Nederland profiteert van de opkomst van China als economische wereldmacht. De handel met dat land is goed voor 23.000 banen hier. De import van goedkope spullen uit China drukt de inflatie en dat leidt ertoe dat de Nederlandse huishoudens per jaar zo’n 300 euro meer te besteden hebben.
Dit staat in een rapport van het Centraal Planbureau (CPB), dat woensdag werd aangeboden aan staatssecretaris Karien van Gennip van Economische Zaken. De concurrentie van Chinese bedrijven voor Nederlandse bedrijven is “beperkt”, aldus het CPB.
Goederen die in China worden gemaakt met veel laaggeschoolde arbeid, zoals textiel, speelgoed en schoenen, zijn geen bedreiging voor het Nederlandse bedrijfsleven. Hetzelfde geldt voor de elektronische consumentenprodukten, die in China worden geassembleerd.
Ondersteuning
Van Gennip ziet het rapport als een ondersteuning van haar beleid. Zij wees erop dat vestigingen van Chinese bedrijven in ons land 3000 mensen aan het werk houden. Internationaal maakt Nederland zich sterk voor vrijhandel en keert het zich tegen landen die hun markt willen beschermen voor Chinese producten.
De CDA-bewindsvrouw brengt volgende maand haar jaarlijkse bezoek aan China en neemt dan zo’n vijftig bedrijven mee. In de eerste helft van dit jaar bedroeg de export naar China ruim 1,5 miljard euro, een derde meer dan in dezelfde periode van vorig jaar.
Van wat Nederland uit China invoert, gaat twee derde weer direct ons land uit. Dagelijks verlaten zo’n duizend vrachtwagens de Rotterdamse haven om Chinese produkten te distribueren in Europa. Een vergelijkbare hoeveelheid wordt met containers verder vervoerd per schip.
(ANP)