Dat zegt Maurits Bruel van Bureau Mesa vandaag in de Telegraaf.
Kleintjesbeurs Alternext heeft zich te veel gericht op de lage regeldruk, niet op de mogelijkheden om geld te halen voor groei. Familiebedrijven halen, volgens Bruel, liever private equity op dan te kiezen voor een beursnotering. Nipt 30 procent van de familiebedrijven heeft gehoord van de beurs. En als er bekendheid is met Alternext, dan betekent dat niet dat deze ondernemers ook weten hoe de beurs werkt en wat de voordelen zijn. Er zijn veel misverstanden, zo betoogt Bruel.
Erg uitnodigend is een notering op Alternext ook niet. In ruim een jaar tijd gingen slechts twee Nederlandse bedrijven u voor. Een van die bedrijven is TMC. Medeoprichter Luuk Jeuken is enthousiast over Alternext: “Het heeft gezorgd voor een meer professionele organisatie. Onze processen zijn zwaar gecontroleerd, dat is goed voor de transparantie en betrouwbaarheid”, aldus Jeuken in het decembernummer van Sprout.
Volgens Bruel zijn de grootste voordelen van Alternext, de mogelijkheid om een minderheidsbelang naar de beurs brengen en de mogelijkheid om beschermingsconstructies op te werpen.
Aad de Winter, directeur noteringen van Euronext, riep in het decembernummer van Sprout nog op tot overheidssteun. “Dat had de drempel verlaagd en organisaties net dat extra duwtje gegeven om zich aan Alternext te noteren.” In de Telegraaf van vandaag kiest hij de aanval op de grootste concurrent: De Londense AIM. “Direct Wonen is ook naar AIM gegaan en u weet wat er met de koers is gebeurd. Dat komt mede doordat de liquiditeit van AIM ná de beursgang niet zo goed is. Veel minder dan bij ons.”
Directwonen en 2waytraffic kozen voor Londen. Naar eigen zeggen omdat er meer geld rondgaat en de dienstverlening beter is.
Auteur: Rutger Betlem
