Over de vraag wat CompaNanny – 13 vestigingen, 400 medewerkers, 15 miljoen omzet – uniek maakt, hoeft Bas Beek niet lang na te denken: ‘De beste mensen.’ Waar in de kinderopvangsector gemiddeld 90% van het personeel mbo-geschoold is en 10% hbo, is dat bij CompaNanny 60% hbo, 40% mbo en 10% wo. Dat is hét recept voor innovatie, meent hij. ‘In de kinderopvangsector is veel weerstand tegen innovatie, verandering, vernieuwing. Abstractere concepten en het idee dat iets anders kan, worden in ons bedrijf makkelijker opgepikt.’
Ontwikkeling staat bij CompaNanny voorop. Zowel van de kinderen die worden opgevangen als van de eigen mensen. ‘Iedereen die bij ons komt werken denkt: waar ben ik in beland?’, lacht Beek. Hij leest veel onderzoek over de ontwikkeling van kinderen, om daarin het personeel te kunnen trainen. Zo past CompaNanny pedagogische filosofieën toe, zoals die van Emmi Pikler, Reggio Emiliano en How2Talk2Kids. Alles met als drijfveer om impact te kunnen hebben. ‘Ik wil daadwerkelijk generaties veranderen. We kunnen zoveel doen aan klimaat, technologie en energie als we willen, maar als deze planeet niet door poppetjes wordt bestuurd die daar op de juiste manier mee omgaan, zijn we nog steeds nergens. Ik voel de verantwoordelijkheid om het deeltje dat wij doen in die kindpopulatie, goed te doen. Dat we echt goede leiders krijgen.’ Maar: wel op een ondernemende manier. ‘Ik wil bezig zijn met iets dat de wereld verbetert, maar wel op een commerciële manier, dat moet bij mij hand in hand gaan. Ik geloof dat ondernemers op die manier de wereld kunnen veranderen.’
Beek – die zichzelf long-term entrepreneur noemt – beschouwt CompaNanny als merk, en wil het ook op die manier uitbouwen. ‘Ik zou het schitterend vinden om verder te gaan in de leeftijd van kinderen. Niet alleen nul tot vier jaar, maar ook vier tot twaalf. We zouden ook nog aan het einde van de levenscyclus, in de ouderenzorg, iets kunnen doen, een soort CompaGranny.’
Bekijk hieronder het hele interview op 7 Ditches TV: