Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

De moderne mens wordt overgevoelig voor het geluid van de ander

Dankzij onze koptelefoons of oortjes reizen, werken en sporten we steeds vaker in onze eigen wereld. Wel zo rustig, want de wereld om ons heen lijkt steeds luidruchtiger te worden. Maar is dat wel zo? En is jezelf afsluiten echt de beste oplossing in bijvoorbeeld een kantoortuin?

koptelefoon
Foto: Annie Spratt via Unsplash

‘De moderne mens komt met oordoppen – en wordt langzaam overgevoelig voor geluid van de ander,’ zo kopte De Correspondent eind 2019 in een artikel over de sterke toename van het gebruik van koptelefoons. ‘Noisecancelling belooft rust, focus en efficiëntie, maar levert ons collectief een grotere prikkelbaarheid op.’ De gedachte: doordat we zodanig perfectioneren wat we kunnen horen, door bijvoorbeeld bewust in de stiltecoupé van een trein te gaan zitten, storen we ons des te sneller als er sprake is van geluid waar we niet zelf voor hebben gekozen.

Perfectionering van ieders persoonlijke omgeving

Mediawetenschapper aan de Amerikaanse Miami University Mack Hagood spreekt in zijn boek Hush van een trend in technologische geluidscontrole. Hij stelt dat steeds meer apparaten zich richten op controle van de individuele geluidsomgeving, om voor ons een perfecte gemoedstoestand te creëren. Volgens Hagood passen deze apparaten bij onze informatiegedreven wereld, waarin we zo veel mogelijk informatie tot ons (moeten) nemen, zo schrijft De Correspondent.

Dat levert een aversie op tegen ruis, de stoorzender die ons ervan weerhoudt de juiste info te absorberen – en die ons ervan weerhoudt zo efficiënt en productief mogelijk te zijn. Techbedrijven spelen daar met bijvoorbeeld noisecancelling headphones handig op in.

Dalende tolerantiegraad

Marcel Cobussen is hoogleraar auditieve cultuur en muziekfilosofie aan de Universiteit Leiden en het Orpheus Instituut in Gent. Ook hij ziet, bijvoorbeeld in het openbaar vervoer, veel mensen die zich door middel van oortjes of een koptelefoon afsluiten van de wereld om hen heen.

Geluidsoverlast lijkt een steeds groter probleem te worden, aldus Cobussen. ‘We storen ons aan de harde muziek van de buurman of aan het heien op de vroege ochtend. Er zijn talloze geluiden waar mensen zich aan storen en waar ze zich soms heel druk over kunnen maken. Gek genoeg concluderen wetenschappers daarentegen dat de wereld in feite juist alleen maar stiller wordt. Van stil asfalt tot elektrische voertuigen, tot allerlei geluidsbeperkingen die zijn ingesteld. Dat betekent dus dat onze tolerantiegraad daalt.’

Volgens hem heeft dat er ook enigszins mee te maken dát die geluidsarme koptelefoons bestaan. Omdat we die en masse gebruiken en eraan gewend raken, irriteert omgevingsgeluid ons simpelweg eerder, gelooft hij. Omdat we er in feite gevoeliger voor raken. Het is in dat opzicht een beetje de-kip-of-het-ei-verhaal, stelt hij.

Oase van rust

Zo levert onze voorkeur voor rust, focus en efficiëntie naast een grotere collectieve prikkelbaarheid ook een kantoortuin vol koptelefoons op. Want dat is hoe de meeste medewerkers dan maar zelf een oase van rust creëren te midden van een grote, rumoerige ruimte. Was het niet juist de bedoeling dat mensen zo gemakkelijker gingen samenwerken?

De hoogleraar beaamt dat voor veel medewerkers de kantoortuin een bron van ergernis is. ‘Het is ongelooflijk lastig je te concentreren op je eigen taken als anderen binnen gehoorsafstand aan het overleggen zijn.’ Toch is het niet zo zeer het geluid dat ons stoort, als wel de inhoud van het gesprek. Hij noemt als voorbeeld zijn eigen partner, die met hun twee kinderen een taal spreekt die Cobussen zelf niet verstaat. ‘Als zij vlakbij me aan het praten zijn, kan ik rustig de krant lezen. Ik hoor de klanken wel, maar vervelend of afleidend is het niet.’ Schakelen ze echter over op het Nederlands, dan heeft hij veel meer moeite om zich te concentreren op wat hij aan het lezen is omdat hij dan het gesprek probeert te volgen, lacht hij.

Aantal decibellen zegt ook niet alles

Wanneer we het over ‘geluidsoverlast’ hebben, praten we veel te snel over de hardheid van het geluid, merkt Cobussen. Terwijl de ‘aard’ van het geluid mogelijk een veel grotere rol speelt. Tenminste: vandaag de dag is alles zodanig gereguleerd, ook op werkplekken, dat er van té hard geluid eigenlijk geen sprake meer is. Het is wettelijk geregeld dat het aantal decibellen in toom moet worden gehouden.

Het probleem is echter dat niet al het geluid waaraan we ons storen op die manier te meten is. De hoogleraar noemt als voorbeeld een vlaggenmast vlakbij zijn woning in het centrum van Rotterdam. Overdag hangt daar een vlag, maar voor de nacht wordt die weggehaald. Door de wind tikken er echter metalen deeltjes tegen de mast aan. ‘Ongelooflijk irritant. Niet een heel hard geluid, maar wel permanent. Ook andere omwonenden vinden het vervelend, maar als je de milieudienst belt zeggen die: jongens, waar maken jullie je druk om?’ Ze kunnen er ook weinig mee, onze wetgeving werkt niet op die manier. Maar louter hard geluid als overlast beschouwen, schiet echt tekort.

Wekelijks de nieuwsbrief van Werk en Leven ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Soundscapes voor op kantoor

Zijn we dan overgeleverd aan die koptelefoons, wanneer veel mensen in dezelfde ruimte werken? Marcel Cobussen gelooft van niet. ‘Er zijn andere oplossingen om op de werkplek met geluid om te gaan.’ Grappig genoeg richten we ons al snel op het tégengaan van het geluid, het weghalen ervan, vervolgt hij. ‘Maar je kunt dus ook geluid tóevoegen. Er bestaan bijvoorbeeld geluidssystemen die geluiden van een kantoortuin reproduceren maar dan als een onherkenbaar gezoem; de opgenomen gesprekken worden dan ook onverstaanbaar gemaakt. Je hoort het wel, maar je stoort je er niet aan. En ook de mensen die daadwerkelijk aan het praten zijn, hoor je nauwelijks nog. Zo raak je ook niet ineens afgeleid als iemand gaat bellen.’

De hoogleraar geeft echter de voorkeur aan een creatievere oplossing: het inzetten van soundscapes gemaakt door geluidskunstenaars die niet alleen datzelfde effect teweegbrengen, maar daar ook nog eens een interessante compositie van maken. ‘Zo maak je ook gebruik van de positieve effecten die geluid kunnen hebben, bijvoorbeeld dat het rustgevend werkt of juist inspireert. Wist je dat het aloude liftmuziekje van oudsher bestond om mensen gerust te stellen, dat er niets ergs met die lift zou gebeuren?’