Wat moeten we met asbest? Het is een vraag die in de hele wereld al tientallen jaren om een antwoord schreeuwt. Nu nog moet alleen al in Nederland zo’n 2 miljoen ton aan grondstoffen worden gedumpt, omdat er tot 15 procent asbest in is verwerkt. Daardoor kan het materiaal niet worden hergebruikt.
De overige 85 procent aan cement verdwijnt met de asbestvezels onder de grond. Veel landen kampen bovendien met een tekort aan stortcapaciteit.
En het probleem blijft de komende jaren actueel. In ons land vind je ongeveer nog één miljoen vierkante meter aan asbest dakplaten, onder meer op schuurtjes, boerderijen en elektriciteitshuisjes. Ook liggen er nog duizenden kilometers aan drinkwaterbuizen met asbest onder de grond.
Hoe het asbest oplost
Maar het dumpen heeft waarschijnlijk z’n langste tijd gehad. Met dank dus aan de Nederlandse startup Asbeter. In betrekkelijke anonimiteit heeft het bedrijf de afgelopen vijf jaar gewerkt aan twee oplossingen, waarvan de best presterende inmiddels is gepatenteerd als het AC Minerals-proces.
Lees ook: Jan Rotmans over de noodzaak van een circulaire economie: ‘Alles draait straks om grondstoffen’
Inez Postema-Hollenberg is de ceo van Asbeter. ‘We hebben een mechanisch-chemisch proces ontwikkeld dat de asbestvezels letterlijk oplost. Dat gebeurt op een milieuvriendelijke manier, met alleen het gebruik van water en energie. Er zijn dus geen zware chemicaliën nodig.’
‘Eerst wordt het materiaal in een volledig afgeschermde ruimte afgebroken in kleine stukken. Het asbestcement wordt vervolgens gemalen in water, waardoor als chemische reactie een alkalisch milieu met hoge pH ontstaat. De asbestvezels veranderen zo van structuur en vallen uit elkaar, totdat er uiteindelijk geen vezel meer over is.’
Asbestkanker
Het gebruik van asbest is in Nederland al bijna dertig jaar verboden. Toch krijgen hier jaarlijks zo’n 500 mensen de diagnose mesothelioom, ook wel asbestkanker genoemd. Wereldwijd sterven er ieder jaar zelfs meer dan 100.000 mensen aan asbestgerelateerde ziekten. Naast mesothelioom gaat het om longkanker en stoflongen (bron: RIVM). De Europese Unie heeft vastgesteld dat 78 procent van de beroepsgerelateerde kankers in de EU-lidstaten verband houdt met asbest.
Een kwart van al die mensen heeft nooit met asbest gewerkt. Ze ademen de deeltjes in hun eigen leefomgeving in. Dat gaat dan bijvoorbeeld om asbest golfplaten op schuurtjes en in huizen waar het vroeger als isolatiemateriaal werd gebruikt. Door verwering brokkelen kleine vezels af die in de lucht gaan zweven.
Schone grondstof voor cementindustrie
Het asbest is nu als sneeuw voor de zon verdwenen, iets dat we baanbrekend mogen noemen. Nog geen enkel laboratorium krijgt dat op zo’n milieuvriendelijke manier voor elkaar. Wat overblijft uit het cement is calciumsilicaat, in de vorm van direct te verwerken slurry.
Postema-Hollenberg: ‘Dit eindproduct kan gebruikt worden als duurzame grondstof voor de verf-, beton- en cementindustrie. In die laatste sector werken partijen al aan een duurzaam alternatief voor cement als bindmiddel. Ons product past daar perfect in. Omdat we het product heel fijn aanleveren, kun je het ook voor verdichtende en versterkte toepassingen gebruiken.’
‘Daarnaast is het nog een optie om het eindproduct te carboniseren. Dan doe je er CO2 bij wat dan voor eeuwig wordt vastgelegd. Op die manier bereiken we zelfs een negatieve footprint’, aldus Postema-Hollenberg. Overigens is de ontwikkelde technologie ook geschikt voor de verwerking van glaswol en steenwol.
Industriële fabriek in Moerdijk
Asbeter heeft al internationale certificering op zak. Nu beweegt de startup zich langzaam maar zeker naar de markt. Er worden proeven uitgevoerd met het eindproduct, om te zien waar de businesscase zich naartoe kan bewegen. Dat gebeurt vooralsnog met kleine hoeveelheden testmateriaal en onder begeleiding van een betontechnoloog.
Qua prijs zit het geleverde calciumsilicaat vooralsnog aan de bovenkant van de markt. Wel verwacht het bedrijf de nodige stappen te kunnen zetten die de kosten naar beneden krijgen.
Lees ook: Roetz kraakt de code van de circulaire fiets: ‘Wij gaan nog een stap verder dan Fairphone’
Wat Asbeter daarvoor nodig heeft is schaal. In Spijkenisse staat een kleine productiefaciliteit voor het leveren van testmateriaal, met een capaciteit van 15 tot 50 ton per jaar. Maar de echte grote slag moet geleverd worden met een nieuwe industriële fabriek in Moerdijk. Postema-Hollenberg hoopt in 2025 te kunnen gaan draaien.
‘Die kan per jaar zo’n 75.000 ton asbestcement verwerken, met 125.000 ton calciumsilicaat als eindproduct. De jaren erop hopen we minimaal vijf licenties te verkopen aan andere Europese lidstaten, zodat ook daar asbest op een duurzame manier kan worden verwerkt.’
Stortverbod op komst
Als de fabriek in Moerdijk er eenmaal staat, dan volgt in Nederland een algemeen stortverbod voor asbestcement. Dit heeft de overheid eerder al aangekondigd. Asbeter lijkt daarmee verzekerd van aanvoer.
‘We hebben voor het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat al een plan uitgewerkt. Het asbest kan dan worden aangeboden bij vijf regionale stortplaatsen in Nederland voor veilige tussenopslag. Wij zorgen voor het transport naar Moerdijk, zodat iemand uit Groningen daar niet helemaal naartoe hoeft te rijden’, aldus Postema-Hollenberg.
De circulaire fabriek gaat naar verluidt zo’n 70 miljoen euro kosten. De concept engineering ligt al klaar en Asbeter is momenteel in gesprek met verschillende fundingpartners om dat geld op tafel te leggen. Wel geeft Postema-Hollenberg toe dat het in deze fase heel lastig blijkt om dit alleen als privaat bedrijf voor elkaar te krijgen.
‘We hebben een oplossing gevonden voor een probleem dat tot de verantwoordelijkheid van overheden behoort. We vragen de provincies en betrokken ministeries van I&W en EZK dan ook nadrukkelijk om in deze fase mee te doen. Dat biedt private investeerders het vertrouwen voor de noodzakelijke groei van het bedrijf.’
Lees ook: Healix maakt nieuwe grondstoffen van afgedankte visnetten