Bob heeft een functioneringsgesprek per e-mail

Bob is divisiedirecteur bij een groot concern. Bob doet zijn best. Deze keer komt hij terecht in een functioneringsgesprek per e-mail.

 

Van Bob
Aan Frank
Onderwerp Functioneringsgesprek

Beste Frank,

Sorry dat ik je functioneringsgesprek ineens moest afbreken. Maar ja, Hoofdkantoor blijft maar zeuren over de Q1-cijfers en dan ben je als directeur toch verplicht die telefoon te beantwoorden. Zullen we een gaatje proberen te vinden om het ergens volgende week af te maken?

Bob

 

Beste Bob,

Hoezo afmaken? We waren amper begonnen. Je kwam al een kwartier te laat en toen bleek ook nog dat je de verkeerde formulieren voor je had en toen begon meteen al dat getelefoneer. Weet je nog, de cursus 'Functioneringsgesprekken voeren'? Les één: bereid je goed voor. Les twee: begin precies op tijd. Les drie: neem de tijd. Les vier: creëer rust, zet de telefoon uit, laat niemand storen. Nou, die vier lessen waren kennelijk niet aan jou besteed. Misschien dat een functioneringsgesprek voor jou niet belangrijk is, maar voor mij toevallig wél.

Frank

 

Frank,

Maar natuurlijk weet ik dat een functioneringsgesprek belangrijk is – ook voor mij, het blijft de beste kans voor een directeur om te bekijken hoe we sámen een volgende stap kunnen nemen. Daarom spijt het me ook dat ons gesprek, of het begin ervan, zo hectisch verliep. Dat was niet verstandig van me. M'n pa vertelt me overigens net dat ik volgende week helemaal vol zit, vooral met het begin van de semi-definitieve Q1-afronding, dus wordt het over twee weken. Maar dan nemen we ook de tijd! Akkoord?

Bob

Bob

Nou nee, helemaal niet akkoord. Ik heb recht op een functioneringsgesprek voor 1 januari en we zijn nu al twee maanden verder. Als ik jouw functioneren zou moeten beoordelen, zou ik zeggen: deelt tijd slecht in, stelt geen prioriteiten, slordig met zijn mensen.

Frank

 

Frank,

Nou niet overdrijven, Frank. Daar wou ik het eigenlijk eens over hebben tijdens ons functioneringsgesprek: dat je zo snel dingen dramatiseert. Van iets kleins maak je dan meteen iets heel groots. Beetje relativeren kan geen kwaad, lijkt me. Maakt je ook minder stressvol, want heus, ik heb soms het idee dat je véél te gespannen bent en dat komt het resultaat van je werkzaamheden niet altijd ten goede. En ik vraag me af of je zélf wel goed prioriteiten weet te stellen. Zo was je vorig jaar hopeloos veel tijd kwijt aan de Projectgroep Effective Team Time Management en dan komen jullie na al die tijd met de aanbeveling dat er effectiever met tijd moet worden omgegaan binnen teams, nou, die had ik zo wel kunnen verzinnen. Ja, sorry hoor, maar als jij zo begint, dan zie ik me wel verplicht om op eenzelfde toon te reageren.

Bob

 

Bob,

Krijg ik nu mijn functioneringsgesprek ineens per email? Nou, dan wil ik nog wel even reageren. Zo heeft de Projectgroep Effective Team Time Management echt wel wat meer aanbevolen. Dat gebeurde tijdens een Powerpoint waar jij niet kwam opdagen, omdat je ineens weer naar Hoofdkantoor moest. En ik maak van iets kleins steevast iets groots? Ik heb je vorig jaar tig maal gewaarschuwd voor de situatie op Marketing. En jij maar telkens reageren: ach, Frank, overdrijf niet zo. Nou, je ziet wat er nu allemaal aan het licht komt: een grote chaos, gewoon wanbeleid. Nou, als jij vindt dat ik voortaan wanbeleid moet relativeren, dan doe ik dat wel hoor. Mij hoor je niet meer, als ik merk dat het ergens binnen het bedrijf misgaat, ik kijk wel uit, eer je het weet krijg ik weer te horen dat ik zaken dramatiseer.

Frank

 

Frank,

Oké, die toestanden op Marketing, dat zag je goed en tijdig, dat hadden we sneller moeten oppakken. Maar het is toch de sfeer die je dan schept: vijandig bijna. Dat zeggen je collega's ook: Frank komt zo verbeten over, dat snijdt de weg af richting constructief denken.

Bob

 

Bob,

Oh? Wie zijn die collega's dan wel? Ga je mijn functioneren nu ook al aanvallen met gebruik van anonieme bronnen? Trouwens, ik heb de verslagen van mijn laatste drie functioneringsgesprekken erbij gehaald en daar staat juist dat ik een zeer constructieve factor ben binnen mijn team en dat mijn pro actief opereren optimaal is. Jóuw woorden, Bob!

Frank

 

Frank,

Stom toevallig valt er net een afspraak uit voor morgen. Zullen we het functioneringsgesprek om 11 uur voortzetten? En laten we maar net doen alsof deze mailwisseling niet heeft plaatsgevonden!

Wekelijks de nieuwsbrief van Werk en Leven ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Bob

 

Meer Bob de manager?

Hoe de Indiase gierencrisis een perfecte metafoor is voor falend management

Toen miljoenen gieren stierven in India, volgde een economische ramp van 32 miljard euro en stierven honderdduizenden mensen. Dezelfde fatale denkfout die daartoe leidde, zien we dagelijks terugkomen in Nederlandse boardrooms, schrijft innovatie-expert Simone van Neerven.

india gierencrisis
Foto: Getty Images

Halverwege de jaren 90 van de vorige eeuw begint het sterftegetal in bepaalde regio’s in India toe te nemen. Het is onduidelijk waarom mensen te vroeg sterven, maar de problemen lijken het grootst in drukke verstedelijkte gebieden. Al gauw ontdekt men dat ook het aantal gieren ontzettend is afgenomen. Nog niet zo heel lang geleden telde India zo’n 50 miljoen gieren, maar daarvan is ondertussen zo’n 97 procent verdwenen. Die gieren blijken een cruciale rol te vervullen.

In India is de koe heilig en mag die niet worden opgegeten. Zodra een koe overleed, doken de gieren erop af en aten het karkas in een mum van tijd op. Het was een fantastisch werkend systeem voor afvalverwerking en ziektepreventie, maar door het verdwijnen van de gier bleven de karkassen lang liggen.

Bacteriën en ziekteverwekkers kwamen in het drinkwater terecht en konden zich onbelemmerd verspreiden. Straathonden namen de rol van de gieren over, maar die zijn veel minder effectief in het opruimen van rottende resten en werden bovendien zelf ook ziek. Dat leidde tot meer hond-gerelateerde problemen, zoals agressie en een stijging van hondsdolheid, die ernstige gevolgen hadden voor de volksgezondheid. Elk jaar stierven er zo’n 100.000 mensen.

Grote stappen, snel thuis

Bij nader onderzoek bleek dat de gieren stierven door nierfalen. De koeienkarkassen die ze aten zaten namelijk vol met diclofenac, een goedkope pijnstiller die voor vee prima werkt maar dodelijk is voor gieren. Naarmate de boeren dat middel steeds vaker en in grotere hoeveelheden aan hun zieke koeien toedienden, steeg ook de sterfte onder de gieren.

In plaats van de tijd te nemen om op zoek te gaan naar de kern van het probleem, neemt men maar al te graag het snelle pad. De nadruk ligt veel te vaak op het snel fixen van problemen. Er wordt niet ingezien dat het herstellen van ontstane problemen achteraf juist veel meer tijd, geld en energie kost.

In het voorbeeld van de gierensterfte in India sprong Elam Pharma maar al te graag in het gat om zieke koeien beter te maken met medicijnen en daar flink veel geld mee te verdienen. Uiteindelijk was de gevolgschade enorm. De inschatting is dat het de Indiase samenleving zo’n 32 miljard euro per jaar heeft gekost.

Pleister op pleister

Bij het oplossen van problemen wordt er vaak opportunistisch en reductionistisch gehandeld zonder de tijd te nemen om goed te onderzoeken wat er daadwerkelijk aan de hand is. We verliezen daarmee het grote geheel volledig uit het oog. De oplossingen die worden bedacht zijn suboptimaal en zorgen op hun beurt vaak juist weer voor nieuwe problemen.

Dit fenomeen van compartimenteren zie je overal terug. Bij de overheid die complexe problemen opknipt en verdeelt over de ministeries waardoor er vervolgens geen logisch en zelfs onuitvoerbaar beleid ontstaat waar geen touw aan vast te knopen is.

Verzuiling en interne concurrentie

In veel organisaties gebeurt precies hetzelfde. Daar werken afdelingen als strategie, innovatie, sustainability, (digitale) transformatie, IT en D&I nauwelijks met elkaar samen, terwijl ze wél veel raakvlakken en uiteindelijk óók hetzelfde doel hebben. Sterker nog, ze concurreren met elkaar om dezelfde resources en vechten daar hard voor om zo hun eigen KPI’s te halen, volledig blind voor het grotere plaatje.

In plaats van met elkaar samen te werken, werken ze elkaar tegen en zijn ze druk bezig om problemen weg te werken die een andere afdeling heeft veroorzaakt. De organisatie wordt er niet beter van en de echte problemen blijven onopgelost.

Bezint eer ge begint

Ren dus niet achter de feiten aan. Het loont vaak om wat langer stil te staan bij het probleem. Want door daar dieper in te graven, komt men tot andere inzichten.

Toen Jerry Sternin van Save the Children jaren geleden de opdracht kreeg om de ondervoeding van Vietnamese kinderen aan te pakken, trok hij de dorpen in om in gesprek te gaan met bewoners en met eigen ogen te zien wat er aan de hand was. Hij ontdekte dat er ook arme gezinnen waren waar de kinderen wel gezond waren.

In plaats van na te denken over hoe hij de logistiek van een enorm voedsel distributieprogramma van de grond zou krijgen, stelde hij zichzelf de vraag: “Hoe kan het dat de kinderen van sommige arme gezinnen wel gezond zijn?”. De inzichten die hij kreeg door hier verder op door te gaan, hielpen hem om een programma op te zetten dat gebruik maakte van lokale voedselbronnen die voorheen niet werden gebruikt waardoor het probleem veel structureler werd opgelost.

In het geval van de gieren in India had de vraag niet moeten zijn “Hoe krijgen we de koeien weer gezond?”, maar “Waarom worden die koeien eigenlijk ziek?”.

Lees ook deze columns van Simone van Neerven: