Dinsdag verscheen de nieuwe Challenger50, een selectie van de vijftig meest uitdagende bedrijven van Nederland. Ondernemers die het anders, beter, sneller doen dan de gevestigde orde.
Het uitdagen van de markt vieren we dit jaar weer traditiegetrouw tijdens Challengernight. Ook de pitches van de drie finalisten Equalture (Fleur Melkert), PlantLab (Leon van Duijn) en StuDocu (Marnix Broer) zien we daar na een coronapauze weer in het echt.
Die drie kanshebbers voor de titel Challenger van het jaar werden, op basis van een shortlist van de redactie, geselecteerd door een vijfkoppige jury. Met daarin Janneke Niessen (CapitalT), Jacqueline van den Ende (Carbon Equity), Sabine Stuiver (Hydraloop, winnaar 2020), Erik de Heer (EY Entrepreneur of the Year), Niels van Deursen (HousingAnywhere).
Of ze wel of niet winnen, dit hebben de drie kanshebbers sowieso in hun mars:
Equalture: meer objectieve recruitment met gamification
Wie: Charlotte en Fleur Melkert (beiden 25)
Daagt uit: ‘Iedereen die denkt dat je nooit biased bent bij hiring‘
Sinds: 2018
Werknemers: 26
Funding: 1,8 miljoen euro van vc’s en angels
Recruitment-uitdager Equalture neemt het op tegen bias. Oftewel vooroordelen, vooringenomenheid en kiezen voor mensen ‘met wie je een klik hebt’. Die bias zorgt ervoor dat niet altijd de allerbeste kandidaat wordt aangenomen, en dat de diversiteit binnen organisaties soms ver te zoeken is.
Die bijziendheid kun je wat Equalture betreft aanpakken met technologie en gamification. Met behulp van met games en andere vormen van online assessment laat Equalture zien hoe sollicitanten scoren qua skills, lerend vermogen en IQ. En of er de befaamde cultural fit is met het bestaande team en hun persoonlijkheid. Daarom begint het hele proces vaak met een teamanalyse.
De klanten van Equalture zijn over het algemeen groeibedrijven die internationaal en remote werken. En een beetje dezelfde mindset hebben als het Rotterdamse Equalture, lijkt het. Melkert: ‘Wij onderscheiden ons van de gevestigde orde doordat we lef hebben. We gaan niet voor halve innovaties die nog veilig zijn, maar willen echt een rigoureuze verandering doorvoeren bij bedrijven.’
PlantLab: hightech landbouw
Wat: verticale tuinbouw
Wie: John van Gemert (56) Marcel Kers (55) en Leon van Duijn (42)
Daagt uit: traditionele landbouwbedrijven
Sinds: 2010
Funding: 20 miljoen euro
Met PlantLab brengen John van Gemert, Marcel Kers en Leon van Duijn het futuristische concept van hightech ‘verticale’ landbouw in de praktijk. Vanuit een 4.000 vierkante meter grote indoor-boerderij in Amsterdam vinden dagelijks kisten vol – onder paars licht gekweekte – sla hun weg naar Picnic en flitsbezorger Getir. Via groenteleverancier Van Gelder belanden die efficiënt (en zonder pesticiden) gekweekte blaadjes bij meerdere horecabedrijven.
Vertical farming is dus niet alleen toekomstmuziek. PlantLab schaalde zijn Amsterdamse boerderij, eh, Plant Production Unit deze maand alweer op naar 15.000 vierkante meter. Daardoor krijgen afnemers straks ook de keuze uit tomaten, komkommers en kruiden. In het Amerikaanse Indianapolis levert PlantLab die producten al (onder de merknaam Uplift). Het bedrijf opende daar een jaar geleden een ‘Plant Paradise’ in een fabriek waar eerder accu’s werden gemaakt voor legervoertuigen.
Partner Challenger50: EY
Bij EY zetten we ons in voor een beter werkende wereld: Building a better working world. We helpen organisaties, van start-ups tot Fortune 500-bedrijven, om hun moeilijkste uitdagingen op te lossen en hun grootste ambities te realiseren.
lees verderDie groei is mede te danken een financieringsronde van 20 miljoen euro die het bedrijf uit Den Bosch eerder dit jaar ophaalde bij De Hoge Dennen Capital, het investeringsfonds van Kruidvat-familie De Rijcke. Het meest waardevolle onderdeel van het businessmodel van PlantLab zit ‘m uiteindelijk niet in het verbouwen en verkopen van gewassen. Alles draait om de technologie (hardware en software) achter de verticale boerderij-als-product. Om zijn technologische knowhow te beschermen voert PlantLab een heftige strijd over octrooien.
StuDocu: wereldheerschappij met online samenvattingen
Wie: Marnix Broer (33), Lucas van den Houten (33), Sander Kuijk (34) en Jacques Huppes (34)
Daagt uit: ‘het ouderwetse studiesysteem’
Sinds: 2010
Funding: 55,7 miljoen euro
Het verzamelen van samenvattingen en college-aantekeningen groeide voor TU Delft-alumni Marnix Broer, Jacques Huppes, Lucas van den Houten en Sander Kuijk uit tot een serieuze business. Met StuDocu bouwden ze een bedrijf (77 werknemers) waar maandelijks door 15 miljoen studenten uit talloze landen een beroep op wordt gedaan.
Het aanbod van documenten komt van studenten van 2.000 universiteiten wereldwijd. Veelzeggend is dat StuDocu (in Nederland actief met zijn oorspronkelijke naam StudeerSnel) inmiddels een werkwoord is geworden, met een eigen pagina in het Urban Dictionary. ‘Well, why don’t you studocu it?’
StuDocu daagt volgens ceo Marnix Broer een ‘enigszins ouderwetse onderwijssysteem’ uit, waarin studenten kennis moeten ‘stampen’ om het vervolgens weer te vergeten: ‘Men stimuleert dit door de aangeboden kennis krampachtig binnen de muren van de universiteit of hogeschool te houden, maar ook door professoren die jarenlang dezelfde colleges of tentamens aanbieden.’
Als het aan Broer ligt, zijn er nog geen grenzen aan de groei van StuDocu: ‘Uiteindelijk willen wij alle 250 miljoen studenten ter wereld helpen.’ Om die groei voor elkaar te krijgen streek StuDocu tot nu toe meer dan 55 miljoen euro op bij investeerders. Met eerder dit jaar een klapper van 43 miljoen euro, afkomstig van de Franse geldschieter Partech.