Een recent McKinsey-rapport zegt dat vooral de maakindustrie de impact van het Internet of Things zal merken. 5 inzichten op rij.
Het enthousiasme voor IoT, vooral binnen de media, richtte zich tot nog toe vaker op spannende ontwikkelingen binnen consumentengoederen. Denk aan: fitnessbandjes, slimme huizen en huishoudelijke apparaten. Maar in de maakindustrie is het effect van IoT waarschijnlijk veel groter. En is het ook nog eens meer nabij. Tal van sensoren in onder meer de fysieke activa in de industrie zorgen voor een informatiesysteem dat data vastlegt, doorgeeft en verwerkt.
Als je kijkt naar mogelijkheden om meer efficiënt produceren, te distribueren en te innoveren, staan we nog maar aan het begin, aldus McKinsey. De 5 belangrijkste inzichten uit het rapport:
#1. Vijf triljoen te behalen op B2B-werklocaties wereldwijd
McKinsey voorspelt dat 70 procent van de waarde van het IoT de komende 10 jaar voortkomt van B2B-toepassingen. Gesproken wordt van een economische waarde wereldwijd van rond de 10 triljoen euro. En 5 triljoen alleen al zou hiervan jaarlijks wereldwijd gegenereerd worden binnen het werkterrein van B2B, waarbij gedacht moet worden aan bijvoorbeeld fabrieken in de breedste zin van het woord: in de industrie, in de landbouw, op locaties van bijvoorbeeld mijnbouw en olie- en gaswinning, op constructiebouwplaatsen, binnen de gezondheidszorg, en gewoon in kantoren zelf.
#2. Mogelijk haasje-over-effect
Hoewel de opkomende economieën, waar vaak juist veel B2B-onderdelen worden gemaakt, belangrijk zijn voor de toepassing van IoT, is de totale economische impact volgens McKinsey het grootst binnen de economieën van de Westerse wereld. De voordelen die te behalen zijn door IoT-implementaties in BRIC-landen kunnen wel voor een haasje-overeffect zorgen. Neem een land als China, met z’n enorme groeiende industriële basis voor productie. Kansen voor efficiënteverbetering liggen hier niet alleen op de werkvloer in de fabrieken, maar ook in distributie en in de producten zelf. Bovendien hoeft er minder of geen rekening gehouden te worden met het vervangen van (legacy)-technologieën zoals wel het geval is in Westerse landen. De voorsprong die daar wordt opgedaan, kan wel weer doorsijpelen naar de industrie hier.
#3. Optimalisering operatie en onderhoud
De grootste stap wordt gemaakt als de data van de IOT besluiten gaan beïnvloeden, stelt McKinsey. Zoals bijvoorbeeld het geval is als data gaan voorspellen wanneer machines minder worden en reparaties nodig zijn. Hiermee zouden onderhoudskosten met liefst 40 procent omlaaggebracht kunnen worden en ongeplande uitvaltijd worden gehalveerd. In het klassieke IoT-consumentenvoorbeeld gaat de ‘slimme’ ijskast melk bestellen als er nog minimaal twee pakken melk in de ijskast liggen. Maar in de maakindustrie is het moment veel dichterbij dat het systeem tijdig gaat lezen dat er orders moeten worden geplaatst om containers bij te vullen.
#4. Innovatieve businessmodellen: pay-as-you-use
De data die voortkomen uit het Internet of Things kunnen ook zorgen voor de opkomst van nieuwe, meer op maat gesneden businessmodellen binnen de industrie. Zo kunnen gegevensvan hoe en wanneer fysieke activa worden gebruikt de leveranciers van deze machines helpen bij de bepaling van hun prijzen en ervoor zorgen dat er meer exact wordt gerekend voor het gebruik. Serviceproviders kunnen het Internet of Things gebruiken op beter te piekmomenten beter te voorzien en (stijgende of dalende) vraag te voorspellen. Service overall kan door de aanwezigheid van meer exacte informatie verbeterd worden en daarmee een belangrijk of zelfs hoofdonderdeel van het businessmodel worden.
#5. De hele organisatie op één lijn
Door de opkomst van het IoT zal IT niet alleen een nóg belangrijker rol binnen de organisatie vervullen, die rol zal ook veel verder gaan dan het bijhouden van computers, netwerken en datacentra. Bedrijven zullen al hun werknemers moeten gaan trainen in nieuwe vaardigheden die inherent zijn aan het Internet of Things. Alle systemen, van financiële boekhouding tot marketing tot operatie moeten aan elkaar gelinkt worden. En analytische experts en datawetenschappers moeten direct verbonden zijn met de executives die de besluiten nemen. Alleen dan kan de gehele organisatie meer efficiënt en effectief gedreven worden door data en analyses die zo de slagvaardigheid van de maakindustrie op indrukwekkende wijze kunnen verbeteren.
Dit artikel is onderdeel van het dossier Made in NL. Bij MT vinden we dat Nederland trotser mag zijn op zijn maakbedrijven. Met Made in NL wil MT de kennisdeling binnen én over de sector bevorderen en maakbedrijven een podium bieden. Opdat we terecht trots zijn op de hidden champions van de maakindustrie.
Meer over de maakindustrie, en het Internet of Things:
- De nieuwe robot leert steeds beter samenwerken met de mens
- The Internet of Things in praktijk: nooit meer koude voeten
-
The Internet of Things voor dummies