Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Bob volgt de nieuwste trend uit Amerika

Bob is divisiedirecteur van een groot concern. Hij doet zijn best. In deze aflevering volgt hij de nieuwste trend uit Amerika.

VAN Bob
AAN John
ONDERWERP Lunch?

Beste John,
Dit is een uitnodiging voor een etentje, een lunch. De komende maanden wil ik namelijk elke week met een van onze mensen uit eten. Gewoon om te weten te komen wat er zoal leeft binnen het bedrijf. Laat maar even weten wanneer het jou het beste uitkomt, John.
Bob

Meneer Bob,
Sorry, maar ik begrijp dit even niet. U wilt met mij eten, maar wie bent u? De enige Bob die ik ken is Bob Vermeulen, van de badmintonclub. Bent u dat? Maar waarom wilt u dan met mij eten?
John Hagoort
Junior Facility Manager

Beste John,
Nee, ik ben niet die van de badmintonclub, ik ben de directeur van het bedrijf waar je werkt en in die hoedanigheid wil ik met je uit eten. Het is informeel en uiteraard ook discreet. Je mag zeggen wat je wilt. Dat klinkt misschien vreemd, maar zo gek is dit niet hoor, John. In Amerika is het een echte managementtrend: directeuren die elke week met een personeelslid lunchen. Zodat zo'n directeur weet wat er allemaal leeft op de werkvloer.
Bob

Beste directeur,
O, u bent het! Ja, natuurlijk ken ik u, van de kantine en uit de lift! Nou zeg, ik voel me wel vereerd. Wat goed dat u dit doet. Maar weet u wel zeker dat u met mij wilt eten? Ik ben maar een eenvoudige facility manager hoor. Al zeg ik altijd wel: zonder mij kan er hier intern natuurlijk niet worden verhuisd.
John Hagoort
Junior Facility Manager

Beste John,
Daar geef je zelf al het antwoord, John! Daarom is het goed om met jou te eten. Dan kunnen we het onder meer hebben over of dat allemaal wel nodig is, die voortdurende interne verhuizingen. En of dat niet allemaal wat efficiënter kan. Kijk, dat kom ik alleen te weten door met de mensen zelf te praten tijdens zo'n etentje.
Bob

Beste directeur,
Ja, daar slaat u de spijker op zijn kop. Vorige week verhuisde de afdeling Sales voor de helft naar de vierde etage terwijl de staf op de zesde blijft en dan weet je al dat over een paar weken die staf zegt: dit is wel erg onpraktisch, wij gaan ook maar naar de vierde. Niemand die daarover nadenkt. Best stom. Ja, niet van u hoor, u lijkt me juist het type dat wél over van alles nadenkt, maar u kunt niet alles natuurlijk, al lijkt u me wel een echte duizendpoot.
John Hagoort
Junior Facility Manager

Beste John,
Wat jij schrijft, dat is weer zoiets waar we het over kunnen hebben: dat er wat betreft interne verhuizingen geen pro-actief beleid wordt gevoerd. Daar kun jij best je steentje aan bijdragen, dat zie ik wel: jij hebt dingen snel door. Samen kunnen we bespreken hoe we een stukje intern verhuismanagement kunnen creëren. Mooi toch?
Bob

Beste directeur,
Nou zeg, ik voel me steeds meer gevleid! Ik voel me zelfs al een beetje een manager. Mijn chef Frans zegt altijd dat ik dingen niet zo snel zie en dat ik niet veel potentie heb. Maar nu ik u zo hoor, weet ik zeker dat Frans het verkeerd ziet. Dat is misschien ook wel goed: dat we het over het functioneren van Frans hebben, als ik natuurlijk zo vrij mag zijn. Dat zie ik dan namelijk ook wel weer vanaf de werkvloer: dat Frans niet zoveel potentie heeft. Hij is bijvoorbeeld ook niet zo goed in staat om zijn mensen te enthousiasmeren, ja, wat dat betreft zou hij eens meer naar u moeten kijken, hoe u dat nou doet, dat leidinggeven, daar zou hij nog wat van op kunnen steken.
John Hagoort
Junior Facility Manager

Beste John,
Ik wil altijd erg graag over management praten, John, al is het wellicht verstandig om het niet te veel over personen te hebben. Nou, laten we spijkers met koppen slaan. Kun jij misschien over twee weken?
Bob

Wekelijks de nieuwsbrief van Werk en Leven ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Beste directeur,
Zou het eerder kunnen? Ik heb namelijk een contract voor bepaalde tijd dat over twee weken afloopt en Frans wil niet verder met me. Ik denk dat diep van binnen Frans erg onzeker is en mij als een bedreiging ziet en daarom van me af wil. Dat zijn van die dingen, daarvoor moet je op de werkvloer zijn om die te zien, en daarom zijn die Amerikaanse managementetentjes van u natuurlijk ook zo'n geweldig idee: u hoort nou eens direct en objectief wat er zoal speelt in uw bedrijf. Kunt u niet toevallig deze middag al?
John Hagoort
Junior Facility Manager

Bekijk de andere mailwisselingen van Bob de Manager.

Waarom non-bancair geen ‘alternatieve’ financiering meer is

In samenwerking met Bufr: Zakelijk vastgoed financieren met aandacht - Wel of niet aflossen op je bedrijfspand? Of tóch die ene extra medewerker aannemen? Voor de gemiddelde mkb’er zijn dit terugkerende vraagstukken. Steeds vaker valt de keuze op non-bancaire financiering om door te groeien. ‘We willen ondernemers helpen vooruit te kijken en slimme keuzes te maken. Dat is waar het uiteindelijk om draait: samen zoeken naar de ja’, stelt Diederik Jongema, operationeel directeur van Bufr.

diederik jongema bufr
Diederik Jongema is operationeel directeur van Bufr, dat ondernemers en investeerders samenbrengt in financieringen voor zakelijk vastgoed.

Het aandeel non-bancaire financieringen in Nederland blijft gestaag groeien. Uit recent onderzoek van Stichting MKB Financiering blijkt dat in 2023 zo’n 36 procent van de financieringen tot 1 miljoen euro buiten de traditionele banken om werd geregeld. In 2022 was dat percentage nog 29 procent. Alles goed voor zo’n 5,1 miljard euro aan financieringen in het afgelopen jaar.

De belangrijkste oorzaak van deze groei? ‘Banken hebben het moeilijk met alle regelgeving en vinden het lastig winstgevend te zijn op kleine financieringen’, legt Jongema van Bufr uit. ‘Het beeld dat alternatieve financiering duur of ondoorzichtig is, klopt niet meer. De rentes zijn marktconform en veel voorwaarden zijn gunstiger dan bij banken. Non-bancaire financiering is vaak niet alleen toegankelijker, maar ook beter afgestemd op de behoeften van de ondernemer.’

Geen ‘alternatieve’ financiering meer

In Nederland wint non-bancaire financiering dus langzaam terrein, maar de vergelijking met de Verenigde Staten laat zien dat er nog veel meer ruimte is voor groei. ‘In Amerika wordt non-bancaire financiering al niet meer als alternatief gezien, maar als één van de primaire opties’, zegt Jongema. ‘Die ontwikkeling komt ook hierheen. Het label ‘alternatief’ mag er wat mij betreft af, want dit is de toekomst van financiering.’

‘Te vaak laten ondernemers zich ontmoedigen door een ‘nee’ van de bank’, merkt Jongema op. ‘Een afwijzing betekent niet dat je een slecht plan hebt. Het kan ook liggen aan sectorbeperkingen of andere factoren waar je als ondernemer helemaal niks aan kunt doen.’

Financiering als groeiversneller

Jongema ziet financiering niet als een last, maar als een krachtig middel om groei te stimuleren. ‘Ik kom uit de private equity- en venture capital-wereld’, legt hij uit. ‘Daar wordt financiering gezien als een essentieel instrument om bedrijven te laten groeien. Voor ondernemers geldt hetzelfde: geld lenen is niet ‘vies’, zolang het een gezond doel dient. Ik geloof sterk dat een ondernemer altijd meer rendement moet halen uit het geleende geld dan de rente die hij of zij betaalt.’

Hij moedigt ondernemers aan om kritisch naar de financieringsstructuur van hun vastgoed te kijken. ‘Veel mkb’ers lossen bijvoorbeeld af op hun pand, zonder na te denken over alternatieven. Stel dat je 100.000 euro per jaar aflost, terwijl je dat geld kunt inzetten om een extra medewerker aan te nemen. Misschien genereert die medewerker wel meer winst dan de aflossing kost. Dan creëer je verdiencapaciteit in je organisatie.’

‘Aflossen omdat het kan, niet omdat het moet’

Toch snapt Jongema de crux bij ondernemers. ‘Het begint bij het in kaart brengen van je financieringslasten. Wat is je pand waard, en wat kost het je? Meer dan alleen rente, ook de aflossingen. Als je bijvoorbeeld in twintig jaar aflost, stop je jaarlijks zo’n 5 procent van de waarde in aflossing. Maar dat geld kun je misschien beter inzetten in je bedrijf. Hij benadrukt: ‘Het gaat erom dat je aflost omdat het kan, niet omdat het moet.’

Vooruitkijken is volgens Jongema essentieel. ‘Wat wil je komend jaar bereiken en hoe kan vastgoed daarbij helpen? Door op tijd plannen te maken, kun je rustig nadenken over je opties. Kom je echter in het nauw, dan loop je het risico terecht te komen bij partijen met woekerrentes van 20 of 30 procent, puur omdat je geen uitweg meer ziet. Dat gebeurt vaak als je inzet op groei, maar de resultaten tegenvallen en je liquiditeitsplanning niet uitkomt. Door vooruit te kijken, voorkom je dat je in de hoek van de kamer belandt.’

Samen op zoek naar de ‘ja’

Bufr brengt ondernemers, vastgoedbeleggers en vastgoedontwikkelaars samen met investeerders in financieringen voor zakelijk vastgoed, zónder tussenkomst van een bank. ‘We beginnen altijd met een brede blik’, legt Jongema uit. ‘We hebben toegang tot diverse financieringskanalen, zoals peer-to-peer lending, family offices, institutionele fondsen én onze eigen middelen. Voor elke ondernemer zoeken we de oplossing die het beste past bij zijn of haar situatie.’

Maar soms is de oplossing er simpelweg niet meteen. ‘Het liefst help ik iemand aan een financiering, maar ik vind het net zo belangrijk om de ondernemer eerlijk mee te nemen in het proces. Waarom niet? Wat kan wél? Wat past binnen de kaders? Soms is het beter om even te wachten, bijvoorbeeld tot de nieuwe jaarrekening klaar is. Dat kan betere voorwaarden opleveren. We willen ondernemers helpen om vooruit te kijken en slimme keuzes te maken. Dat is waar het uiteindelijk om draait: samen zoeken naar de ja.’

De vraag achter de vraag

Hoewel digitalisering steeds meer grip krijgt op de financiële sector, signaleert Jongema een belangrijke paradox: ondernemers hebben júist behoefte aan persoonlijk contact. ‘Veel dienstverleners gaan volledig online, maar dat werkt niet voor altijd. Bij sommige aanbieders wordt bijna 9 op de 10 van de online aanvragen afgewezen. Dat betekent dat 90 procent van de ondernemers tijd en energie steekt in een proces dat vaak niet eens uitlegt waarom hun aanvraag niet past. Dat frustreert.’

‘Met Bufr willen we niet alleen financiering bieden, maar ook een sparringpartner zijn’, stelt Jongema. ‘Ik vind het belangrijk om ondernemers écht te horen. Toen ik een provinciaal fonds in de markt zette, zag ik hoeveel ondernemers vastliepen: ze konden nergens meer terecht met hun financiële vragen. Het begint met een simpel gesprek en een kop koffie. Dat eerste contact, waarin je luistert naar de vraag achter de vraag, maakt alles daarna tien keer sterker. Dat element van écht luisteren wil ik terugbrengen in dit vakgebied. Als je belt, krijg je iemand aan de lijn die met je meekijkt en oplossingen zoekt.’

‘Ondernemers blijven terugkomen’

Bufr is tweeënhalf jaar geleden gestart als dochteronderneming onder de vlag van de Rotero Groep. Deze groep, al actief sinds de jaren 80, staat bekend om concepten als Huis & Hypotheek en heeft een breed netwerk in de vastgoedmarkt.

‘Bufr is een integraal onderdeel van deze groep, die naast vastgoedconcepten ook expertise heeft in default management voor grootbanken en over een landelijk taxateursnetwerk beschikt. Die samensmelting van vastgoed- en financieringskennis vormt de kern van Bufr.’

Die filosofie werpt inmiddels dan ook haar vruchten af, ziet Jongema. ‘We bouwen elke dag verder. Bijna op een startup-, scaleup-achtige manier, ondanks het feit dat we al meer dan dertig jaar ervaring hebben in het speelveld van vastgoedfinancieringen. Ondernemers die bij ons een financiering hebben afgesloten, blijven terugkomen. Hetzelfde geldt voor investeerders. Onze beste reclame is mond-tot-mondreclame, en dat krijg je alleen als mensen het gevoel hebben dat ze er beter van worden.’

Meer weten? Benieuwd wat Bufr voor jou kan betekenen? Neem dan direct contact op via telefoonnummer 0513 – 644466 of download hier de whitepaper.