De Israëlische Gino was nog maar 10 jaar toen hij leerde programmeren. Rond die tijd verschenen de eerste iPhones en Gino merkte op je aardig wat kon verdienen door games te ontwerpen voor deze smartphone. Door de jaren heen verzamelde hij een groep vrienden die ook hield van programmeren.
Op zijn zestiende begon Gino met zijn vrienden hackathons te organiseren voor leeftijdsgenoten. Jonge geïnteresseerden leerden in 36 uur een app, game of website bouwen. Ook al deden ze dit zonder winstoogmerk en dus puur als hobby, Gino en zijn vrienden waren er aardig succesvol mee. Hun werk bracht de tieners naar steden als Tel Aviv, Londen, Tokio en Amsterdam. Grote techbedrijven als Google, Microsoft, Apple en Uber financierden de missie van de tieners, in de hoop talent te spotten voor hun eigen bedrijven.
Legostenen
Omdat je tijdens 36 uur niet veel codes kan schrijven, hadden de tieners een soort digitale bouwdoos nodig, legt Gino uit als Sprout hem eind maart in Amsterdam-Noord spreekt. De 20-jarige ondernemer is enkele dagen in het land voor een techconferentie. “Je kunt bijvoorbeeld de login van Facebook gebruiken of de API (application programming interface, red.) van een e-mail. API’s moet je zien als legostenen. Wij geven jou bijvoorbeeld een steentje voor je e-mail, eentje die creditcardbetalingen regelt en een die beelden uploadt. Jij kunt ze dan samenvoegen en zo een applicatie bouwen.” Om het de programmeurs gemakkelijker te maken, creëerden de tieners een open-sourceplatform waar ze al die API’s op plaatsten.
Om te groeien, moesten we naar San Francisco
Een van de vele hackathons werd bezocht door de tevens Israëlische ondernemer Dov Moran; de uitvinder van de USB-stick, een innovatie die hem steenrijk maakte. Dat API-platform zou nog weleens groot kunnen worden, dacht de USB-stick-legende. Hij besloot de tieners 250.000 dollar te geven om hun platform verder te ontwikkelen. Rapid API was geboren.
Gino en zijn compagnons besloten hun hoofdkantoor in Tel Aviv op te zetten, maar Gino zelf maakte alvast de overstap naar de mondiale techstad bij uitstek; San Francisco. “We wilden het programmeerwerk vooral in Tel Aviv laten plaatsvinden, maar realiseerden ons al snel dat alle grote klanten en investeerders in de VS en Silicon Valley zitten. Om te groeien, moesten we daarheen.”
Iddo Gino geeft leiding aan een startup met dertig mensen; grotendeels programmeurs, sales- en marketingpersoneel.
San Francisco
Gino was nog amper 18 jaar toen hij naar San Francisco verhuisde, waar hij sindsdien resideert. “Het was geweldig. Ik woonde voor het eerst op mezelf in een grote stad. Rond die tijd verscheen de serie Silicon Valley en mijn leven leek op deze sitcom. Ik sprak continu af met grote investeerders, bezocht naar talloze conferenties en hackathons. Ons team werkte dag en nacht om het platform te ontwerpen.”
Na mijn eerste miljoeneninvestering zat ik vol zorgen. We moesten het nu echt waarmaken
Eind 2016 had Gino beet. Hij wist 3,5 miljoen dollar aan groeigeld los te peuteren bij VC-fonds Andreessen Horowitz, dat eerder investeerde in Facebook, Github en Airbnb. Het was puur toeval, legt Gino uit. Op een dag stapte hij in de auto om met oprichter Ben Horowitz af te spreken in het kantoor van Andreessen Horowitz in Menlo Park. “Ik wilde hem vragen hoe je het beste geld op kunt halen. Andreessen Horowitz investeert doorgaans niet in early stage-bedrijven. Ik hoopte dus puur op wat advies of een connectie met iemand die misschien geïnteresseerd kon zijn. Ik vertelde hem over het bedrijf en hij stelde de nodige vragen. Op het einde van de meeting zei hij simpelweg: ‘Cool, dit was interessant. Dank je’. We namen afscheid en ik dacht dat het daarbij bleef.”
Dat deed het niet. De volgende dag werd Gino gebeld door de assistent van Horowitz. Of hij naar het kantoor wilde komen om de rest van het team te ontmoeten. Gino sprong in de auto en reed naar Menlo Park. Bij Andreessen Horowitz bleken ze zelf geïnteresseerd om in te stappen; Gino had zijn eerste miljoeneninvestering binnen, in ruil voor een kwart van de aandelen. Zo snel kan het gaan in Silicon Valley.
“Ik was ontzettend blij”, zegt Gino, “Eindelijk hadden we geld om op te schalen. Toch zat ik ook met zorgen. We moesten het nu wel waarmaken.” Het VC-fonds hielp hierbij; Andreessen Horowitz assisteerde bij het aannemen van de juiste mensen en het bepalen van de strategie rondom de uitrol van het product. “Bazig waren ze nooit, nuttig wel. De mensen achter dit fonds hebben jaren aan ervaring, terwijl ik nog nooit een bedrijf had opgebouwd hiervoor. Ze hielpen dus ontzettend als klankbord.”
9 miljoen
3,5 miljoen dollar – in Nederland zou dit een flinke investering heten, maar in Silicon Valley noemen ze het doodleuk “seed money”. Het duurde nog tot maart dit jaar tot Gino zijn eerste echte Series A-investering kreeg, opnieuw geleid door Andreessen Horowitz. 9 miljoen dollar werd er ditmaal overgemaakt op de rekening van de API-nerds. “Na onze seedinvestering wilden we toegroeien naar 100.000 gebruikers en 2.000 actieve API’s. Daarna zouden we voor een Series A-ronde gaan and scale the company like crazy.”
Dat lukte al snel. Dat ze voor hun Series A opnieuw voor Andreessen Horowitz zouden gaan, stond bovendien op voorhand vast. De samenwerking ging gesmeerd en dat is essentieel, zegt Gino grappend: “Kiezen voor de juiste VC is belangrijker dan kiezen voor de juiste vrouw, want je scheidt nooit.” Ondanks deze investering maakt Rapid API nog geen winst, aangezien alle inkomsten direct geïnvesteerd worden in de uitbouw van het bedrijf. Precieze omzetcijfers noemt Gino niet, maar het gaat om “meerdere miljoenen per jaar”.
Rapid API heeft inmiddels een half miljoen gebruikers en 8.000 API’s. Het bedrijf van Gino verdient zijn geld als marge over gekochte API’s. Hoe meer API’s, hoe sterker het verdienmodel wordt. Sinds kort werkt het bedrijf samen met het Nederlandse Digicosmos, van Frank Arts en Kees Neven. “Zij gaan ons nu helpen om API’s uit Nederland op ons platform te krijgen. Zij hebben de relaties en samen kunnen we het wereldwijde API-netwerk nog verder uitbreiden.”
Gevalletje rocksterondernemen? Vast onbedoeld, maar Rapid API schoot hier toch overduidelijk zijn eigen Ramones-platenhoes.
Adam Neumann
Gino en zijn collega’s kunnen zich sinds januari in een eigen kantoor in San Francisco veroorloven, maar daarvoor betrokken ze nog er een kamertje in een vestiging van co-workingspace WeWork. Inderdaad, het kindje van die andere bekende Israëliër: Adam Neumann. Gino stond net als Neumann eens vermeld in de befaamde 30 under 30-lijst van zakenblad Forbes en de twee ontmoetten elkaar enkele malen. “Amazing guy”, volgens Gino. “Dat WeWork Israëlisch is speelde voor ons een rol – maar goed, ze hebben ook gewoon de beste locaties en kantoren (lacht).”
San Francisco wordt voor veel startups alweer onbetaalbaar, waardoor ze naar Silicon Valley trekken
Locatie is belangrijk voor Rapid API. Het bedrijf houdt dan ook kantoor in het bruisende hart van San Francisco – en dus niet in Silicon Valley. Heel normaal bij jonge ondernemers, die liever in het centrum van een levendige stad zitten dan op een bedrijventerrein. “Tijdens de internetbubbel was San Francisco niet cool en wilde iedereen in Silicon Valley zitten”, weet ook Gino, die er tevens een vorm van prijsmechanisme in ontdekt: “Alle jonge mensen vertrokken naar Silicon Valley en dus ook de bedrijven. De prijzen [van vastgoed] stegen hierdoor, waarna de startups naar het goedkopere Silicon Valley verhuisden. Nu is dat weer cool en wordt het daardoor onbetaalbaar, waardoor ik hier alweer mensen terug zie verhuizen naar Silicon Valley. Het is als een slinger (lacht).”
Loonkosten
Rapid API bespaart in ieder geval op loonkosten, want in San Francisco hoeft het bedrijf niet om programmeurs te concurreren met Facebook en Google. Deze techcorporates bieden tonnensalarissen, waardoor je als startup in de San Francisco Bay Area ook al snel vergelijkbare salarissen aan je programmeurs moet bieden. Voor je het weet, lopen ze immers over naar de concurrent.
Gino houdt, zoals gezegd, het programmeerwerk in Tel Aviv en zit puur in San Francisco met een sales- en marketingteam. In totaal werken er nu dertig mensen bij Rapid API. “Er zit veel talent in Israël en er is minder competitie. Voor een salespersoon in San Francisco moet ik echter ook een ton betalen, maar zoiets is gemakkelijker goed te praten dan voor programmeurs. Na een jaar zie je immers of salesmedewerkers hun salarissen waar hebben gemaakt. Als ze ons een miljoen hebben opgeleverd, is het goed. Hebben ze geen geld binnengebracht, dan weet je dat je verder moet kijken.”