Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Bob leert waar harde feiten ophouden en fantasie begint

Bob is divisiedirecteur bij een groot concern. Bob doet zijn best. Dit keer leert hij waar harde feiten ophouden en fantasie begint.

van Jossine
aan Bob
onderwerp cv Joris

Dag Bob,
Ik heb een probleem dat ik je even discreet wil voorleggen. Wij hebben vorige maand Joris aangenomen, echt in alles een hipo en met een zeer imponerend cv. Nou gaat het over dat laatste. Zo af en toe krijg ik namelijk het idee dat het cv van Joris niet helemaal klopt. Nou schijnt het heel vaak te gebeuren dat sollicitanten hun cv bij elkaar fantaseren, maar mij geeft dit geen prettig gevoel. Heb jij enig idee hoe dit aan te pakken?
Jossine

Hoi Jossine,
Ja, ik hoor dat ook steeds vaker, van die cv’s waar niets van klopt. Heel lastig. Ik zal HR eens vragen of ze toch vooral meer willen checken, want dat gebeurt volgens mij nog maar zelden. Maar heb je concrete aanwijzingen dat die Joris liegt? Of zijn het slechts vermoedens?
Bob

Bob,
Nou ja, echt concrete aanwijzingen. Kijk, op zijn cv staat dat hij de Harvard Business School heeft bezocht, maar gisteren bleek hij geen idee te hebben waar Boston ligt. Sowieso raar trouwens, dat je met zo’n opleiding een toch wat onbeduidende junior marketingfunctie bij ons accepteert. Ach, misschien zie ik ook wel spoken.
Jossine

Jossine,
Kan dat van Boston niet gewoon een misverstand zijn geweest? En dat zo’n jongen met zo’n opleiding bij ons komt werken – dat is toch net leuk? Misschien vindt hij dit wel wijzer om te doen dan meteen aan de slag te gaan bij Shell of Philips. Ik vind je aanwijzingen nog te weinig concreet om actie te ondernemen.
Bob

Bob,
Ja, maar er zijn nog wel wat dingen. Zo loopt hij voortdurend opvallend met een BMW-sleutelhanger te rammelen, maar Sarah komt hem elke avond bij de bushalte tegen. Nou ja, ook niet erg. Maar echt vreemd: vorige week hadden we een meeting met onze collega’s uit Londen en het enige wat Joris zei was ‘yes, yes!’, vaak ook als een ‘no, no!’ wel erg op zijn plaats was geweest. Ik dacht eerst dat hij erg nerveus was, maar later kreeg ik de indruk dat hij de Engelse taal nauwelijks beheerst. Op een gegeven moment vroeg een van die Britten aan Joris: “And what do you think about our return on sales predictions?” Het bleef eerst lang stil, maar uiteindelijk stotterde hij: “Well… euh, yes, nou, euh… good!”. Ik neem hem de komende tijd toch maar niet meer mee naar dat soort meetings.
Jossine

Jossine,
Ach, Jossine, hoe was jouw eerste meeting in het Engels? Toen was je toch ook knap nerveus? Ik wel in elk geval. Doet die Joris verder zijn werk wel goed? Dat is toch waar het uiteindelijk om gaat.
Bob

Bob,
Tja, doet hij zijn werk goed. Nou ik erover nadenk, hij roept voortdurend tegen iedereen op de afdeling dat hij het zo ontzettend druk heeft, dat er veel teveel op zijn bord ligt en dan is er altijd wel iemand bereid iets van hem over te nemen. Het klinkt gek, Bob, maar het zou dus best kunnen dat hij helemaal geen werk verricht.
Jossine

Jossine,
Wil je nou eigenlijk zeggen dat wij een hipo in dienst hebben genomen die bij nader inzien geen opleiding heeft en geen werkzaamheden verricht? Dat zou echt te gek voor woorden zijn.
Bob

Bob,
Ik heb net voorzichtig geïnformeerd op de afdeling maar ik krijg inderdaad sterk de indruk dat Joris al zijn werk op handige wijze door collega’s laat opknappen en zelf niets doet. Weet je waar ik nu ook aan ga twijfelen? Dat hij elk jaar een weekje gaat skiën in Aspen en tijdens de après-ski altijd zulke goede gesprekken heeft met Jack Welch. Toen hij dat tijdens het sollicitatiegesprek vertelde was ik erg geïmponeerd, maar nu denk ik toch: zou Joris enig idee hebben waar Aspen ligt? En dan zijn golfweekendjes met Richard Branson… dat zal hij toch niet verzonnen hebben?
Jossine

Wekelijks de nieuwsbrief van Werk en Leven ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Beste Joris,
Ik zou het erg op prijs stellen als wij op korte termijn kennismaken. Ik stel dan ook voor dat we vanmiddag lunchen.
Bob

Beste directeur,
Goed idee, zo’n lunch! Helaas gaat vandaag niet lukken, want ik heb mijn wekelijkse lunchafspraak met Frans van Houten. Morgen 13 uur in La Rive?
Joris

Meer van Bob de manager:

Waarom ik DEI niet van onze website haal – en andere ceo’s dat ook niet zouden moeten doen

De snelheid waarmee Amerikaanse bedrijven hun diversiteitsbeleid afbouwen, is ronduit verontrustend, vindt Charlie MacGregor, ceo van hotelketen The Social Hub. Los daarvan is het ook gewoon onverstandig. ‘Al die organisaties wil ik een simpele vraag stellen: hoe denk je klanten aan te trekken als je geen diverse teams hebt?’

charlie macgregor the social hub diversiteit inclusie beleid
Charlie MacGregor, ceo van The Social Hub: 'Ik hoop - en denk - dat veel bedrijven gewoon aan het 'Trump-washen' zijn.'

Terwijl de wereld om ons heen razendsnel verandert, wil ik graag stilstaan bij iets dat ik moeilijk te bevatten vind. De snelheid waarmee grote Amerikaanse bedrijven hun DEI-beleid afbouwen, is ronduit surrealistisch en verontrustend om te zien.

Als oprichter en ceo van The Social Hub vraag ik me af wat dit eigenlijk over ons zegt.

Ik moet er meteen bij zeggen dat ik dit schrijf vanuit een bevoorrechte positie. Ik ben een witte, heteroseksuele en valide man, ik heb een opleiding kunnen genieten en een fijne opvoeding gehad. Mijn hele leven lang heb ik kunnen profiteren van de voordelen die onze samenleving biedt.

‘Anti-waarden’

Laten we eens kort stilstaan bij wat het acroniem DEI eigenlijk betekent: Diversiteit, Gelijkheid en Inclusie. Laat die woorden even op je inwerken. En stel je dan voor wat het betekent als je dit niet steunt, als je juist het tegenovergestelde nastreeft: Uniformiteit, Ongelijkheid en Uitsluiting.

Het is toch ondenkbaar dat je anno 2025 in de westerse wereld een team zou willen leiden op basis van die ‘anti-waarden’ – zeker als je een breed en internationaal publiek probeert aan te spreken.

Lees ook: Diversiteit staat onder druk: nu komt de echte test voor leiders

DEI kreeg momentum als een gezamenlijke reactie op de moord op George Floyd in 2020, door een witte politieagent, midden op de dag en vastgelegd op camera. Het onweerlegbare bewijs vormde de aanleiding voor de Black Lives Matter-protesten die zomer en ontketende een golf van steunbetuigingen voor meer diversiteit, gelijkheid en inclusie.

Samen met de bredere bewustwording die de MeToo-beweging had gebracht, kwam een pijnlijke waarheid naar boven. Een waarheid zo oud als de mensheid zelf: onze samenlevingen en economieën zijn geen gelijk speelveld. Ze bevoordelen structureel een bepaald type mens: de witte, heteroseksuele man. Mensen zoals ik, dus.

Succesvoller en winstgevender

Het was een kantelpunt dat de Amerikaanse mythe – hard werken is de weg naar succes – ontkrachtte. In plaats daarvan werd pijnlijk duidelijk hoe diepgeworteld de systematische ongelijkheid is. Het bood de wereld een uniek moment van zelfreflectie.

Al in juni 2020 publiceerde het World Economic Forum een DEI-toolkit voor bedrijven. Wat me vooral opviel, was dat daarin niet alleen het morele belang werd benoemd, maar ook het zakelijke. Dat is geen hogere wiskunde. De wereld ís divers.

Bedrijven die een inclusieve werkcultuur creëren en het volledige potentieel van menselijke diversiteit benutten, zijn succesvoller. Dat blijkt ook uit de cijfers: uit een onderzoek van McKinsey blijkt dat bedrijven met een divers managementteam tot 39 procent winstgevender zijn dan organisaties zonder.

Lees ook: ‘Trumps oorlog tegen ‘woke’ is precies wat diversiteit nodig heeft

Bij The Social Hub bedienen we een wereldwijd klantenbestand. Net als de vele S&P 500-bedrijven die hun DEI-beleid inmiddels aan het terugdraaien zijn. Aan die organisaties wil ik een simpele vraag stellen: hoe denk je die klanten aan te trekken als je geen diverse teams hebt? Teams die de mensen aan de top kunnen helpen om de wensen, behoeften en uitdagingen van groepen met een andere achtergrond dan zijzelf te begrijpen? Groepen die, als je ze optelt, de meerderheid vormen?

Balans vinden die werkt

Een veelgehoord argument is dat DEI ‘te ver is doorgeschoten’. En ja, er zijn extremen aan de linkerkant die intimiderend kunnen zijn. Maar het is aan ons – mijn collega-ceo’s – om hierin een balans te vinden die werkt voor zowel onze mensen als onze bedrijven.

Want voor mij zijn een divers personeelsbestand en een eerlijk en inclusief personeelsbeleid vanzelfsprekend. Wij willen en hebben een divers team; we geven iedereen gelijke kansen en doen ons best om alle medewerkers zich welkom en gezien te laten voelen. Dat is tenslotte precies wat we ook elke dag doen voor onze gasten.

Lees ook: Nederlandse bedrijven gaan niet mee in Trumps oorlog tegen DEI

Onze hubs zijn veilige, gastvrije plekken voor iedereen. Ons hotel in het centrum van Amsterdam was tijdens Pride bijvoorbeeld de officiële Pride Hub, al onze locaties hebben genderneutrale toiletten en ons netwerk van ambassadeurs bestaat uit mensen met diverse achtergronden, waarvan velen tot LGBTQIA+-gemeenschap behoren.

Daarnaast ben ik bijzonder trots op onze TSH Talent Foundation, waarmee we ‘changemakers scholarships’ aanbieden: huisvesting en ontwikkelingskansen voor briljante maar kansarme studenten, die we willen helpen hun potentieel te benutten. Afgelopen herfst werd onze inzet beloond toen we een B Corp werden, een enorme mijlpaal voor ons.

‘Trump-washen’

Ik ben van nature een superoptimistisch persoon, dus een groot deel van mij hoopt – en denkt – dat de grote internationale bedrijven die het mes in hun diversiteitsbeleid zetten gewoon aan het ‘Trump-washen’ zijn: een oude, witte, mannelijke bullebak tevreden houden door die drie letters van hun websites te halen, maar ondertussen geen echte anti-DEI-acties ondernemen.

Maar ik kies ervoor het anders te doen. Ik sta er trots voor: wij steunen DEI. Als je het mij vraagt, is dit de enige weg.