Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Cooperatie wint aan populariteit

De coöperatie is terug. Niet alleen dankzij het grote bekende Rabobank, ook A.A.S. Schadeherstel behaalt succes met deze organisatiestructuur. 


Dat de coöperatie helemaal terug is, schreef MT vorig jaar al. Ook A.A.S. Schadeherstel, een coöperatie van inmiddels 60 Nederlandse autoschadeherstelbedrijven, kan aan het rijtje voorbeelden worden toegevoegd. De keten, opgericht in 2006 door enkele lokale schadeherstelbedrijven, heeft als voornaamste doel de landelijke concurrentie aan te kunnen en grotere deals te maken met opdrachtgevers. Om het ondernemerschap van de betrokken bedrijven niet in te perken, werd gekozen voor een coöperatiestructuur. Daarbij werkt de overkoepelende kantoororganisatie van A.A.S. in dienst van de leden en voert het besluiten uit die in de ledenorganisatie worden genomen. De coöperatie wordt gefinancierd uit het inkoopvoordeel dat voortkomt uit de schaalgrootte, het overschot wordt teruggegeven aan de leden. 

De markt aanboren

“Wij werken overkoepelend, maar er is ook ruimte voor een eigen identiteit”, zegt Nicole Spenkelink, directeur van A.A.S. Die identiteit uit zich in het beeldmerk van de bedrijven, dat gewoon behouden mag worden. Alleen staat er nu ook een logo van A.A.S. op de gevel. Daarnaast houden leden de controle over hun eigen, regionale bedrijfsvoering. Bij regionale deals worden ze wel geholpen met marketing, de financiën, trainingen en de inkoop. Spenkelink: “We hebben twee accountmanagers die meekijken in de regio, de markt in kaart brengen en helpen deze markt aan te boren. Samen maken we het plan, samen gaan we naar afspraken.” 

Gestuurde schade

Dat is belangrijk voor de andere leden, want een regionale klant kan zomaar uitgroeien tot een landelijke klant. Spenkelink is verantwoordelijk voor de landelijke deals, die een steeds grotere rol zijn gaan spelen binnen de coöperatie. Spenkelink: “In de leasemarkt zag je de laatste jaren dat er steeds meer werd gekozen voor landelijke contracten, die ontwikkeling is nu ook gaande in de verzekeringsmarkt. Gestuurde schade, heet het dan. Een grote opdrachtgever wil maar één aanspreekpunt hebben, in plaats van 60.” Op dit moment is Achmea bijvoorbeeld een grote landelijke klant voor A.A.S., eind 2009 maakte het bedrijf bekend onder andere voor A.A.S. te kiezen als eerste partner op het gebied van autoschadeherstel. 

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Afhankelijkheid

Inmiddels is de omzet binnen de coöperatie gegroeid naar 80 miljoen, waarvan 20% afkomstig is van de landelijke deals. Drie jaar geleden lag dat percentage nog op nul procent. Spenkelink: “Een opdrachtgever heeft vaak al 30 van de 60 leden als klant, dus de stap naar een landelijke deal is dan klein.” De leden van de coöperatie streven ernaar om 30 procent van de business uit landelijke deals te halen. “De omzet binnen de coöperatie is behoorlijk gegroeid, uiteraard vooral door de afgesloten landelijke deals. Maar de coöperatie biedt de leden nog meer voordeel door de gezamenlijke inkopen, kennisuitwisseling en belangenbehartiging ”, zegt Spenkelink. 

Rode kaart

De komende tijd wil A.A.S. verder groeien, naar maximaal 75 leden. Volgens Spenkelink is er dan een goede landelijke dekking van autoschadeherstelbedrijven. Potentiële maar ook huidige leden worden kritisch beoordeeld. “Hoe meer landelijke deals we afsluiten, hoe groter het afbreukrisico wordt als het fout gaat.” Huidige leden moeten ondertussen blijven voldoen aan de kwaliteitseisen. Prestaties worden constant gemeten, en vanuit de keten worden leden bijvoorbeeld bezocht door mystery guest. Als er problemen zijn, worden ze besproken in de algemene ledenvergadering. Spenkelink: “We hebben het voetbalsysteem gekopieerd: je krijgt eerst een waarschuwing in de vorm van een gele kaart. Als dat niet helpt, volgt de rode kaart.”

Lees meer: