De meeste migranten uit Oost-Europese landen komen het liefst tijdelijk naar West-Europa en andere rijkere gebieden waar ze kunnen werken.
Dit staat in een rapport van de Wereldbank. De bank overlegt nu met diverse EU-lidstaten om projecten op te starten die terugkeer aanmoedigen. 60 tot 75 procent van de migranten uit Bosnië-Herzegovina, Roemenië, Georgië, Bulgarije, Kirgizstan, en Tadzjikistan zouden het liefst slechts tijdelijk hun land verlaten en vrij snel naar huis terugkeren, concludeert de Wereldbank na een uitgebreide enquête.
De huidige regelingen voor migratie moedigt langdurige of permanente migratie juist aan, zegt auteur Ali Mansoor, voormalig hoofdeconoom bij de Wereldbank en nu werkzaam bij het ministerie van Financiën en Economische Ontwikkeling van Mauritius. “Als het duur is om een tijdelijk visum te krijgen, worden mensen aangemoedigd om langer weg te blijven dan ze zelf willen. Ze weten dat de kans klein is dat ze nog eens terug mogen komen.’’
Een alternatief systeem van migratie waarbij terugkeer eerder voor de hand ligt, geeft werkgevers in ontvangende landen het recht op een wettelijke manier betaalbare arbeidskrachten te vinden in sectoren waar ze in eigen land geen mensen voor vinden, zegt het rapport. Het vermindert de illegale migratie en de kans op uitbuiting en komt tegemoet aan de vraag van de migranten zelf om kortere periodes van huis te zijn.
(Nederlands Dagblad)
