Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Advertorial – Essent

Optimale service voor grootzakelijke klanten  

De overname door het Duitse RWE heeft niets veranderd aan de ambitieuze doelstellingen van Essent voor de grootzakelijke markt. “In tegendeel”, zegt Cano Koc, manager sales. “We streven naar duurzame relaties met onze klanten. Daarom werken we voortdurend aan de verbetering van onze dienstverlening.”

 

“Optimale dienstverlening is een cruciale factor in de energiemarkt voor grootzakelijke klanten”, zegt Cano Koc, manager sales bij Essent. “De concurrentie is groot, terwijl energie een commodityproduct is. Dus de enige manier waarop we ons kunnen onderscheiden, is in onze dienstverlening. We zijn dan ook voortdurend bezig om die te optimaliseren en aan de behoeften van grootzakelijke klanten aan te passen.” De recente overname van Essent door RWE heeft daarin niets veranderd. “Sterker nog, doordat we nu deel uitmaken van een organisatie uit de Europese top vijf van de energiemarkt, kunnen we onze klanten nog beter bedienen. Als onderdeel van een kapitaalkrachtige, beursgenoteerde onderneming profiteert Essent van grotere inkoopkracht en investeringsmogelijkheden. Onze security of supply die cruciaal is voor grootzakelijke klanten, is door de overname door RWE nóg beter geworden.”

Onverminderd groen

Ondanks de voordelen, klonken er ook kritische geluiden over de overname door RWE. “Er werd getwijfeld of we wel voldoende groen zouden blijven. Die twijfel is niet terecht”, zegt Koc. “Essent is op dit moment veruit de grootste producent van groene energie in Nederland. Dankzij nieuwe miljardeninvesteringen zullen we die positie ongetwijfeld houden.” Het duurzaamheidscontract dat RWE en Essent vorig jaar tekenden, voorziet onder meer in grote investeringen in windenergie en biomassa. Bovendien gaan de partijen centrales moderniseren; voor een hoger rendement en minder CO2-uitstoot. Ook op kleinere schaal zoekt Essent actief naar innovatieve groene-energieoplossingen. Een fraai voorbeeld daarvan is de biogas-‘snelweg’ die de energieleverancier in noordoost Friesland ontwikkelt. Via die pijplijn leveren agrarische bedrijven ruw biogas uit hun mestvergistingsinstallaties aan een gezamenlijk punt. Daar wordt het biogas gezuiverd en als groen gas op het landelijke net ingevoerd. Koc: “Met de technologische kennis van RWE kunnen we dit soort initiatieven met onze klanten nóg beter ontwikkelen.”

De klant centraal

Die samenwerking met klanten is een belangrijk onderdeel van Essent’s ‘customer centricity’. Joost Zonneveld, lid van het Sales MT van Koc, vertelt: “Iedere grootzakelijke klant heeft een vaste contactpersoon die alles weet van die klant en van de branche waarin de klant opereert. En natuurlijk ook over de actuele situatie op de energiemarkt.” Op basis van die kennis adviseren accountmanagers hun klanten over het productportfolio, de contractvorm en de inkoophoeveelheden. “De behoeften en risico’s van grootzakelijke klanten kunnen sterk uiteenlopen en veranderen in de tijd. Vandaar dat onze adviseurs flexibele producten aanbieden die aansluiten op het risicoprofiel van de klant.” Accountmanagers houden hun klanten voortdurend op de hoogte over veranderingen in de markt. “Heel belangrijk,” zegt Zonneveld, “want kleine veranderingen in de marktomstandigheden kunnen voor grootverbruikers zwaar doorwegen. Het is dus zaak dat onze adviseurs hun klanten optimaal ondersteunen bij het bepalen van het juiste inkoopmoment. Dat is ook de reden waarom we voortdurend investeren in kennis: kennis van de klant, van de markt en van de producten. Bovendien vragen we klanten regelmatig om feedback over hun ervaringen met onze adviseurs. Want we willen er absoluut zeker van zijn dat we onze grootzakelijke klanten naar tevredenheid ondersteunen.”

Processen gecertificeerd

Grootzakelijke klanten kunnen sterk van elkaar verschillen, niet alleen in energiebehoefte, maar ook qua informatiebehoefte. “De ene klant wil iedere maand een factuur met een totaaloverzicht van het energieverbruik, de andere wil iedere week een overzicht uitgesplitst per vestiging”, illustreert Koc. “Wij kunnen aan al die wensen voldoen. Bovendien kunnen we snel schakelen als de behoeften van klanten veranderen.” Dat geldt niet alleen voor de informatie, maar ook voor belangrijke parameters in het contract. “Meer groene energie nodig? Andere compensatieproducten gewenst? We regelen het onmiddellijk”, belooft Koc.
Het ISO 9001-certificaat voor alle processen rond grootzakelijke klanten, van het offertetraject tot facturering en klachtafhandeling, is daarvoor een garantie.

Onlinediensten

Een belangrijk gevolg van het voortdurende streven naar betere dienstverlening zijn de onlinefaciliteiten die Essent zijn grootzakelijke klanten biedt. “Klanten kunnen met ‘Energie Administratie’ hun facturen online inzien, desgewenst uitgesplitst per vestiging. Bovendien bieden we de mogelijkheid om zelf nieuwe aansluitingen te wijzigen”, somt Zonneveld op. Met ‘Energie Fixeer’ kunnen klanten desgewenst zelf ook variabele onderdelen van hun contract fixeren of de samenstelling ervan finetunen. “Klanten bieden we daartoe complete inzage in alle relevante ontwikkelingen”, voegt Koc toe. “Dat gaat niet alleen om actuele prijzen van kolen, gas en olie, maar ook om parameters die die prijzen beïnvloeden, zoals de euro-dollarverhouding en de koers van emissierechten.” Een belangrijke informatiebron is bovendien de wekelijks e-mailnieuwsbrief voor grootzakelijke klanten, waarin Essent dieper ingaat op ontwikkelingen. Tekenend voor de kwaliteit daarvan is niet alleen het grote aantal ontvangers alsook het hoge percentage dat de nieuwsbrief Energie Update werkelijk leest. Dankzij die digitale bronnen beschikken grootzakelijke klanten over vrijwel dezelfde informatie als hun adviseurs. Dat leidt ertoe dat Essent en zijn klanten op een snellere en betere manier tot beslissingen kunnen komen over het productportfolio of de inkoophoeveelheden; als echte partners.

Essent NV

Postbus 689, 5101 AR ’s-Hertogenbosch
Telefoon: 0900-600 96 00 (10 ct./min.)
Fax: 0900-369 03 69 (10 ct./min.)
E-mail: [email protected]
www.essent.nl/grootzakelijk
 

Flink-baas wil 5% van de supermarktbranche: ‘Ja, met flitsbezorging is geld te verdienen’

Flink kwam dit jaar als winnaar uit de strijd tussen flitsbezorgers. Daarmee begint het spel pas, vindt Robin Kiesler, ceo van Flink Nederland. 'In de supermarktbranche zijn we nog maar een kleine speler.'

robin kiesler ceo flink nederland
Robin Kiesler, ceo van Flink Nederland: 'De vraag die vanaf de start boven de markt hing: is hier geld mee te verdienen? Het antwoord is ja.' Foto: Flink

Nee, de champagne is niet opengetrokken en er is niet op de bureaus gedanst op het hoofdkantoor van Flink, toen bekend werd dat concurrent Getir uit Nederland vertrok.

Ergens vindt Robin Kiesler, ceo van de Nederlandse tak, het zelfs wel jammer dat het bedrijf in mei van dit jaar de aftocht blies – waarmee Flink als enige ‘flitser’ overbleef. ‘Het was nog niet nodig om te consolideren’, zegt hij. ‘Er is op dit moment ruimte genoeg voor twee partijen.’

Verder vindt hij het ‘niet zo relevant’ om de last one standing te zijn in het zwaarbevochten segment van same-day boodschappenbezorging. Kiesler kijkt liever naar het overkoepelende plaatje, want in het grotere geheel der dingen is Flink nog maar een kleine speler.

In de supermarktbranche ging vorig jaar 50,8 miljard euro om, waarvan ongeveer 2,5 miljard (5 procent) via digitale supers. Daarvan kwam meer dan 200 miljoen euro op het conto van Flink.

Luxepositie

Dat kan volgens de ceo fors meer worden. ‘Het lijkt me logisch dat het online aandeel van boodschappen de komende jaren verder gaat stijgen’, zegt hij. ‘Dat hebben we bij elektronica gezien, dat hebben we bij kleding en schoenen gezien. We opereren in een groeimarkt en weten: als we die markt goed bedienen, groeien we mee.’

Waar hij naartoe wil? ‘Een marktaandeel van 5 procent zou mooi zijn. Maar we hebben geen enorme haast om op dat punt te komen. We verkeren nu in de luxepositie dat we rustig aan het segment van same-day grocery delivery kunnen bouwen.’

Flink-roze

Een sprong terug in de tijd. Flink wordt in december 2020 opgericht door de Duitse ondernemers Christoph Cordes, Julian Dames en Oliver Merkel. Een maand later maakt de boodschappenbezorger de stap naar Nederland. Kiesler levert de eerste bestelling in ons land zelf af, gekleed in het kenmerkende ‘Flink-roze’.

Een kleur die in no time niet meer uit het straatbeeld weg te denken is. Niet alleen omdat overal in buurten en wijken mini-distributiecentra (‘darkstores’) oppoppen en koeriers onophoudelijk door de straten zoeven, maar ook vanwege de alom aanwezige marketingcampagnes, bedoeld om snel marktaandeel te veroveren. Wie wordt de grootste?

Naast het roze van Flink gaat de race tussen het blauw van Zapp, het zwart van Gorillas en het paars-geel van Getir. Met consumenten als lachende derde; als die het beetje slim uitkienen, hebben ze voor weken gratis boodschappen via de apps.

Lees terug: Wie wint de slag om de flitsbezorging?

‘In het begin ging alles om groei’, blikt Kiesler terug. ‘We waren een nieuwe categorie aan het bouwen en het was van meet af aan duidelijk dat er op langere termijn slechts ruimte was voor één of twee spelers. Flitsbezorging is een low-margin business, dus hebben we volume nodig. Hoe hoger het volume, hoe beter de inkoopcondities en hoe efficiënter we onze operatie kunnen draaien.’

Acht boodschappenzakken

Kiesler heeft het liever over de eigen business dan over de vertrokken concurrentie. Maar gevraagd wat Flink beter deed dan de anderen, is kostenefficiëntie volgens hem het sleutelwoord. Voor flitsbezorgers zijn de personeelskosten de grootste post, dus moeten de bezorgers (‘riders’) zo optimaal mogelijk worden ingezet. Door per rit met zoveel mogelijk bestellingen te rijden bijvoorbeeld.

‘Onze koeriers krijgen per ronde twee tot vier bestellingen mee’, zegt Kiesler. ‘Voor onze hubs in Amsterdam zijn net nieuwe fietsen aangeschaft waarmee zelfs acht boodschappenzakken kunnen worden vervoerd. Een algoritme bepaalt welke order met welke rider meegaat en berekent de beste route.’

flink nederland boodschappen bezorgen
Wat deed Flink beter dan de concurrentie? Ceo Robin Kiesler: ‘Bezorgers zo optimaal mogelijk inzetten. Ik denk dat vooral Getir daar moeite mee had.’ Foto: Flink

Kiesler denkt dat met name het Turkse Getir zich in de hoge loonkosten heeft verslikt. ‘Getir komt uit een land waar de lonen lager zijn. Ik denk niet dat het bedrijf gewend was op deze manier over de inzet van bezorguren na te denken.’

Fietsen voor één banaan

Meer stops per route betekende dat Flink afscheid moest nemen van de 10 minuten-garantie, iets waarmee flitsers in de begindagen opzien baarden. Een bezorgtijd van een half uur tot drie kwartier is voor klanten ook prima, zegt de ceo. ‘Het gaat erom dat ze geen dagen vooruit hoeven te plannen. Ze kunnen aan het einde van de werkdag bedenken wat ze gaan eten, die boodschappen binnen een uur in huis hebben en koken.’

De dagen dat de koeriers van Flink voor één banaan – in het eerste jaar werden er 675.000 verkocht, hoewel niet allemaal per stuk – gingen fietsen, zijn ook verleden tijd. Leuk om je bedrijf mee op de kaart te zetten, maar op de lange termijn is daar geen stabiel businessmodel op te bouwen. Daarvoor moeten de mandjes voller.

Zodoende hanteert Flink nu een minimum orderbedrag en rekent het bedrijf tussen de 2,49 en 6,49 euro aan bezorgkosten. Die bedragen zijn variabel: afhankelijk van de afstand tussen het bezorgadres en dichtstbijzijnde magazijn worden ze hoger of lager.

De bezorgkosten dalen ook naarmate de digitale boodschappenkarretjes verder worden gevuld. Die maatregelen, in combinatie met een steeds breder aanbod, zorgen ervoor dat het gemiddelde bestelbedrag inmiddels ruim boven de 30 euro zit.

Continu optimaliseren

Is dat genoeg? Laurens Sloot, hoogleraar Ondernemerschap in de detailhandel aan de Rijksuniversiteit Groningen, rekende in het FD voor dat flitsbezorging pas uit zou kunnen bij een gemiddelde besteding van 40 euro en een brutomarge van 40 procent, met een weekomzet van 100.000 euro per magazijn. Dat vindt Kiesler te zwart-wit.

robin kiesler ceo flink
Met 135 miljoen euro vers groeigeld wil Flink uitbreiden in Nederland en Duitsland. In ons land komen er dit jaar tien hubs bij. Foto: Flink

Alleen al omdat er tussen de locaties – Flink heeft 56 hubs in Nederland – enorme verschillen zijn. ‘Op papier is onze hub in het centrum van Hilversum succesvoller dan die in Amsterdam, Rotterdam of Utrecht’, zegt hij. ‘De huur is lager, de afstanden zijn korter. Onze bezorgers leveren daar met gemak zeven orders per uur af. Wat doen we dan in grotere steden? Aan de afstanden kunnen we niets doen, aan de huurprijzen ook niet. Dus sturen we op vollere mandjes. Want we gaan daar natuurlijk niet weg.’

Het is continu optimaliseren, zegt hij. ‘Je kunt niet te hard op hogere bonbedragen pushen, want we willen aan de onderkant niet te veel orders kwijtraken. Die hebben we nodig om routes efficiënt te plannen.’

De brutomarge deelt Flink niet, de omzet per hub evenmin. ‘We hebben het zo ingericht, dat het gemiddeld uitkomt.’

Opgedroogd durfkapitaal

Durfinvesteerders legden bij de komst van flitsbezorgers miljarden in. Getir haalde in totaal 1,8 miljard dollar aan funding op, Gorillas (dat in 2022 door Getir overgenomen werd) en Flink beiden 1,3 miljard dollar.

Dat veranderde toen de inflatie en rente vanaf eind 2021 snel stegen. Geldschieters werden voorzichtiger, want vooralsnog betaalden die miljardeninvesteringen zich niet uit in winsten. Het durfkapitaal droogde op.

Lees ook: Wat heeft 4 jaar flitsbezorging opgeleverd? ‘Thuisbezorgd en Picnic plukken de vruchten’

Dat Flink dit najaar 135 miljoen euro ophaalde in een nieuwe ronde, bij bestaande financiers als Bond, Mubadala, Northzone en Duitse supermarktgigant Rewe, is volgens Kiesler een teken dat het vertrouwen terug is. Omdat de scaleup zwarte cijfers kan laten zien.

‘De vraag die vanaf de start boven de markt hing: is hier geld mee te verdienen? Het antwoord is ja. In het eerste en tweede kwartaal van dit jaar hebben we ebitda-positieve maanden gedraaid. Nu kiezen we weer voor groei boven winst.’

Same-day versus next-day

Het bedrijf wil uitbreiden in Duitsland en Nederland, nog altijd de enige markten waar Flink actief is. In ons land moeten er het komende jaar zo’n tien distributiecentra bijkomen. ‘In Nederland kunnen nu 6 miljoen mensen bij ons bestellen’, zegt Kiesler. ‘Er zijn een paar plekken waar we nog niet zitten en die interessant voor ons zijn, zoals Rotterdam-Zuid en Leidschendam.’

De ceo merkt dat de service vooral aanslaat bij jonge gezinnen. ‘Die zijn druk en de bezorgkosten zijn het ze wel waard, als ze daarvoor niet met de kinderen naar de supermarkt hoeven.’

Onlinesuper Picnic richt zich op exact dezelfde doelgroep. ‘Dat klopt’, reageert Kiesler. ‘Maar ons voordeel is dat je met Flink minder ver vooruit hoeft te plannen. Next-day grocery delivery is tijdens de pandemie enorm gegroeid. Toen zat iedereen thuis. Nu zijn we terug op kantoor, zijn de agenda’s voller en hebben we meer behoefte aan flexibiliteit.’

Lees ook: Michiel Muller: ‘Natuurlijk wordt Picnic winstgevend’

In de ruim 40 plaatsen waar Flink actief is – grote en middelgrote steden – doen steeds minder mensen aan maaltijdplanning en weekboodschappen, vervolgt hij. ‘In plaats daarvan rijden ze na werk nog even langs de supermarkt om boodschappen voor een of twee dagen te halen. Op die consument richten we ons. Daarom zou deze propositie in kleinere plaatsen niet werken. Ede: ja, maar IJmuiden wordt te klein.’

Pizza bestellen of toch koken

Flink wil ook groter worden in de gebieden waar de scaleup al actief is. Een deel van het groeigeld wordt gebruikt om de samenwerking met Just Eat Takeaway te versterken. Naast sushi en pizza kunnen klanten sinds november vorig jaar ook boodschappen bestellen via de maaltijdbezorger.

‘Met 6 miljoen gebruikers is Thuisbezorgd.nl een goede aanvulling op onze eigen app’, zegt Kiesler. ‘Daarmee bereiken we een ander publiek dan via onze eigen kanalen. Mensen die eigenlijk een pizza willen bestellen, maar er dankzij het gemak toch voor kunnen kiezen om zelf te koken.’

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

De bedoeling is om de apps beter te integreren en meer samen te gaan doen op het gebied van promoties en marketing. Een opmaat voor een overname, waarover al langer wordt gefluisterd? Daarover kan de ceo kort zijn. ‘Dat is totaal niet aan de orde. We bestaan nog geen vier jaar, zijn zelfstandig en groeien goed. Er is geen enkele reden om nu al over een overname na te denken.’

Lees ook: Jitse Groen over begin Thuisbezorgd in Enschede: ‘Er was een internetcultuur’

Nostics wint Challenger50 als meest uitdagende bedrijf van 2024

Nostics heeft de MT/Sprout Challenger50 Award van 2024 gewonnen. De ontwikkelaar van infectie-testkits mag zich daarmee de grootste marktuitdager van het jaar noemen. Nostics liet finalisten Carbyon en Cradle achter zich.

nostics eva rennen challenger50
Eva Rennen van Nostics nam de (lelijke) wisselbeker in ontvangst. Links MT/Sprout-hoofdredacteur Donovan van Heuven. Foto: Burak Goraler

Wie een infectieziekte heeft, moet vaak dagen wachten op laboratoriumresultaten voordat de juiste behandeling kan starten. Het Amsterdamse Nostics ontwikkelt een diagnostisch platform waarmee artsen binnen vijftien minuten weten welke bacterie een infectie veroorzaakt.

De technologie combineert fotonica, nanotechnologie en machine learning om razendsnel bacteriën te identificeren. ‘Dit kan een revolutie betekenen in de strijd tegen antibioticaresistentie’, aldus medeoprichter Rennen, die donderdag pitchte voor de jury van de Challenger50.

Het eerste product van Nostics richt zich op blaasontstekingen, waar jaarlijks 400 miljoen mensen wereldwijd aan lijden. Het team van 22 medewerkers werkt hard aan de ontwikkeling en klinische validatie. Nostics heeft al een entiteit in de Verenigde Staten opgezet en is in gesprek met de Amerikaanse gezondheidswaakhond FDA voor goedkeuring.

Competent, veelzijdig team

De jury van de Challenger50 is onder de indruk van het team van Nostics. Dat bestaat naast Rennen uit Vincent Laban, Rochelle Niemeijer, Bob de Vos en Jeroen Nieuwenhuis. Een combinatie van wetenschappelijk en zakelijk talent.

‘We moeten wat geduld hebben, maar Nostics heeft een heldere roadmap’, zegt juryvoorzitter Philip Bueters, chef lijsten van MT/Sprout. ‘De bestrijding van infectieziekten wereldwijd, en vooral in de derde wereld, en de strijd tegen onnodig toedienen van antibiotica is een grote en glasheldere missie waarvoor Eva Rennen en haar team een duidelijke weg hebben uitgestippeld. Met een product dat een massale vraag kan uitlokken zodra het op de markt is, met stevige marges bovendien.’

challenger50 2024
De jury van de Challenger50, met in het midden Eva Rennen van Nostics. Foto: Burak Goraler

De jury van de Challenger50 bestond verder uit ondernemers/investeerders Shawn Harris (Orange Wings Investments), Janneke Niessen (CapitalT), Patrick Kerssemakers (Dutch Founders Fund), challenger van 2023 Marissa de Boer (SusPhos) en Erik de Heer (EYnovation).


De Challenger50 wordt mede mogelijk gemaakt door EY, Vodafone Business, Unique, Gapstars en B. Amsterdam.

De andere finalisten: Carbyon…

carbyon hans de neve challenger50
Hans de Neve, oprichter van Carbyon.

Naast Nostics stond Carbyon in de finale. Hans De Neve ontwikkelt met zijn bedrijf een methode om efficiënt CO2 uit de lucht te filteren en onder meer om te zetten in alternatieve brandstoffen. Direct Air Capture (DAC) lijkt een kansrijke manier om de CO2-uitstoot uit het verleden goed te maken. De Eindhovense spin-off van TNO heeft een technologie ontwikkeld die binnen één minuut een hoeveelheid CO2 uit de lucht filtert waar andere oplossingen twee uur voor nodig hebben.

Carbyon haalde in verschillende rondes 25 miljoen aan kapitaal op. ‘De jury is onder de indruk van de investeerders die aan het bedrijf zijn verbonden’, aldus voorzitter Bueters. Het is een internationaal consortium met onder meer het Duitse Siemens Financial Services, het Franse Omnes Capital en het Amerikaanse Lowercarbon Capital.

Met inmiddels 45 medewerkers ziet Carbyon vooral kansen in de luchtvaart- en scheepvaartsector voor zijn technologie om een alternatief te bieden voor fossiele brandstoffen. Bueters: ‘De grote getallen en het tempo dat je moet maken om razendsnel een deuk in het universum te slaan, echt geweldig.’

…en Cradle

cradle challenger50 2024
Het team van Cradle.

Derde finalist was Cradle. Het bedrijf van Jelle Prins, Stef van Grieken, Elise de Reus, Harmen van Rossum en Eli Bixby bouwt een AI-platform om eiwitten te ontwerpen die gebruikt worden in alles van medicijnen tot wasmiddelen en van voedingsingrediënten tot bioplastics.

De software van Cradle werkt vergelijkbaar met ChatGPT: gebruikers voeren een basisstructuur in met de gewenste eigenschappen, waarna het AI-model suggesties doet voor aanpassingen. Een grote farmaceut wist met behulp van Cradle in één maand een vaccin te ontwerpen, waar dat normaal meer dan twee jaar zou duren en tien keer zo duur zou zijn.

Ook grote namen als Novo Nordisk, Grifols en Novozymes maken gebruik van het platform, waarvoor de oprichters in verschillende rondes in totaal 32 miljoen euro ophaalden bij investeerders als Index Ventures en Kindred Capital. Het veertigkoppige team bestaat uit een mix van biologen, programmeurs en machine learning-experts.

‘Een sterk team met serial founders, zowel in AI als biotech’, zegt juryvoorzitter Bueters. ‘Knap hoe ze de technologie nu al toepassen bij bestaande klanten, zoals grote farmabedrijven. Het businessmodel draait als een tierelier.’

Challenger50: de meest uitdagende ondernemers

De Challenger50 is de jaarlijkse lijst van MT/Sprout met daarop de meest uitdagende ondernemers van Nederland. Ze dagen de gevestigde orde uit door te laten zien hoe zaken anders, sneller, beter, goedkoper of duurzamer kunnen. Om zich te kwalificeren voor de lijst moet een bedrijf een track record hebben van ten minste drie volledige (boek)jaren, omzet van belang boeken en goed gefund zijn.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

De winnaar treedt in de voetsporen van bekende namen als Crisp, Picnic, Kipster en 3D Hubs. Zij wonnen eerdere edities van de Challenger50 en groeiden daarna uit tot grote namen op het gebied van innovatieve business.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

De Challenger50 wordt mede mogelijk gemaakt door EY, Vodafone Business, Unique, Gapstars en B. Amsterdam.

Bekijk ook:

Drie Duitse Groningers willen het toetsenbord opnieuw uitvinden: ‘We doen het op de Tesla-manier’

Een modulair toetsenbord dat in tweeën is geknipt en waar je allerlei accessoires aan kunt koppelen. Dat is wat de Groningse startup Naya heeft ontwikkeld. Het bedrijf haalde onlangs 2 miljoen euro op om de productie op te schalen. 'We willen een Apple-achtige ervaring creëren.'

naya create toetsenbord
De drie oprichters van Naya: Tom Theuer, Moritz Angermann en Niclas Bertelsen. Foto: Naya

Wat is Naya?

Naya ontwikkelt een modulair toetsenbord dat bestaat uit twee losse delen. Het apparaat, Create genaamd, is ontworpen om ergonomischer en efficiënter te werken met de computer. Door het toetsenbord in tweeën te delen, kunnen gebruikers hun schouders breder houden en rechtop zitten.

Het innovatieve zit vooral in de modulariteit: aan beide delen kun je verschillende modules koppelen, zoals een trackball, touchpad, draaiknop of 3D-navigator. Deze modules laden draadloos op en voorzien op hun beurt het toetsenbord weer van stroom.

naya create toetsenbord
Het modulaire toetsenbord van Naya met de vier modules: een trackball, touchpad, draaiknop en 3D-navigator. Foto: Naya

‘We wilden een toetsenbord ontwerpen dat echt een nieuwe categorie is’, zegt cofounder Niclas Bertelsen. ‘Als je de markt voor consumentenelektronica op wil, dan kom je er niet door iets een beetje beter te doen. Dan verlies je het van grote bedrijven die schaalvoordelen hebben.’

Dat betekende voor Naya bijna alles zelf ontwikkelen: het toetsenbord, de modules en de software. De prijs is daar dan ook naar: het gesplitste toetsenbord kost 466 euro, aan de extra modules hangt een prijskaartje van 74 of 148 euro per stuk.

De Naya is in eerste instantie te gebruiken met Windows, macOS en Linux. Later wil het bedrijf ook support inbouwen voor iOS, iPadOS en Android.

Wie zitten erachter?

De 28-jarige oprichters – Niclas Bertelsen, Moritz Angermann en Tom Theuer, drie Duitsers – leren elkaar in 2016 kennen aan de Rijksuniversiteit Groningen. Angermann en Theuer studeren kunstmatige intelligentie, Bertelsen psychologie. Ze ontmoeten elkaar tijdens een summer school over constitutioneel recht in Polen.

De drie raken in gesprek over de producten die Angermann in zijn vrije tijd ontwerpt. Op zijn krappe studentenkamer staat onder de hoogslaper een megagroot computerscherm – handig voor de studie AI, maar ook voor industrieel ontwerpen. Elders in de kamer staat een 3D-printer.

‘Moritz liet verschillende productconcepten zien waar hij aan werkte’, vertelt Bertelsen. ‘Hij is iemand die gedreven wordt door het oplossen van problemen. Als hij ergens tegenaan loopt, denkt hij meteen: hoe kan ik dit oplossen?’

arc pulse iphone 16 pro max
De Arc Pulse om een iPhone 16 Pro Max. Foto: Arc

De drie besluiten samen te ondernemen. Dat resulteert eind 2020 in het eerste product: de Arc Pulse, een minimalistische telefoonhoes. Daarvan zijn wereldwijd inmiddels meer dan 100.000 exemplaren verkocht. Arc diende als opstap naar Naya. Bertelsen: ‘We wisten dat we voor een complex product als een toetsenbord eerst ervaring nodig hadden met hardware, productie en distributie.’

De weg naar productie verliep niet zonder hobbels. Een samenwerking met een eerste productiepartner in Azië strandde helaas. Inmiddels heeft Naya een nieuwe fabrikant gevonden. Het bedrijf heeft ook twee ervaren mensen aan boord gehaald die voorheen bij grote elektronicafabrikanten als Foxconn en Pegatron werkten.

Wie zitten er op Naya te wachten?

Naya richt zich in eerste instantie op professionals die dagelijks 6 tot 10 uur achter hun computer zitten en werken met gespecialiseerde software.

‘We richten ons op drie groepen’, zegt Bertelsen, die hij onderverdeelt in 1D, 2D en 3D. ‘De 1D-groep zijn mensen die vooral met tekst werken, zoals softwareontwikkelaars of copywriters. De 2D-groep bestaat uit mensen in de audiovisuele sector, zoals video-editors en grafisch ontwerpers. En in de 3D-groep zitten CAD-ontwikkelaars, architecten en game-developers.’

Dan zijn er nog specifieke sectoren die interesse tonen, zoals radiologen die dagelijks door honderden scans moeten scrollen. Verder mikt het bedrijf op gebruikers die gericht zijn op gezondheid, en bijvoorbeeld RSI-klachten willen voorkomen.

Naya heeft contact gezocht met het UMCG om de ergonomische voordelen van het toetsenbord wetenschappelijk te onderbouwen. De eerste test volgt hopelijk binnenkort. ‘Als je in de salespitch kunt noemen dat de kans op RSI of het verzuim omlaag gaat, dan verdient het toetsenbord zich snel terug’, aldus Bertelsen.

Wat is het verdienmodel?

Naya verkoopt hardware met bijpassende software. Het Create-toetsenbord kost tussen de 600 en 800 euro, afhankelijk van welke modules de klant erbij bestelt. Dat is fors meer dan een standaard toetsenbord, maar volgens Bertelsen is die prijs te rechtvaardigen.

‘Kijk naar de setup van een professional, zoals een softwareontwikkelaar of iemand in de financesector’, zegt hij. ‘Ze hebben een computer van duizenden euro’s, dure beeldschermen, een ergonomisch bureau, een bureaustoel van Herman Miller – en dan een toetsenbord van 50 euro. Dat is eigenlijk heel vreemd.’

De software van Naya moet er daarnaast voor zorgen dat werknemers efficiënter zijn. Door specifieke shortcuts in te bouwen zodat vaak voorkomende handelingen met een muisklik of toetsaanslag gedaan zijn. In de toekomst kan AI-software zelfs analyseren hoe iemand de computer gebruikt en suggesties doen voor nieuwe sneltoetsen of macro’s, spiegelt Bertelsen voor.

Het team bestaat nu uit twaalf mensen, waarvan het grootste deel werkt aan de software. ‘We zijn eigenlijk meer een softwarebedrijf dan een hardwarebedrijf’, zegt Bertelsen. ‘We willen een Apple-achtige software-ervaring creëren die intuïtief is voor beginners, maar ook krachtige features biedt voor pro-gebruikers.’

Hoever is Naya?

naya team
Het team van Naya. Foto: NOM

De startup heeft inmiddels voor meer dan een miljoen euro aan pre-orders binnen via crowdfundingplatform Kickstarter en de eigen website. De eerste honderd toetsenborden gaan naar verwachting in december naar klanten. Begin volgend jaar moet het gas erop met de massaproductie.

Bertelsen ziet voldoende kansen om direct aan consumenten te verkopen. ‘Dat hebben we gevalideerd via Kickstarter en de pre-orders. Daarmee hebben we ook de meeste ervaring door Arc. We kunnen snel opschalen en een groot publiek bereiken.’

De zakelijke markt is een logische tweede stap. Er lopen gesprekken met een groot Nederlands accountantskantoor en een software-ontwikkelaar voor een pilot. Verder kijkt Naya naar technologiebedrijven die groot zijn op de zakelijke markt. Zij kunnen de toetsenborden afzetten in hun b2b-distributiekanalen.

Op termijn wil Naya goedkopere varianten ontwikkelen voor een breder publiek. ‘We doen het op de Tesla-manier’, zegt Bertelsen. Eerst een model voor het topsegment, ervaring opdoen en geleidelijk aan goedkopere versies introduceren.

Nog geld nodig?

Naya haalde onlangs 2 miljoen euro op bij G-Force Capital en een groep andere investeerders, waaronder de NOM. Met dat geld kan het bedrijf de productie begin volgend jaar opschalen.

‘Over drie jaar willen we significante stappen hebben gezet richting de massamarkt’, zegt Bertelsen. ‘Maar we willen ook onze softwaremogelijkheden flink uitbreiden, bijvoorbeeld met AI-aanbevelingen voor toetsenbord-indelingen en integraties in professionele software.’

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Op de lange termijn ligt een strategische overname door een technologiepartij het meest voor de hand, denkt Bertelsen. Hij noemt de overname van Athom, het Enschedese bedrijf achter smarthome-platform Homey, door de Koreaanse gigant LG Electronics als voorbeeld. ‘Hardwarebedrijven kijken steeds vaker naar softwarepakketten. Ik denk omdat veel van hen dat te lang hebben genegeerd en nu hun achterstand willen inlopen.’

Lees ook: Van Kickstarter tot overnamedeal met Koreaanse gigant LG: ‘Homey blijft Homey’