Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Hulp bij baan vooral dure grap

Pogingen van de gemeente Amsterdam om mensen met bijstand via cursussen naar werk te begeleiden, leveren nauwelijks iets op. Van de meest kansrijke werklozen die een zogenoemd re-integratietraject volgen, houdt slechts elf procent er een baan aan over.

Dat blijkt uit een rapport van de onafhankelijke Amsterdamse Rekenkamer, dat vanochtend werd gepresenteerd. Dtit meldt Het Parool vandaag.
 
In de periode januari 2004 tot juli 2006 stopte de gemeente tachtig miljoen euro in de re-integratie van werklozen, wat neerkomt op zeventienduizend euro per cliënt die aan werk is gekomen.
 
In 2006 nam bijna zestig procent van de ongeveer 41.000 bijstandsgerechtigden in Amsterdam deel aan een traject bij een re-integratiebedrijf. Ze kregen bijvoorbeeld sollicitatietraining, computerles, een taalcursus of volgden een stage. Het onderzoek van de Rekenkamer richtte zich op de 21.000 werklozen van wie verwacht mag worden dat zij het gemakkelijkst aan werk komen.
 
Klantmanagers kennen de markt niet
Volgens de Rekenkamer hebben de klantmanagers van de nieuwe Dienst Werk en Inkomen eigenlijk geen kaas gegeten van de re-integratie-industrie, waaraan bedrijven als FourstaR, Alexander Calder en Agens veel geld verdienen. Zo ontvangen de re-integratiebedrijven regelmatig een bonus van drieduizend euro, terwijl hun klant alleen maar een gesubsidieerde baan heeft gekregen.
 
Juist
De klantmanagers, die ieder 150 cliënten begeleiden, weten volgens de Rekenkamer vaak niet wat een cursus kost en al helemaal niet wat die oplevert of hoort op te leveren. Ze kennen ook maar een heel beperkt deel van de markt, waardoor ze vaak niet weten welke cursus of training de juiste is.
 
Meedoen
In een reactie op de Rekenkamer laat het college van burgemeester en wethouders weten dat re-integratieactiviteiten als sollicitatietraining, computerles, taalcursussen of stages niet altijd bedoeld zijn om mensen onmiddellijk aan het werk te krijgen. Het gaat er ook vaak om dat Amsterdammers ’weer meedoen aan de samenleving’.
 
’Streven daarbij is,’ schrijft het college, ’dat uiteindelijk zo veel mogelijk mensen aan het werk gaan, maar de realiteit is dat een deel van de Amsterdammers niet (direct) aan het werk kan. De gemeente geeft hen een duwtje in de rug en helpt hen op weg naar werk. Werk is dus niet altijd als kortetermijndoel aan de orde’.
 
Te snel
Het stadsbestuur klaagt ook dat de Rekenkamer veel te snel is met haar conclusies. Zo zouden de resultaten van de re-integratietrajecten uit 2006 nog niet allemaal bekend zijn. Ook is de gemeente, aldus het college, net lekker op gang aan het komen met verbeteringen bij de Dienst Werk en Inkomen.
(Het Parool)

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.