Duitsland
> 1923/1929/1945
De kolossale herstelbetalingen aan de Geallieerden van de Eerste Wereldoorlog ondermijnen de economie, de geldontwaarding draait in 1923 uit op een desastreuze hyperinflatie waarmee het Duitse geld vrijwel waardeloos wordt (ruim 4200 miljard mark voor een US-dollar). Zes jaar later voltrekt zich een nieuwe crisis, de beurskrach. De VS hadden veel geld aan Duitsland geleend en wilden geld terug zien. De Duitse overheid was feitelijk bankroet eind 1929. De ondergang van het Derde Rijk (1933-1945) betekende weer een nationaal bankroet.
Zimbabwe
> 2009
Het chronische wanbeleid heeft de staat economisch weggevaagd. Het land heeft begin 2009 zelfs feitelijk zijn munteenheid afgeschaft omdat die niets meer waard is. Het is een Afrikaans voorbeeld van het bankroet van een ‘falende staat’.
Argentinie
> 2003
Als gevolg van de zoveelste Argentijnse crisis, die van 1999-2002, zegt president Kirchner tegen zijn crediteuren dat Argentinië de 115 miljard euro schuld eenvoudig niet meer op kan brengen.
Rusland
> 1998
De economische crisis in Rusland, mede veroorzaakt door wanbeleid en de dure oorlog in Tsjetsjenië, bereikt met de ‘roebelcrisis’ van augustus 1998 een climax. Het Kremlin devalueert de munteenheid en staakt betalingen aan buitenlandse crediteuren.
Latijns Amerika
> 19e eeuw
Na de onafhankelijkheid van veel Latijns-Amerikaanse landen in de jaren ’20 van de 19e eeuw lenen veel landen enthousiast geld voor hun ontwikkeling. Tal van landen bleken echter herhaaldelijk niet in staat hun schulden te betalen. De gebruikelijke gang van zaken was lang onderhandelen en dan de schuld voor een deel kwijtschelden en voor een deel herstructureren. Ecuador is bijvoorbeeld al zes keer bankroet gegaan sinds 1830.
Denemarken
> 1813
Tijdens een bittere oorlog aan de zijde van Frankrijk tegen Engeland stort de economie in. De regering voert een nieuwe munteenheid in, de rigsbankdaler. Met deze hervorming laat ze na schulden te betalen, wat een bankroet van de staat inhoudt.
Spanje
> 1557-1696
Mede door de slepende oorlog in de Nederlanden verklaart koning Philips II van het Spaanse Rijk zich in de 16e eeuw herhaaldelijk niet meer in staat zijn schulden te betalen.
Frankrijk
> 1789
Een van de belangrijkste redenen van de ondergang van de monarchie was de opeenstapeling van staatsschulden in de 18e eeuw. Die waren onder meer een gevolg van het uitblijven van een doelmatig belastingstelsel en enorme leningen die Parijs afsloot voor de lopende uitgaven, inclusief de dure bemoeienissen met de Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog.