Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Geert-Jan Smits kan na de verkoop van Flinders weer ‘puur ondernemen’ met circulaire startup

Geert-Jan Smits stortte zich na de verkoop van zijn meubelwebshop Flinders begin dit jaar direct op zijn nieuwe startup Pacha Panels. Daarmee levert hij biobased en circulair materiaal voor de interieur- en meubelindustrie. 'Het voelt weer als puur ondernemen.'

geert-jan smits flinders pacha panels
Foto: Pacha Panels

Dat de meeste producten uit de meubel- en interieurbranche op de afvalberg belanden ‘is van de zotte eigenlijk’, zegt Geert-Jan Smits. ‘Dat je spullen na een paar jaar vernietigt.’ Materialen in onze huizen en kantoren moeten wat hem betreft niet alleen circulair maar ook gezonder worden. ‘Spaanplaat en MDF worden ook wel het nieuwe asbest genoemd. Dat geeft formaldehyde af waar mensen ziek van worden.’

Daarom wil de ondernemer die materialen vervangen door bijvoorbeeld snelgroeiende gewassen (die veel CO2 opnemen), zoals stro, hennep en bamboe. Voor het niet al te milieuvriendelijke steenwol kun je afgedankte spijkerbroeken of oud papier gebruiken.

Met zijn nieuwe bedrijf Pacha Panels ontwikkelt en verkoopt hij die circulaire materialen, deels op basis van de dropshipping-methode. ‘Voor een kantoor heb je zo vijf vrachtwagens met aan isolatiemateriaal nodig. Het is een beetje onzinnig om dat zelf in een magazijn op te slaan en te wachten tot het verkocht wordt.’

Al voordat Smits vertrok bij Flinders kocht hij samen met Oscar Diele, die hem bij Flinders opvolgde als ceo, een monumentaal pand in Zaandam. Dat werd gelijk omgebouwd tot broedplaats (Viking Factory) voor bedrijven in de circulaire economie.

Tipping point

Smits weet dat het begrip ‘circulaire economie’ door sommige mensen automatisch wordt gekoppeld aan ‘geitenwollensokken’. Aan bedrijven die grondstoffen oogsten uit producten die eigenlijk op weg waren naar een vuilnisbelt of een verbrandingsoven, maar waar de gevestigde orde zich nog amper iets van aantrekt. 

Maar die circulaire economie staat volgens Smits aan de vooravond van ‘een tipping point’. Het moment waarop een eerst obscuur fenomeen ineens mainstream wordt. Zoals biologische eten nu een prominente plek heeft bij Albert Heijn. Of het online verkopen van stoelen en banken, wat nog allesbehalve gangbaar was toen Smits met Flinders begon.

Lees ook: Geert-Jan Smits (Flinders): ‘Een crisis is de perfecte tijd om te starten’

Exit met Flinders

Toen dat bedrijf flink was gegroeid stelde de ondernemer zichzelf vorig jaar voor een keuze: groeikapitaal ophalen om met overnames nog groter te worden, of de tent verkopen. Het werd het laatste. Afgelopen januari verkocht hij, samen met aandeelhouders RTL en Peak Capital, in één keer alle aandelen aan Nine United. Het Financieele Dagblad schatte de opbrengst op 40 tot 54 miljoen euro.

Wat het precieze bedrag ook was, de overname (volledig in cash) leverde de ondernemer genoeg investeringskapitaal op om te doen wat hij het liefste doet: een nieuw bedrijf opzetten. 

Hoe bevalt de overgang naar een bedrijf met zes mensen?
‘Heerlijk, eigenlijk. ‘Ik heb nu nu drie keer een bedrijf opgericht. De eerste jaren zijn super spannend en je slaapt slecht. Maar het is heel leuk. Met veel vrijheid, niet de hele dag meetings en geen OR (ondernemingsraad, red.). Het voelt weer als puur ondernemen. Ik mis de mensen van Flinders absoluut. Maar iets nieuws opzetten is echt mijn kracht.’ 

Hoe kwam je erop om je te storten op biobased materialen voor de interieurbranche? Werd je ook geïnspireerd door je investering in Occony in 2019?
‘Ja, Occony is een meubelproducent die meubels maakt van afvalstoffen, nu vooral oud papier. Daar zag ik hoe lastig het is om aan goede materialen te komen. Ik zit ook in Lloop, een SaaS-dienst waarmee organisaties hun meubels bijhouden om de levensduur te verlengen en ze te refurbishen. Zoiets kan interessant zijn voor bijvoorbeeld een gemeente als Amsterdam, die 50.000 meubelstukken heeft staan.’

Ik zoek kansen waar ik het verschil kan maken

‘Ik vind de combinatie van duurzaamheid en ondernemen mooi. Niet met een geitenwollensokkenidee, maar omdat ik veel potentie zie. Ik ben ondernemer in hart en nieren. Dus ik zoek kansen waar ik het verschil kan maken.’

‘Kijk naar de uitspraak over Shell. We moeten energieneutraal worden, maar het kost het bedrijfsleven veel moeite om dat in de praktijk te brengen. Maar de wil is er. Als ik een rol kan spelen in de overgang naar meer duurzame materialen, en als daar ook nog laten we maar zeggen platte handel in zit, dan heb je iets moois te pakken.’

Viking Factory
De circulaire hub van Geert-Jan Smits en Oscar Diele in Hembrug, een monumentaal industrieterrein in Zaandam

Hoe groot is deze markt?
‘Een miljardenmarkt, alleen al in Nederland. Maar het percentage duurzame materialen is misschien 2 procent. Op dit gebied moet nu de sprong gemaakt worden van niche naar massa. Grote spelers verwachten een bepaalde zakelijkheid en professionaliteit. Vanuit Flinders heb ik geleerd hoe je het op een heel gebruiksvriendelijke manier kan doen. Met alle wensen en eisen van een moderne koper.’ 

‘In dat opzicht pas je de lessen uit de consumentenmarkt toe op een B2B-omgeving. Dat kopers bijvoorbeeld de beschikbaarheid van materialen niet kunnen zien, dat zou bij Flinders ondenkbaar zijn. Het is nog een zeer traditionele markt, die niet zit te wachten op verandering. Maar klanten zoals architecten en projectontwikkelaars eisen wel duurzaamheid en circulaire materialen. Nu moet de bouwer zelf om.’

Lees ook: Duurzame marktplaats Dayrize wil grootste ter wereld worden

Hoe krijg je die markt mee?
‘Door inrichters te inspireren en te laten zien dat ze ook andere materialen kunnen gebruiken voor huizen, kantoren en renovaties. Met een beetje bravoure kan je veel zoekvolume naar je toetrekken. We bouwen een start of the art webshop. En we gaan zorgen voor veel reuring, online maar ook op beurzen en door architecten te bezoeken.’ 

Viking Factory
De circulaire hub van Geert-Jan Smits in Zaandam | Foto: Viking Factory

‘We hebben een Pacha Lab opgericht. Omdat we met veel nieuwe materialen werken, ontbreekt er nog kennis en er is een drempel om ze toe te passen. In het Lab testen we nu samen met de industrie dingen zoals trekkracht, buigsterkte, lijmen en verven. Met die partijen – ‘frontrunners’ –  maken we materialen marktrijp. Er staat daar net een pers van 50.000 kilo sterk waarmee we platen kunnen persen. Een duurzaam tafelblad bijvoorbeeld. Aan ene kant werk ik dus nog heel digital, maar ik ben ook heel ouderwets bezig met plakken en zagen.’ 

De innovators komen vaak niet uit de sector zelf

Toen je bij Jungle Minds vertrok en aan de slag ging met Flinders had je geen ervaring in de meubelbranche. Nu duik je weer op een nieuw gebied. Zoek je bewust telkens een andere markt?
‘Ik merk dat ik tot nu toe altijd begonnen ben met een bedrijf in een markt waar ik geen verstand van had. Daardoor word je niet beperkt door kennis en ervaring in die sector. Het mooie is dat je met een clean sheet kan beginnen. Er is niemand die zegt ‘dat heb ik tien jaar geleden ook geprobeerd, maar lukte niet. De innovators komen vaak niet uit de sector zelf.’

Wat is de belangrijkste les die je daarbij tot nu leerde?
‘Je moet heel erg open staan voor nieuwe kennis en kunnen pivotten. Je moet bereid zijn om je businessplan en je ideeën helemaal om te gooien. Je ontdekt al doende wat de vraag eigenlijk echt is. Fail fast vind ik een van de belangrijkste ondernemerslessen. Dat je daar open voor staat, en dat je daar energie van krijgt.’ 

‘Je kan de mooiste businessplannen maken, met een uitgebreide Excel-sheet. Maar een ding is zeker: die Excel-sheet komt nooit uit. Het enige wat je goed kan voorspellen zijn de kosten. De opbrengsten zijn vaak veel moeilijker.’