Onze werk-privébalans staat op zijn kop. Niet alleen vanwege de grote veranderingen die in werking zijn gezet door de coronacrisis, ook door de snelle technologische ontwikkelingen. Daardoor vragen verschillende mensen zich af of de werk-privébalans eigenlijk nog wel bestaat. Volgens Christopher Mullen, een auteur op managementwebsite Forbes, behoort de werk-privébalans tot het verleden. Hij is van mening dat het draait om onderhandeling. Daarom stelt hij voor om het voortaan work-life negotiation te noemen. Een ander noemt de werk-privébalans zelfs een Career Dinosaur.
Verantwoordelijk voor je werk-privébalans
Hidde de Vries, spreker en oprichter van trainingsbureau The Recharge Company, kan zich wel vinden in dat geluid. ‘Als je het hebt over de werk-privébalans, heb je het over iets dat belangrijk is voor jou als individu’, zegt hij. ‘Natuurlijk is het ook belangrijk voor de werkgever, maar jij bent de eerste en de enige die verantwoordelijk is voor je werk-privébalans.’
Door het woord ‘werk-privébalans’ te gebruiken, leg je volgens hem een deel van de verantwoordelijkheid ervoor bij de werkgever. En dat klopt niet helemaal, want werk is onontkoombaar. De Vries, tevens auteur van het boek Work Smart Play Smart, stelt simpelweg: ‘We werken om te leven. Dat schept nu eenmaal bepaalde verplichtingen.’
Werkgevers moeten uiteraard oppassen dat ze hun personeel niet te hard laten werken. Maar uiteindelijk moet je het zelf regelen. ‘Pak zelf die verantwoordelijk op. Dat is ook veel beter voor je algehele welzijn’, zegt hij. Hoe je dat doet? Door niet langer te kijken naar je werk-privébalans, maar naar je live/life balance.
Live/life balance in plaats van werk-privébalans
‘Met de live/life balance word je ertoe aangezet om eerst naar jezelf te kijken,’ legt De Vries uit. Alleen daarmee kan je positieve veranderingen in je leven doorvoeren. Impact hebben op je eigen leven vergroot bovendien je geluksgevoel. ‘Mensen die het gevoel hebben dat ze geen impact maken of geen bijdrage leveren, voelen zich onbelangrijk. Dat heeft een enorm negatief effect op je wellbeing.’
De werk-privébalans is dus niet langer de maatstaf. Omdat we allemaal moeten werken en het werk in feite alsmaar drukker wordt, moeten we juist onze live/life balance op orde hebben. ‘De mate waarin we die toenemende werkdruk aankunnen, hangt af van die balans’, legt De Vries uit. ‘Het gaat erom hoe je omgaat met je privétijd.’
Tijd om op te laden
Juist daar is nog veel ruimte voor verbetering. Technologische ontwikkelingen hebben de boel namelijk behoorlijk verstoord. De Vries: ‘In ons privéleven besteden we bijvoorbeeld heel veel tijd aan onze mobiele telefoon. Door die telefoon, en met name door de sociale media, hebben we de neiging om overal bij te willen zijn.’ Deze fear of missing out (FOMO) maakt dat we niet goed kunnen ontspannen. We zien anderen berichten posten over een leuk feestje, of over een interessant artikel. Daardoor wordt ons brein voortdurend geactiveerd. ‘In de tijd dat we normaal gesproken even zouden bijkomen van het werk, zijn we ons hoofd alleen maar verder aan het volstoppen’, constateert De Vries. ‘We vergeten vaak dat werk ook energie kost en dat we tijd nodig hebben om weer op te laden.’
Verbeter je live/life balance
Hoe laden we weer op na zo’n overvolle werkdag? De Vries geeft een aantal praktische tips.
#1 Besteed minder tijd online
Er is in principe niks mis met sociale media. Maar overdrijven is ook een vak. Er zijn mensen die werkelijk urenlang door de stories, tweets en reels van anderen scrollen. ‘Zorg dat je het beperkt, ook al vind je het heel leuk om te doen’, adviseert De Vries. ‘Zet desnoods een alarm. Je hoeft het jezelf echt niet helemaal te ontzeggen, maar blijf niet eindeloos doorscrollen.’
#2 Geen schermen voordat je gaan slapen.
Zet een uur voordat je gaat slapen je schermen uit. Of leg ze weg. Even geen tv, mobiele telefoon, laptop of tablet meer. Ten eerste zorgt het licht van die schermen ervoor dat je actief blijft. Ten tweede komt er adrenaline vrij bij het zien van bepaalde berichten. Het is daarom beter om een boek te lezen of nog even te kletsen met je partner. Je slaapt dan dieper en relaxter.
#3 Laat je hoofd leeglopen
Je gedachtes hebben de ruimte en de tijd nodig om op orde te komen. Neem af en toe bewust een pauze. Ga bijvoorbeeld een eindje wandelen of een rondje fietsen. Of doe gewoon even helemaal niks. ‘We zijn het volledig ontwend om niks te doen. We zijn alsmaar aan het multitasken’, zegt De Vries.
Hetzelfde geldt voor ons werk. Vlak voor een meeting zijn we vaak nog met van alles bezig. Nog even die mail versturen, je berichten checken of dat telefoontje plegen. ‘Neem vijf minuten voor en na zo’n meeting even de tijd voor jezelf’, raadt de Vries daarom aan. ‘Geef je brein de tijd om dingen te verwerken. Op die manier onthoud je informatie ook beter.’
#4 Blijf in beweging
‘In Nederland zijn we kampioen stilzitten’, zegt De Vries. ‘Maar daar zijn we niet voor gemaakt.’ Het is bekend dat teveel stilzitten een negatief effect heeft op je gezondheid. Beweging vermindert niet alleen de kans op chronische aandoeningen, het maakt ons ook creatiever en productiever. Door tijdens het werk wat vaker te lopen, houd je bovendien energie. Die energie neem je vervolgens mee naar je privétijd. Dat is weer goed voor je live/life balance.
#5 Overweeg eens een no screen meeting
De hele dag videobellen is niet goed voor je brein. Je focust dan voortdurend op je scherm, terwijl je brein juist ruimte nodig heeft. De Vries: ‘Tijdens het schrijven van mijn boek zorgde ik bijvoorbeeld ook voor een goed uitzicht. Als je in de verte kijkt, hebben je hersenen en je ogen de ruimte om dingen op te nemen. Je brein krijgt zo het signaal om breder te denken.’ In plaats van een videocall mag je daarom best eens een NSM (no screen meeting) voorstellen: ‘Dat geeft je ook de kans om tijdens het gesprek naar buiten te gaan en een stukje te wandelen.
