Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Zo bouwt Gapstars aan een hechte IT-community in Sri Lanka: ‘Cultuur bouw je niet online’

In samenwerking met Gapstars - Voor Gapstars is Sri Lanka meer dan een locatie om te outsourcen; het is een plek om duurzame partnerships op te bouwen. 'Als mensen eenmaal geweest zijn, is de vraag meestal: wanneer kan ik weer terug?', stelt country director Stasz Zernicke.

gapstars stasz zernicke sri lanka

Als country director voor Gapstars in Sri Lanka woont Stasz Zernicke nu bijna twee jaar in Colombo, waar hij de groeiende aanwezigheid van het bedrijf in Zuid-Azië overziet. Hij werd door oud-huisgenoot Hugo Hemmen, ceo van Gapstars, getriggerd om de oversteek te wagen.

’Na mijn studie ging ik zelf ook de IT in. Ik ging wereldwijd aan de slag voor een grote mkb’er in digitale transformatie, met teams in India en Polen. Deze job was mij dus op het lijf geschreven en zo kwam de samenwerking ter sprake. Nu delen we geen studentenhuis meer, maar een kantoor. Gelukkig met een flinke fysieke afstand’, lacht Zernicke.

Eyes and ears on the ground

De keuze om een Nederlandse directeur in Sri Lanka te plaatsen was strategisch. ‘Het feit dat je een Nederlander hebt zitten in Sri Lanka, die de vertaalslag kan maken tussen de behoeftes in Nederland en de uitvoering in Sri Lanka, is een groot goed’, stelt Zernicke.

‘Je moet beide kanten goed begrijpen. Een groot deel van mijn tijd ben ik bezig met die vertaalslag maken: tussen ons Nederlandse kantoor en klanten die bezig zijn met innoveren, onboarding en performance. Je bent feitelijk de eyes and ears on the ground.’

Eigen ruimtes binnen het hoofdkantoor

Wat Gapstars onderscheidt van typische outsourcingsbedrijven is de unieke kantooropzet, stelt Zernicke. ‘Klantteams hebben eigen ruimtes binnen het hoofdkantoor, die ook ingericht zijn zoals de kantoren van onze klanten. Dat is een van de dingen die ik het leukste vind aan hoe het is opgericht. Je hebt veel dynamieken. Enerzijds heb je Gapstars als bedrijf, waar iedereen zich verbonden aan voelt. Maar die verbinding met de klant is anders, daar zijn ze namelijk feitelijk voor aan het werk.’

Slechte communicatie, tijdsverschillen én cultuurverschillen: er zijn diverse factoren die de samenwerking met een remote team lastig kunnen maken. Vooral het bouwen van een cultuur op afstand blijkt vaak voor issues te zorgen, stelt Zernicke.

‘Hoe bouw je een cultuur online? Mij is dat nog nooit gelukt. Je ziet dat veel klanten er tegenaan lopen als ze zelf remote teams hebben of freelancers. Iemand in Griekenland of Afrika doet misschien wel goed werk, maar het wordt nooit een geheel, het is niet duurzaam zonder die community. Daar zijn we bij Gapstars heel bewust van.’

Community voorbij de code

Het community-aspect van Gapstars reikt ver voorbij de kantoormuren én werktijden. ‘Ik moest er in het begin aan wennen toen ik in Sri Lanka ging wonen en werken. Ze doen hier veel meer dingen dan op vrijdagmiddag een biertje drinken’, lacht Zernicke. ‘Op zaterdag help je met het schoonmaken van een strand, of is er een crickettoernooi. De interval en frequentie van dingen samen ondernemen is heel anders. Als we dinsdagavond gaan badmintonnen, gaan we niet met drie, vier man — we gaan met twee, drie busjes.’

Ook professionele ontwikkeling is community-gedreven. ‘We koppelen developers die in een bepaalde techstack zitten of een bepaalde rol hebben aan elkaar. We hebben QA-meetups, Toastmasters-sessies voor presentatievaardigheden — ‘Panic to Podium’ noemen we dat — en allerlei groepen die elkaar maandelijks zien om ervaringen te delen.’

Lokale doorgroeimogelijkheden

De aanpak van Gapstars is dan ook niet gericht op kortetermijnsamenwerkingen, waarin in een sprint wordt gewerkt aan één product. ‘Wij starten een partnership alleen maar long-term, zonder einddatum’, stelt Zernicke. ‘De intentie is om een dedicated team in Sri Lanka op te bouwen dat onderdeel is van jouw bedrijf. Dus geen tijdelijke oplossing.’

En dat levert de developer zelf ook wat op. ‘We hebben mensen die al bijna tien jaar voor ons werken. Ze maken stappen in hun ontwikkeling, waardoor de klant uit zichzelf ook stilstaat bij het carrièrepad en uit zichzelf zegt: we promoten tot senior of lead.’

‘Je vertelt mensen niet alleen maar wat ze moeten doen: je verenigt ze binnen én buiten kantoortijd. Ze dragen op kantoor misschien het T-shirt van de klant, maar met de lunch zit iedereen bij elkaar. Het is niet alleen maar een zakelijke transactie met klinische check-ins.’

Bewust van cultuurverschillen

Eén van de uitdagingen is om klanten en hun collega’s in Sri Lanka bij elkaar te brengen. ‘We geven al in ons salestraject aan dat we dit heel belangrijk vinden. We willen dat onze klanten bereid zijn om écht te investeren in hun remote team’, zegt Zernicke. ‘Anders is het lastig om zo’n team te onboarden, als je elkaar nog nooit gezien hebt. Dat is onze verantwoordelijkheid om vanaf het begin mee te nemen: het zijn niet zomaar een paar mensen in een ander land.’

Het heeft dan ook geen zin om cultuurverschillen te ontkennen, ziet Zernicke. ‘Je moet je bewust zijn van verschillen en uitdagingen. Een Sri Lankaan zal meer woorden nodig hebben dan een Nederlander. De vraag is: hoe ga je ermee om? We gebruiken de complete scan van erkend auteur Erin Meyer tussen Sri Lanka en Nederland om te kijken: hoe zit jij in de wedstrijd? Als je dat wederzijds inzicht krijgt in hoe mensen werken en denken, dan los je al een hoop op.’

‘Wanneer kan ik weer terug?’

Zernicke had zelf ook de nodige vooroordelen voor hij meer dan 8.000 kilometer verhuisde. ‘Ik had nooit verwacht dat ik hier zo lang zou kunnen wonen. Ik had zelf ook allemaal vooroordelen: het is daar super chaotisch, heel anders, alle westerse dingen die ik gewend ben zijn niet voorhanden. Maar wat ik denk dat veel klanten verrast: het gevoel als je daar bent, is dat het helemaal niet zo veel verschilt.’

‘Als ik op kantoor rondloop, heb ik niet het idee dat ik in een minder ontwikkeld land ben.  Het is eigenlijk beter dan  in Nederland. Als mensen eenmaal geweest zijn, is de vraag dan ook meestal: wanneer kan ik weer terug?’