Ogenschijnlijk vanuit het niets trok belangenbehartiger Detailhandel Nederland vorige maand aan de bel over nieuwe EU-regels over het aantal verplichte laadpalen bij gebouwen en winkelcomplexen. De winkeliersvereniging roept de overheid op om die regels, die ingaan vanaf 2020, niet te strikt toe te passen en de markt het zelf te laten uitzoeken. Winkeliers kunnen zelf wel bepalen wat goed is voor hun klanten, stelt de branchevereniging. Wat is er precies aan de hand?
1. Wat houdt de nieuwe wetgeving precies in?
In november 2016 presenteerde de Europese Commissie onder de titel ‘Schone lucht voor alle Europeanen’ een pakket maatregelen om te zorgen dat de EU kan blijven concurreren in het licht van de wereldwijde omschakeling naar schone energie.
Als onderdeel van dit pakket maatregelen is er de richtlijn ‘Energieprestatie van Gebouwen’, die in april van dit jaar werd goedgekeurd door het Europese Parlement.
De richtlijn houdt in dat er in en bij gebouwen meer geïnvesteerd moet worden in energie-efficiënte systemen. Voor nieuwe gebouwen en gerenoveerde panden betekent dit dat vanaf 2020 per 10 parkeerplekken, minstens 1 laadpunt voor elektrische auto’s moet worden geïnstalleerd. Daarnaast moet de bekabeling voor bijkomende laadpunten al aanwezig zijn voor iedere 5 extra parkeerplekken.
2. Wat verandert er daardoor?
Dit betekent dat nieuwe, maar ook bestaande, gebouwen moeten gaan investeren in een laadinfrastructuur om de transitie naar elektrisch rijden te versnellen. “Het is goed te begrijpen dat veel ondernemers hiervan in eerste instantie schrikken”, reageert een woordvoerder van laadpalenaanbieder NewMotion (sinds vorig jaar een dochterbedrijf van Shell).
“Een laadpaal plaatsen lijkt immers een flinke investering, zowel in termen van tijd als geld. Dat valt in de praktijk niet alleen erg mee, maar belangrijker: een laadpaal plaatsen heeft veel voordelen voor ondernemers. Zo kan een laadpaal kan een bron van inkomsten zijn. Door een tijd of kWh-tarief in te stellen kan de ondernemer zijn investering terugverdienen, door gebruikers van de paal te laten betalen voor laadsessies.”
“Ook draagt de aanwezigheid van een laadpaal bij aan een innovatief en duurzaam imago van de onderneming. Tot is de aanwezigheid van een laadpaal een gastvrij gebaar.”
3. Voor welke groep ondernemers is dit nu precies relevant?
Met name voor ondernemers met klanten die een langere tijd geparkeerd staan (denk aan restaurants, kantoren, bouwmarkten, en bedrijven zoals IKEA). Maar ook voor de ondernemer met bijvoorbeeld een buurtsuper kan de aanwezigheid van een laadpaal aantrekkelijk zijn. Zo’n laadpaal kan 24/7 toegankelijk zijn voor publiek gebruik, waardoor buurtbewoners ook de hele nacht aangekoppeld kunnen blijven.
Albert Heijn neemt de proef alvast op de som, en kondigde vorige maand een samenwerking aan met Fasted. AH plaatst in eerste instantie als proef bij drie ‘XL’-vestigingen laadstations, zodat klanten hun auto kunnen opalden terwijl ze in de supermarkt zijn.
Veranderingen
Het is de vraag hoe de regels zullen uitpakken in een snel veranderende markt, die er vanaf 2020 weer heel anders uit kan zien. Netwerken van snellaadstations zoals Fastned, Ionity en Allego zullen tegen die tijd verder zijn gegroeid, wat de vraag naar lokale – vaak relatief trage – laadpalen kan drukken.
Tot die tijd pleit Detailhandel Nederland in ieder geval voor een uitzondering voor nieuw winkelvastgoed waarvoor de bouwvergunningen al zijn aangevraagd. Ook wil de organisatie dat (retail)mkb’ers worden vrijgesteld.