
“Het grootste succes is ongetwijfeld Nest geweest. Het heeft een waanzinnig rendement opgeleverd, en heeft miljoenen klanten geholpen inmiddels bijna 14 miljard KWh te besparen. Het bevestigde voor mijzelf dat ik als investeerder het kaf van het koren kan scheiden. Het was geweldig om met oprichters Tony Fadell en Matt Rogers te sparren over het bedrijf en de marktkansen. Ik was er liever langer bij betrokken geweest, maar binnen een jaar was het voor een fors bedrag, 3,2 miljard dollar verkocht aan Google.”
En de grootste missers?
“De grootste misser is Sungevity geweest, een grote leverancier van zonnepanelen. Daar zat ik persoonlijk met een fors bedrag in, maar het ging begin dit jaar failliet. Het was een prachtig bedrijf, met een onvoorstelbaar mooi doel. Het ging mis doordat de grote investeerders hierachter niet kritisch genoeg zijn geweest. Ze hebben veel te veel geld geïnvesteerd en zijn niet hard genoeg geweest op het businessmodel.”
“Sungevity had gegokt op een beursgang in New York, maar toen Trump aan de macht kwam stortte het vertouwen in duurzame energie in elkaar. Er was geen plan B en dat neem ik vooral de andere investeerder kwalijk. Het is jouw rol om de ondernemer met het hogere doel gericht op wereldverbetering ook business wise scherp te houden. Als impact investor moet je daarom soms hard zijn. Voor de lange termijn is tough love beter dan soft love. Overigens is de Nederlandse dochter van Sungevity inmiddels succesvol doorgestart.”
Wat vind je het leukste – en minst leuke – aan dit vak?
“Het mooiste is dat je ondernemers kunt helpen hun droom voor een betere wereld waar te maken. Ook het risico spreekt me erg aan en het is een mooie uitdaging om de succesfactoren van een bedrijf in te schatten en daarbij de belangrijkste klippen te omzeilen.”
“Het lastige is de administratieve zorgplicht die bij een fonds komt kijken. Als angel investor werk je met eigen geld en je kunt snel schakelen. Nu komt er een hele papierwinkel bij kijken. Je moet vastleggen waarom je bepaalde beslissingen neemt en waarom je bepaalde risico’s aangaat. Het zorgt overigens wel voor betere beslissingen, maar mijn hobby zal het nooit worden.”
Wanneer moet ik als ondernemer wel, en wanneer vooral niet bij jullie aankloppen?
“Bij Social Impact Ventures investeren we alleen in bedrijven met een groter maatschappelijk doel. Je moet dat doel bovendien concreet kunnen maken in cijfers. We vragen niet alleen een vijfjarig bedrijfsplan maar ook een vijfjarig impact plan. Als je sociale impact targets – waar wij mee werken – niet concreet wilt maken, ben je bij ons niet aan het goede adres. Als je echter zoekende bent, helpen we je graag op weg. Vaak zijn deze gesprekken heel gaaf en helpt het ondernemers om hun eigen businesscase aan te scherpen. De ondernemers achter de bedrijven zijn in de regel overambitieus. Wij kijken vanuit de investment case liever met een realistische bril en laten ons graag verrassen als het beter gaat.”
“Ondernemers komen bij ons voor kapitaal, maar ook voor impact, ambitie en een stukje persoonlijke ondersteuning van de maatschappelijke doelen – noem het levensvreugde. Wij zitten qua value set op één lijn met de ondernemers en willen ze vanuit een groter doel helpen te groeien. We investeren alleen in schaalbare ventures, omdat de impact daarmee schaalbaar is. We helpen – zeker in de beginfase – actief mee om de businesscase op orde te krijgen of op te schalen. We zitten dan zelf veel bij het bedrijf op kantoor of schakelen specialisten in op specifieke vakgebieden. Dat gaat van het opschalen van operationele systemen tot het ontwikkelen van nieuwe pricing modellen.”
Als je nu iets kon veranderen aan de manier van investeren in Nederland, wat zou dat zijn?
“De Nederlandse investeerdersmarkt is gelukkig snel aan het professionaliseren. Wat er echt beter moet zijn de pitches die je krijgt van de ondernemers. In Silicon Valley weet iedereen hoe je in een pitchdeck alleen de relevante bedrijfsinformatie overzichtelijk moet aanleveren. In Nederland zijn die in de regel nog steeds ondermaats en krijg je vaak zelfs too much informatie.”
“Een ander aspect is de mindset van ondernemers. In Amerika snapt men dat je 3 tot 5 investeringsrondes door moet voordat je je doelstellingen bereikt. Hier vindt men het zoeken naar investeerders maar vermoeiend en wil men er graag in één ronde vanaf zijn. Nederlandse ondernemers zouden meer routine moeten krijgen in het aantrekken van extern kapitaal, met goede milestones en een gedegen roadmap om na 18 tot 24 maanden bij nieuwe investeerders aan te kunnen kloppen als dat nodig is. Ook gaan ze nog te snel voor goedkoop of gemakkelijk geld. Ze zouden meer kunnen kijken welke fondsen op lange termijn bij de bedrijfsvisie en groeistrategie en de cultuur passen.”
Tegen welke (internationale) investeerder kijk je op?
“Ik kijk met veel respect naar Andreessen Horowitz. Ze investeren niet alleen maar helpen actief mee om het startup- en scaleup-ecosysteem in Silicon Valley verder te brengen. Daar werken wij ook actief naartoe, waarbij ons streven is dat nog veel meer impactvolle ondernemers ondersteuning krijgen, zowel hier als in het buitenland .”
Lees ook: Ton van ’t Noordende (Keadyn): ‘Wij willen een alternatief zijn voor suit & tie-investeerders’
Lees ook: Johan van Mil (Peak Capital): ‘Als wij instappen moet het gaspedaal echt in de turbostand’
Lees ook: Niels van Aalten (Holland Venture): ‘Er is weer te veel geld in de markt’