Toen Emilie Wapnick vroeger de vraag kreeg wat ze later wilde worden, wisselde het antwoord nog weleens. ‘Er waren tijden dat ik muzikant wilde worden, dan weer schrijfster, dan weer iets in de culturele sector. Ook vond ik wiskunde leuk, daar wilde ik eigenlijk ook wel iets mee.’ Naarmate de jaren vorderde, merkte Wapnick dat ze niet meer wegkwam met een antwoord dat iedere drie maanden wisselde. ‘En als ik aangaf dat ik eigenlijk alles wilde, dan antwoordde mensen dat dat niet kon. Ik moest kiezen.’
Het stond haar tegen, maar kiezen deed ze. ‘Ik begon met verschillende opleidingen en werkte uiteindelijk als advocaat, schrijfster, grafisch ontwerper en filmmaker. Telkens als ik ergens heel goed in bleek, verveelde het me al snel en begon ik met iets anders.’ Het maakte haar onzeker: leeftijdsgenoten kozen voor een beroep en groeiden daarin door. ‘Tot ik besloot van deze zelfbenoemde zwakte een kracht te maken. Ik was niet vreemd, ik was gewoon multipotentiaal.’
Ironisch genoeg is dat nu precies haar beroep geworden. Wapnick schreef het boek ‘Hoe word je alles?’ en leidt de online community Puttylikes, waar multipotentialen terecht kunnen met hun vragen. Dat ze niet de enige is, blijkt wel uit het feit dat haar boek in het Nederlands, Koreaans, Chinees, Japans en Russisch vertaald is. ‘Vooral in Korea is het boek een hit. Het heeft denk ik met de cultuur te maken: in Korea word je vanuit de traditie geacht om een keuze te maken als het neerkomt op je werk.’
Loopbaancoach
Het bestaan als multipotentiaal brengt veel onzekerheid met zich mee. ‘Je voelt je alsof je niet normaal bent, omdat iedereen een ander carrièrepad bewandelt. Wat je zou kunnen doen is praten met een loopbaancoach om op zoek te gaan naar je interesses. Maar er zijn geen coaches die je helpen om op zoek te gaan naar verschillende dingen die je zou willen doen.’
Het beeld van de hyperspecialist die constant geprezen wordt om zijn voortreffelijke prestaties helpt daarnaast evenmin. ‘In de media zie je vaak verhalen van mensen die al op hun vierde wisten dat ze dokter wilden worden, of een tienjarige die een geweldig boek schrijft. Verhalen van mensen die via een omweg bij hun droombaan komen zijn schaars, laat staan mensen die verschillende beroepen uitoefenen waar hun interesse in ligt.’
Toch zijn er voordelen aan haar vele beroepskeuzes. ‘Ik kan bijvoorbeeld alle facetten die ik leerde in mijn vorige beroepen samenvoegen en gebruiken in mijn huidige baan.’ Ze somt op: ‘Mijn rechtenstudie maakte me meer overtuigend als schrijver, wat ik gebruik bij het schrijven van projectvoorstellen. De jaren die ik in een band speelde, leerde me om te functioneren in een team. Ook helpt het me over mijn podiumvrees.’ Ook haar werk als grafisch ontwerper helpt haar in de online community. ‘Ik heb de gehele website zelf ontworpen, daar had ik anders iemand voor in moeten huren.’
Groepsknuffel
Haar huidige baan als community manager noemt ze een ‘groepsknuffel’ van zaken die ze leuk vindt. ‘Ik ben niet meer zo onzeker, omdat ik een heleboel van mijn creativiteit kwijt kan in deze baan. Die variatie vind ik heel belangrijk.’ Toch is ook dit niet de baan die ze de rest van haar leven wil uitvoeren. ‘Over vijf jaar wil ik ongetwijfeld weer iets anders. Dan draag ik de site over aan iemand anders en ga ik weer iets anders doen. Vroeger had ik dat heel eng gevonden, nu zie ik wel waar de wind me brengt.’
Het praten over haar werk is nog steeds niet haar favoriete bezigheid, maar ze kan er beter mee omgaan dan vijf jaar geleden. ‘Soms merk ik dat mensen geïnteresseerd zijn en vertel ik honderduit. Andere momenten vertel ik kort dat ik online werk.’ Waar het vroeger voelde alsof Wapnick moest verantwoorden, is het nu een gebruikelijk gespreksonderwerp. ‘En daar ben ik dan in net als ieder ander’, knipoogt ze.
Hoe word je alles? Is verkrijgbaar via Managementboek