Winkelmand

Geen producten in je winkelwagen.

Samenwerken met een robot? En 2 andere nieuwe inzichten van technologie op werk

In samenwerking met TNO - De opkomst van kunstmatige intelligentie en robotica gaat razendsnel. Wat betekent dat voor de toekomst van ons werk? Sommige studies voorspellen een werkloosheidsgolf, terwijl anderen een stuk rooskleuriger beeld schetsen. Professor Steven Dhondt, senior research scientist bij onafhankelijke onderzoeksorganisatie TNO en hoogleraar aan de KU in Leuven, geeft zijn visie.

Steven Dhondt technologie innovatie
Professor Steven Dhondt van TNO.

Steven Dhondt coördineert bij TNO onderzoek op het gebied van de sociale impact van robotica en digitalisering. Hij legt uit dat in het verleden veel voorspellingen zijn gedaan over de relatie tussen technologie en werk. Zo zouden we massaal worden vervangen door robots. ‘Deze voorspellingen zijn niet uitgekomen, maar nieuwe technologie verandert onze manier van werken wel’, stelt Dhondt.

Hij deelt in drie verfrissende inzichten een positief geluid over vooruitgang. Hij gaat niet uit van het volledige verdwijnen van banen (substitution/vervanging door robots), maar een samenwerking van technologie en mensen (augmentation/aanpassing van werk).

1. We krijgen robots als collega’s

We leven momenteel in een tijd van ongelofelijke krapte op de arbeidsmarkt. Dhondt legt uit dat een situatie waarin er meer vacatures zijn dan geregistreerde werklozen, een uniek fenomeen is in de arbeidsgeschiedenis.

‘We hebben simpelweg te weinig medewerkers. De enige manier waarop we dit kunnen oplossen is door meer technologie in te voeren. Het probleem is dat bedrijven in Nederland en andere West-Europese landen te weinig investeren in tech. Arbeid is in vergelijking met tech te goedkoop. Met de stijgende lonen verwacht ik dat men in de toekomst toch gaat kijken naar robots.’

Dhondt schreef hier samen met Ezra Dessers een boek over: Robot zoekt collega – Waarom we meer artificiële intelligentie nodig hebben op het werk.

De cobot is in opkomst
Volgens Dhondt moeten we dan ook robots gaan inzetten die samen kunnen werken met medewerkers. ‘Een robot is een apparaat dat een vast traject van bepaalde handelingen volgt’, legt Dhondt uit. ‘Zo’n robot moet voor de veiligheid altijd omgeven zijn door een hek. Sinds tien tot vijftien jaar is men aan het experimenteren om robots zo veilig te maken dat je geen hek nodig hebt. Dan kun je echt experimenteren met de samenwerking tussen mensen een robot. Je krijgt dan een cobot (collaborative robot).’

De invoering van de cobots gaat volgens Dhondt nog niet zo soepel. ‘De belangrijkste reden daarvoor is veiligheid. Het is een beetje gek, maar de cobots die nu beschikbaar zijn, zijn te veilig. Sterker nog, we zijn er voor ons onderzoek niet in geslaagd om geregistreerde ongelukken met cobots te vinden. Doordat leveranciers cobots te veilig moeten maken, hebben deze een te lage snelheid en kunnen ze weinig gewicht dragen. Dat is juist waar je ze voor wilt gebruiken.’

Toch is er een grote kans dat je nu al een cobot thuis of op kantoor hebt staan. Dhondt geeft de robotstofzuiger als een herkenbaar voorbeeld. ‘Deze neemt taken over van schoonmakers. Tegelijkertijd zorgen ze dat ze niet tegen je aan kunnen rijden.’

2. Technologie komt alleen tot zijn recht in een lerende organisatie

Het implementeren van een vernieuwende technologie kan je organisatie veel brengen. Een belangrijke voorwaarde daarbij is dat bij de invoering goed wordt gekeken naar de mensen die de technologie gaan gebruiken.

‘In ons onderzoek hebben we vastgesteld dat de wijze waarop technologie wordt ingevoerd heel sterk verschilt’, vertelt Dhondt. ‘Zo vergeleek een van mijn doctoraatstudenten twee vergelijkbare bedrijven in de logistiek waar het proces van orderpicking moest worden verbeterd. Hiervoor kregen de medewerkers slimme brillen die hen vertelden hoe ze hun werk efficiënter konden doen.’

Een voorbeeld uit de praktijk
‘Bij het ene bedrijf gaven de medewerkers aan dat de strategie die de bril voorschreef niet goed werkte. De manier waarop ze voorheen werkten was efficiënter. Ook was de bril behoorlijk zwaar om de hele dag te dragen. Het management besloot trainingen te organiseren waar medewerkers de software beter konden laten programmeren. Voor sommige medewerkers werd de bril vervangen. Andere medewerkers konden daar prima mee werken. Het bijzondere is dat het management toeliet dat er ‘eigen middelen’ werden ingezet om hetzelfde resultaat te behalen. Zo werd de invoering van de technologie een succes.’

‘Bij het tweede bedrijf werd dezelfde bril ingevoerd, en kwamen de medewerkers met dezelfde bezwaren en problemen. Het management had echter een andere boodschap: de brillen moesten tóch worden gebruikt. Er kon niets veranderd worden vanwege de koppeling tussen de brillen en het SAP-systeem. Uiteindelijk is bij dit bedrijf het experiment na een jaar mislukt en waren de brillen voor niets aangeschaft. Zo zie je maar, technologie an sich levert niets op, het gaat om de toepassing. Er is een lerende context nodig vanuit de organisatie.’

 

3. AI: blijf als mens bijsturen

Hoe slim kunstmatige intelligentie ook wordt, volgens Dhondt blijft het van essentieel belang om “the human in the loop” te brengen. ‘Een mooi voorbeeld van dit principe is het besturen van vliegtuigen’, legt Dhondt uit. ‘Sinds eind jaren 60 kunnen vliegtuigen automatisch vliegen, toch houden we piloten in de cockpit. Processen gaan meer en meer automatisch, maar de grote rode knop blijft belangrijk. Piloten moeten altijd kunnen ingrijpen.’

‘Dat ging niet altijd goed. Bij de 737 Max ging het vliegtuig gekke dingen doen, terwijl piloten niet goed wisten wat er mis was. Dat kwam doordat piloten zonder al te veel training aan de slag konden. Daarmee kwamen er ongelukken. De mens moet altijd in the loop zijn.’

Kunstmatige intelligentie zonder human in the loop
Een ander voorbeeld is de manier waarop we tegenwoordig met behulp van kunstmatige intelligentie afbeeldingen kunnen genereren. ‘Je kunt met zo’n applicatie bijvoorbeeld een soort Van Gogh laten maken’, vertelt Dhondt. ‘Vervolgens kun je er niks mee, de mens is nog niet in the loop. Het is belangrijk om altijd de mens in te brengen als belangrijkste beslisser. Zo zou het in dit geval interessant zijn om de stijl en kleuren te kunnen aanpassen.’

Dhondt besluit dat kunstmatige intelligentie veel kansen biedt voor de toekomst van werk, maar dat het hierin wel belangrijk is om de mens aan het roer te houden. ‘De mens moet het proces kunnen bijsturen, zo kun je de opbrengsten van AI optimaliseren.’

Meer weten over de invloed van technologie op werk? Glenn van der Burg gaat in gesprek met TNO’er Michiel de Looze en Mike Strijbos van Inthergroep. Beluister de podcast van TNO: De invloed van technologie op werk