Vijf Nederlandse ondernemers zijn zéér succesvol in de Verenigde Staten. Wilt u weten wat zij meegemaakt hebben en waar ze nu staan? Kijk hier voor hun persoonlijke verhalen.
Super competitief
Wie: Anne Donker (36)
Is: zelfstandig Venture Capitalism Consultant
Waar: San Francisco
“Sinds 1995 zit ik in de VS. In Utrecht, waar ik vandaan kom, heb ik de School voor de Journalistiek gedaan. Ik besloot dat ik internationaal wilde werken en dus ben ik gaan solliciteren. Dat ging nog niet zo gemakkelijk. Mij werd aangeraden om een opleiding in Amerika te volgen. Ik ben toen een master aan de Graduate School of Journalism aan Columbia University gaan volgen. Via die opleiding ben ik bij CNN in New York terechtgekomen.”
Afscheid van de journalistiek
“Daarna ben ik bij Accenture in Californië gaan werken. Voor hen reisde ik de wereld rond op zoek naar interessante it-bedrijven voor hun onderzoek- en venture capital-afdelingen. Ik heb toen min of meer afscheid genomen van de journalistiek en ben in de wereld van het venture capital gedoken. Venture capital betekent eigenlijk zoveel als durfkapitaal. Zij financieren kleine bedrijfjes en mensen met goede ideeën. Ze speculeren erop dat een van die ideeën een grote klapper wordt. Inmiddels ben ik voor mezelf begonnen als een soort freelance consultant. Ik help startende it-bedrijven geld op te halen bij durfkapitalisten. Het is leuk werk, maar wel intens. Ik ben veel op reis, zo ben ik bijvoorbeeld net terug uit Taiwan.”
“In Europa en aan de oostkust van Amerika werken mensen nog steeds het liefste in loondienst. Hier is dat echt tweede keus. De zogenaamde ‘pursuit of happiness’, het eigen baas zijn, dat is het helemaal hier. Toen ik naar Amerika kwam, was ik naïef over hoe het hier werkt. Het lijkt allemaal heel relaxed, maar eigenlijk is men super competitief. Je zou kunnen zeggen: de goudkoorts duurt hier voort. Als je hier aankomt, dan denk je vaak al goed te zijn in iets… Maar, dan zie je die mensen hier en daar ben je echt maar gemiddeld bij. Je moet hier echt minimaal net zo goed zijn als de rest en liefst ietsje beter, als je hier iets wilt bereiken. Een verschil is dat Nederlanders snel tevreden zijn. Als ze het ‘gezellig’ vinden, dan is het al gauw goed.”
Van alle markten thuis
“Nederlanders doen het goed hier in Amerika. De perceptie is dat zij van alle markten thuis zijn en zichzelf goed kunnen verkopen. Ook passen Nederlanders zich gemakkelijk aan en doen ze moeiteloos mee op het niveau waarop men hier zaken doet. Ik denk dat het zelfselectie is, dat mensen die in het Amerikaanse profiel passen hier naartoe komen.”
“Je ziet hier heel veel jonge Nederlanders. Eigenlijk is dat voor Nederland heel ernstig. Ik kom hier zo veel talent tegen. Mensen die gefrustreerd zijn geraakt vanwege obstakels voor ondernemers in Nederland. Weinig tot geen toegang tot startkapitaal, weinig begeleiding. Ook wetgeving en bureaucratie houden heel veel tegen. Dat zorgt ervoor dat veel talent weggaat. Mensen die ik hier tegen kom heeft Nederland juist nodig! Nederland leidt in wezen mensen op voor het buitenland.”
Hier kan meer
Wie: Ewoud Swaak (40)
Is: oprichter Westplan Investors
Waar: Atlanta
“Mijn middelbare school heb ik doorlopen in Oegstgeest, daarna heb ik bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit gestudeerd. Ik ben in 1989 naar Georgia State University in Atlanta vertrokken voor een stage. Daar heb ik mijn huidige vrouw ontmoet. Samen zijn wij in 1991 teruggegaan naar Nederland, ik moest namelijk nog afstuderen.”
Makelaarskantoor
“Ik was altijd van plan om bij een grote onderneming als Shell of Unilever terecht te komen, maar we hadden gewoon geld nodig, dus ben ik een makelaarskantoor begonnen. Dat was op 31 januari 1991. Het plan was om binnen twaalf maanden af te studeren en dan weer naar het buitenland te vertrekken. Die twaalf maanden werden dus twaalf jaren en een paar honden en kinderen verder.”
“In 1995 ben ik mijn eerste Amerikaanse bouwproject gestart, in de buurt van Atlanta. Nog steeds behoorden dergelijke projecten niet tot onze kernactiviteiten, het bouwadvies vormde de hoofdmoot. Uiteindelijk heb ik in 1997 de makelaardij verkocht. In 1998 heb ik samen met mijn huidige zakenpartner van Amerikaanse vastgoedprojecten onze corebusiness gemaakt. Bij deze nieuwe stap hoorde ook een nieuwe naam: Westplan Investors. In 2000 heb ik al onze Nederlandse activiteiten verkocht en in 2002 zijn wij naar Atlanta verhuisd. Nu hebben wij meer dan een miljard aan onroerendgoedtransacties gedaan, goed voor zo’n tienduizend appartementen.”
Meer mogelijkheden
“In de VS heb je gewoonweg veel meer mogelijkheden, terwijl Nederland eigenlijk nog steeds een calvinistisch landje is. Amerika ondersteunt ondernemers veel beter, initiatief wordt positiever ontvangen. Nederland groeit nauwelijks meer. Eigenlijk alleen nog door immigratie. Atlanta groeit, denk ik, met ongeveer onderdduizend mensen per jaar. Toen wij hier kwamen woonden er 3,2 miljoen mensen, nu 5 miljoen. In de omgeving van deze stad worden net zo veel woningen gebouwd als in heel Nederland.”
“Werknemers hebben hier een enorme werklust, dat valt mij echt op. Nederlanders staan in Amerika heel goed aangeschreven, het is echt bijna een pre. Men ziet Nederlanders hier als oprecht en recht door zee. Een man een man, een woord een woord. Ook nuchterheid en weinig poeha zijn Nederlandse karaktertrekken. Hierdoor lijkt het soms of Nederlanders echter zijn. Iets wat ik bijvoorbeeld mis in Amerika, is die typisch Nederlandse, kneuterige gezelligheid.”
“Naast mijn bedrijf ben ik ook Honorair Consul voor Nederland in Georgia en South Carolina. Die benoeming kwam in april. Het is echt een hele eer om Nederland op deze manier hier te mogen vertegenwoordigen.”
Ik krijg respect
Wie: Frans van Hulle (33)
Is: directeur Emexus America’s
Waar: New York
“Samen met Louis Kinsbergen en Mark de Groot ben ik in 2000 Emexus begonnen. Toen wij begonnen met sms-diensten was dat nog een hele vage business, maar daarna liep het storm. De afgelopen zes jaar was het echt een rollercoaster. Vorige week stonden we op de derde plek in de Deloitte Fast 50 lijst van de snelst groeiende Nederlandse bedrijven.”
Over de grens
“We kwamen er al gauw achter dat Nederland relatief klein is. We zijn al snel de grens over gegaan. In 2003 openden we een vestiging in Maleisië en in 2004 zijn we, toen nog vanuit Nederland, met onze Amerikaanse tak begonnen. Tot mei 2005 hebben wij de boel vanuit Nederland gemanaged, maar dat was op een gegeven moment echt niet meer te doen. Omdat Amerika zoveel potentie heeft, besloten we dat één van ons drieën ernaartoe moest om de touwtjes in handen te nemen. Ik was de gelukkige. Vorig jaar juni ben ik hierheen verhuisd. Inmiddels is Emexus overgenomen door 2way traffic, maar ik blijf hier zeker nog een aantal jaren verantwoordelijk.”
“Nederlanders hebben hier echt een ondernemersimago en krijgen daar ook respect voor. We zijn maar een klein landje, maar we hebben een grote impact in het internationale ondernemerslandschap. Kijk maar hoeveel Nederlandse bedrijven er internationaal actief zijn.”
Think big
“Als je hier in New York rondloopt, dan voel je die spirit van ‘Think Big!’ levensecht. Dat motiveert enorm. Iets wat ik onderschat heb: het is echt een gróót land. Die afstanden hier, daar heb ik echt aan moeten wennen. Je doet hier heel veel zakelijke besprekingen telefonisch, terwijl ik gewend was om zo veel mogelijk persoonlijk te doen.”
“Goede mensen vinden is hier een stuk gemakkelijker dan in Nederland. De professionaliteit is een stuk groter. De omgeving is heel prestatiegericht en de druk is veel groter. In Nederland wil je nog wel eens over koetjes en kalfjes praten voor je aan het zakelijke gedeelte begint, dat kan hier niet. In Amerika wil men meteen spijkers met koppen slaan.”
Op zondag naar Ajax
“Ik heb het hier naar mijn zin en ik kan nog heel veel leren. Het is een enorme uitdaging om het bedrijf verder uit te bouwen. Wat ik mis is mijn familie, vrienden en het op zondag naar Ajax kunnen. Ook een frikadel speciaal zou ik zo af en toe wel lusten, maar het land Nederland, dat mis ik in het geheel niet. Mijn verloofde komt oorspronkelijk uit Panama, daar zie ik ons ook nog wel naar toe verhuizen. New York is in ieder geval geen plek waar ik mezelf nog langer dan een jaar of vijf zie blijven. Het is hier allemaal heel gaaf, maar de drukte kan je op een gegeven moment te veel worden.”
Snel startkapitaal
Wie: Fred van den Bosch (59)
Is: ceo Pantasystems
Waar: Santa Clara, Californië
“Na mijn studie aan de TU Delft ben ik voor de computerdivisie van Philips gaan werken. Dat begon met een jaar studeren en werken bij het Stanford Research Institute in California. Ik heb daarna ruim twintig jaar bij Philips gewerkt. De computerindustrie in Nederland en zelfs Europa liep niet heel goed, ik wist dus dat ik, als ik wilde groeien in deze sector, naar Silicon Valley zou moeten vertrekken. Toen ben ik gaan uitkijken naar een baan in Californië.”
Opstartfase
“Begin 1991 ben ik naar Amerika vertrokken. Natuurlijk samen met mijn toenmalige vrouw en onze twee kinderen. Uiteindelijk zat ik daar ruim dertien jaar, ongebruikelijk lang voor Silicon Valley. In mei 2004 besloot ik toch dat het spannend zou zijn iets kleins van de grond af op te bouwen en ben ik als een van de oprichters bij Pantasystems begonnen. We zitten nog in de opstartfase, maar tot nu toe gaat het goed.”
“Persoonlijk vind ik de verschillen tussen Nederland en Californië niet zo heel erg groot, ik had ook weinig aanpassingsproblemen. Wel is het ondernemersklimaat hier heel anders. Je hebt veel gemakkelijker toegang tot startkapitaal als je een eigen bedrijf wilt opzetten. Ook het vinden van goede en gekwalificeerde medewerkers die bereid zijn om risico te nemen is hier een stuk eenvoudiger. In Silicon Valley kijkt niemand ervan op als je met een buitenlandse achtergrond een eigen bedrijf opstart. “
Het maaiveld
“Nederlanders zijn behoudender en nemen vaak meer tijd. De mensen hier durven meer hun nek uit te steken of boven het maaiveld uit te komen door nieuwe ideeën gewoon maar uit te proberen. In Nederland moet er vaak veel worden vergaderd en lang worden nagedacht. De verzorgingsstaat in Nederland zorgt ervoor dat mensen minder geïnteresseerd zijn, minder geneigd zijn om risico te nemen. Het gevolg hiervan is dat ook de infrastructuur, die er nodig is om nieuwe bedrijven op te starten, veel minder goed ontwikkeld is.”
“Gezien mijn werk ben ik veel op reis. Wij hebben namelijk een vestiging in India waar onze softwareontwikkelingsafdeling zit en we werken met partners in Taiwan waar onze productie gedaan wordt. Ik moet daar met enige regelmaat naartoe. Mijn gezin gaat ongeveer één keer per jaar naar Nederland om de familie te bezoeken. Zelf probeer ik als ik in Europa ben altijd even langs te gaan.”
“Voor de toekomst hebben wij niet echt vaste plannen. Mijn huidige partner komt uit Israël en het zou goed kunnen dat we misschien daar een paar jaar gaan wonen. Teruggaan naar Nederland is ook een reële optie. Wat we in ieder geval weten is dat we zeker nog in een aantal andere landen willen wonen.”
Ik kan ‘t zelf wel
Wie: Esther Kruijver (39)
Is: directeur-eigenaar Eureeka Ventures
Waar: Santa Clara, Californië
“Elf jaar geleden, in de zomer van 1995, ben ik in de VS terechtgekomen. Mijn toenmalige vriend verhuisde voor zijn werk naar Silicon Valley en ik ging met hem mee. Al vrij snel werd ik daar aangenomen als productmanager bij Intuit, een softwarebedrijf. Ik ging wereldwijd hun merk Quicken vertegenwoordigen. Veel reizen naar Duitsland, Frankrijk, Japan, Australië, ga zo maar door.”
“Ik heb in totaal negen jaar voor Intuit gewerkt, in verschillende rollen. In 1999 werd ik zelfs general manager van hun vestiging in Engeland. Eind 2000 ging ik weer terug naar de VS. Ik ben toen het Intuit Development Network op gaan zetten. In mijn laatste twee jaar bij dit bedrijf was ik Director Quickbooks – Small Business. Ik was toen direct verantwoordelijk voor 30 miljoen dollar en indirect voor 100 miljoen dollar.”
“Twee jaar geleden dacht ik: “Nu kan ik het zelf wel.” Toen heb ik Eureeka Ventures opgezet, een management consultancybureau. Ik help bedrijven als interim-manager op het gebied van strategie, productmanagement en marketing. Nu ben ik als vicepresident bezig bij U3, ook een softwarebedrijf. Zij ontwikkelen software die op usb-flashdrives draait. Ik stuur een groep mensen aan die dit platform bouwen, verkopen en ondersteunen.”
Hollandse nuchterheid
“Ik probeer altijd een voordeel te maken van mijn Nederlanderschap. Mijn accent bijvoorbeeld is altijd weer een goede gespreksopening. Daarnaast ben ik blij met mijn Nederlandse nuchterheid. Amerikanen zijn toch vaak erg emotioneel. Zelfs op het zakelijke vlak kunnen ze emotioneel reageren. Ook het feit dat ik een vrouw ben speelt mee. In Nederland had ik vaak meer last van vooroordelen. In Amerika word je beoordeeld op je prestaties, niet op je geslacht. De ict-wereld is nog steeds een mannenbolwerk, en daardoor onthouden ze mij als vrouw ook weer sneller.”
“In Silicon Valley staan Nederlanders erom bekend dat zij hun talen goed spreken en goed met mensen van allerlei pluimage om kunnen gaan. Wat mij opvalt, is dat maar 11 procent van de Amerikanen een paspoort heeft. Ze komen gewoon hun land niet uit en velen van hen zien Amerika echt als het centrum van de wereld. Tijdens mijn sollicitatiegesprek bij Intuit vroeg de man van personeelszaken mij of ik in staat zou zijn om een vreemde taal te leren, voor het geval ik naar bijvoorbeeld Duitsland uitgezonden zou worden. Ik keek hem aan en zei: “Dat lijkt me wel, aangezien Engels ook niet mijn moedertaal is en ik dat nu toch ook met u spreek.” Hij had zich gewoonweg niet gerealiseerd dat Engels niet onze voertaal is.”