In tien jaar tijd is het aantal werkloze jongeren wereldwijd met 15 procent gestegen. Momenteel zitten 85 miljoen jongeren tussen de 15 en 24 jaar werkloos thuis. Dat maakte de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) van de Verenigde Naties maandag bekend.
Zo’n 300 miljoen jongeren, ongeveer een kwart van het totaal, werken wel, maar hun baan kan niet ‘fatsoenlijk’ worden genoemd. Ze leven bijvoorbeeld onder de armoedegrens, hebben geen vooruitzichten of arbeidsrechten.
De ILO spreekt van een banencrisis. “Twee jaar geleden hebben we dit onderzoek ook gedaan en ik had verwacht dat de situatie van werkloze jongeren verbeterd zou zijn,” legt onderzoeker Sara Elder uit. Maar ondanks de economische groei blijken veel landen er niet in te slagen banen voor hen te creëren. De kans op werkloosheid is voor jongeren ruim drie keer zo groot dan voor ouderen.
“Als je je werkende leven begint met werkloosheid, zal dat op lange termijn ook negatieve effecten hebben. De jongeren worden gefrustreerd en voelen zich waardeloos,” vertelt Elder. “We zien dat veel van de werkloze jongeren later kortstondige baantjes hebben en arm blijven. Het lukt ze niet om uit die situatie te komen.”
Het ILO stelt dat er 400 miljoen ‘fatsoenlijke’ banen nodig zijn om de crisis op te lossen. Elder: “Het zal niet makkelijk zijn. Maar door te investeren en doelbewust in rurale gebieden met een hoge werkloosheid industrieën te ontwikkelen, kan er al veel verbeteren.”
In het zuidoosten van Azië nam de jeugdwerkloosheid het meest toe, van 9,2 naar 15,8 procent. In het Midden-Oosten en Noord-Afrikaanse landen, als Egypte, zit een kwart van de jongeren werkloos thuis. De Europese Unie en andere ontwikkelde regio’s slaagden er wel in de jeugdwerkloosheid omlaag te brengen.
(De Volkskrant)