Het komt vaak voor dat partijen hun standpunt bewijzen aan de rechter door het laten horen van een geluidsopname. Regelmatig krijgen wij dan ook van cliënten de vraag of zij – zonder toestemming van de wederpartij – een geluidsopname mogen maken van een belangrijk gesprek.
Het is redelijker en netter om dit te doen mét toestemming van de wederpartij. Maar lukt dat niet, is het toch toegestaan om een geluidsopname te maken.
Van doorslaggevend belang
Soms raden wij cliënten zelfs aan om op cruciale momenten in een zaak een geluidsopname te maken van een gesprek. Eind vorig jaar heeft één van onze cliënten hier nog profijt van gehad. Deze cliënten wonnen een procedure waarin de overlegde geluidsopname de doorslag gaf. Door deze opname oordeelde de rechter namelijk dat de wederpartij in verzuim was komen te verkeren, waardoor onze cliënten schadeloos gesteld moesten worden.
De Hoge Raad
Een paar jaar geleden bepaalde de Hoge Raad al dat het gebruik van een geluidsopname in beginsel is toegestaan. In een arrest van 18 april 2014 bepaalde de Hoge Raad dat bewijs door alle middelen kan worden geleverd, en dat de waardering van het bewijs aan het oordeel van de rechter is overgelaten (tenzij de wet anders bepaalt). In civiele procedures is er geen algemene regel die bepaalt dat een rechter onrechtmatig verkregen bewijs niet mag meenemen.
Het algemene maatschappelijke belang dat de waarheid aan het licht komt, en het belang dat partijen hebben om hun stellingen te onderbouwen, weegt namelijk in beginsel zwaarder dan het belang van uitsluiting van bewijs. Alleen als er sprake is van bijkomende omstandigheden, is terzijdelegging van dat bewijs gerechtvaardigd.
Doel geluidsopname
Wel moet de gespreksopname een zakelijk doel hebben. Het willekeurig opnemen van gespreken, die geen zakelijk karakter hebben, kan namelijk wel onrechtmatig zijn. Ook moet je bij het maken van een opname gespreksdeelnemer zijn, anders kan dit betekenen dat je een onrechtmatige daad pleegt richting de andere partij .
In deze zaak verschilden de eiser en gedaagde van mening over de verkoopprijs van een auto. De eiser stelde zich op het standpunt dat de auto was gekocht voor € 6.950,-, terwijl gedaagde een bedrag van € 4.500,- noemde. Aan de hand van een overgelegde geluidsopname oordeelde de rechter dat de auto was gekocht voor € 6.950,-. De eiser kreeg op dit punt dus gelijk.
Daarnaast betwistte gedaagde dat eiser de gekochte auto weer inleverde. Maar weer aan de hand van de geluidsopname oordeelde de rechter dat de auto wel degelijk was ingeleverd, en dat gedaagde dit ook accepteerde. Ook op dit punt trok gedaagde dus aan het kortste eind. Het door eiser gevorderde bedrag werd toegewezen. Zo zie je maar hoe belangrijk een geluidsopname kan zijn!
Conclusie
Een geluidsopname kun je het best maken met toestemming van de andere partij. Maar zelfs als je dat niet krijgt, kun je er soms maar beter voor kiezen om toch een geluidsopname te maken. De Hoge Raad bepaalde al een paar jaar terug dat waarheidsvinding en het kunnen onderbouwen van een standpunt, zwaarder weegt dan het recht op privacy van de andere partij. Houd dit in je achterhoofd!