Nog maar kort geleden een van de paradepaardjes van de vaderlandse chipindustrie, nu verworden tot schip in nood. Haalt NXP de kerstdagen nog wel?
"Met 2 miljard euro in kas ga je niet failliet", verzekert Frans van Houten eind december nog zelfverzekerd. De ceo van NXP verklaart in één adem door ook dat er "misschien heel veel chipbedrijven gaan omvallen", maar "dat geldt niet voor ons". Mooie woorden, waar veel zelfvertrouwen uit spreekt. Maar Van Houtens optimisme wordt niet door iedereen gedeeld. Op Oudjaarsdag, twee dagen na het openhartige interview met Het Financieele Dagblad, mag hij vrij onverwacht van zijn bazen zijn bureau leegruimen.
Het is dan ook bepaald geen gespreid bedje wat opvolger Rick Clemmer aantreft. De markt voor chips verkeert in een diepe depressie; de omzet in het eerste kwartaal halveert ten opzichte van een jaar eerder tot 700 miljoen; het nettoverlies in datzelfde kwartaal komt op liefst 430 miljoen uit; fabrieken draaien op halve kracht, als ze dat al halen; werknemers zijn gedemotiveerd door elkaar opeenvolgende reorganisaties; het hele topmanagement is in een jaar tijd vervangen. De vroegere Philipsdochter torst bovendien ook nog een schuld met zich mee van bijna 5 miljard, waarover het een dikke 8 procent rente betaalt. Zonder vers kapitaal schatten analisten de levensverwachting van de chipmaker op nog hooguit een half jaar.
Uitverkoop
Hoe kon dit allemaal gebeuren? Vijf jaar geleden leek het bedrijf nog blakend gezond. NXP heette toen nog Philips Semiconductors en was volgens de in 2001 aangetreden Philips-topman Gerard Kleisterlee een van de vijf vaste pijlers onder het elektronicaconcern. Philips zou volgens hem niet zonder kunnen.
Samen met het legendarische Natlab (het Philips Natuurkundig Laboratorium, nu Philips Research geheten) representeerde Semiconductors het technologisch kunnen en innovatieve vermogen van Philips. Bijna 50 jaar lang maakte de divisie microprocessoren en transistoren voor bijvoorbeeld tv's, computers, mobiele telefoons en auto's. Nokia, Ericsson, Sony, Samsung, Hewlett-Packard en Peugeot, allemaal deden ze met Philips zaken. Tegelijkertijd ondersteunde Semiconductors andere concerndivisies bij de ontwikkeling en vernieuwing van typische Philips-producten als dvd-spelers, scheerapparaten, verlichtingssystemen en röntgenapparatuur. Op de wereldranglijst van chipmakers bivakkeerde Philips daardoor steevast binnen de toptien.
Maar in 2004 verandert plots het denken in de Philips-top. Kleisterlee, die de pech had in een neergaande conjunctuur te zijn aangetreden, zint op maatregelen om de beurskoers weer eens naar boven te krijgen, in plaats van naar beneden, zoals tijdens zijn bewind tot nu toe steeds gebeurd is. De op ‘vijf vaste pijlers' gebaseerde concernstrategie heeft het bedrijf al een jaar eerder laten varen, als de divisie Components in de uitverkoop is gedaan. Nu suggereren investeringsbanken en financieel analisten dat Philips misschien ook maar afscheid moet nemen van de conjunctuurgevoelige divisie Semiconductors. Dat zou stabielere resultaten opleveren en van het aandeel Philips een aantrekkelijker belegging maken.
Ten langen leste geeft Kleisterlee toe aan die druk. Geleidelijk draait hij de geldkraan richting Semiconductors dicht. Philips schrapt investeringen, trekt werkkapitaal uit het chipbedrijf en stelt geen geld meer beschikbaar voor overnames. En daar blijft het niet bij: Frans van Houten krijgt de opdracht onderzoek te doen naar een stand alone-scenario. Dat onderzoek pakt zo ‘goed' uit, dat Kleisterlee in december 2005 bekendmaakt dat de divisie buiten het concern zal worden gezet. "Als je niet meer van elkaar houdt, kun je beter scheiden", zal Van Houten later over die stap verklaren.
Ontvlechting
Wat volgt is een onzekere tijd waarin de top van Semiconductors nauwelijks toekomt aan de kernactiviteiten – ontwikkeling, productie en verkoop van geheugenchips. Van Houten en een team van 400 mensen worden bijna negen maanden lang in beslag genomen door het ingewikkelde proces van ontvlechting. Semiconductors blijkt bijvoorbeeld toch sterk verknoopt met het Natlab, er moet een eigen internationale organisatie opgezet worden en er moeten nieuwe systemen komen voor onder meer administratie, accounting, IT, pensioenen en registratie van intellectueel eigendom.
Ook over het uiteindelijke lot van Semiconductors bestaat in die tijd veel onduidelijkheid. Weg bij Philips, oké, maar dan: verkoop, fusie of beursgang? Van Houten mikt op een fusie, bijvoorbeeld met een topvijfspeler als Siemens-dochter Infinion en/of het Franse STMicroelectronics. Samengaan met een branchegenoot vergroot het marktaandeel, verbreedt het assortiment en verkleint de financiele risico's, zo veronderstelt hij. Chips voor Nokia-mobieltjes, Toshiba-tv's, Peugeot-airbags of Apple-iPods vergen immers een lange (en dure) ontwikkeltijd en regelmatige modernisering van fabrieken. Een chipproducent dreigt die investeringen steeds vaker niet terug te verdienen. Alleen schaalgrootte helpt dan nog om te overleven.
Kleisterlee kiest echter voor geld in het laatje. Philips' laatje welteverstaan. De markt voor chips begint te pieken, gegadigden staan in de rij, investeerders zwemmen in het kapitaal. Kortom, de tijd voor verkoop van het opgedofte en zelfstandige concernonderdeel is ideaal. En zo wordt in augustus 2006 ruim 80 procent van Semiconductors overgedaan aan een consortium van private equity-bedrijven onder leiding van het Amerikaanse Kohlberg Kravis Roberts (KKR). Prijskaartje: meer dan 6 miljard euro, boekwinst voor Philips: 4,2 miljard euro. Kleisterlee en Van Houten incasseren beiden een ‘prestatiebonus' van meerdere tonnen. Beursanalisten vieren hun eigen feestje.
Verstoten dochter
Het feestgedruis duurt echter niet lang, want met de verstoten dochter gaat het al gauw bergafwaarts. De inkt van het overnamecontract is amper droog of een kentering in de chipmarkt dient zich aan. Het bedrijf is bovendien, volgens beproefd private equity-recept, door de nieuwe eigenaren met enorme schulden opgezadeld. De 6 miljard euro die aan Philips is betaald wordt door KKR en consorten doodleuk geleend en als schuld op de balans van de chipmaker gezet, die is omgedoopt tot NXP (een soort van afkorting voor: Next eXPerience).
Van Houten vindt het op dat moment geen groot probleem. Hij voorziet dan nog optimistisch dat NXP rond 2010 een flink winstgevende omzet van zo'n 7 miljard euro zou behalen en dat de schulden eenvoudig kunnen worden afbetaald.
In werkelijkheid loopt het anders. In de loop van 2007, als de eerste tekenen van verzadigde markten en het einde van de hoogconjunctuur zichtbaar worden, komen de verkopen en winsten van NXP onder druk te staan.
Van Houten neemt ook de verstrekkende strategische beslissing om NXP terug te trekken uit een project met STMicroelectronics en het Amerikaanse Freescale, de voormalige chipdivisie van Motorola, voor de ontwikkeling van chips op een afstand van 45 nanometer (in plaats van de tot dan gebruikelijke 90 en 65 nanometer). NXP besluit de productie van dergelijke processoren uit te besteden aan de Taiwanese gigant TSMC – ook al een voormalige Philipsdochter. Daardoor kan geld worden vrijgemaakt voor de ontwikkeling van geavanceerde processoren met de nieuwste toepassingen. NXP oogstte bijvoorbeeld al eerder succes met een chip die het lcd-schermpje van mobiele telefoons helderder en scherper maakt, terwijl het batterijverbuik terugloopt.
Impliciet erkent Van Houten hiermee dat NXP schaalgrotte en kapitaal ontbeert om nog ooit tot 's werelds grootste chipmakers te behoren. Het bedrijf concentreert zich daarom voortaan op een beperkt aantal kernmarkten, Home (voor bijvoorbeeld platte tv's), Mobile and Personal (voor bijvoorbeeld telefoontjes), Automotive (dashboards, airbags) en Identification (zoals ov-chipkaarten).
Neerwaartse spiraal
Bij zijn aandeelhouders weet Van Houten in die tijd zowaar een miljard euro los te peuteren. Met dat geld mag het door Philips lang verwaarloosde bedrijf eindelijk weer eens extra in onderzoek en ontwikkeling investeren en acquisities plegen. En dat gebeurt ook, begin 2007. Voor de lieve som van 285 miljoen dollar wordt dan het Amerikaanse Silicon Labs ingelijfd, een bedrijf met een relatief sterke marktpositie in de mobiele telefonie. Veel plezier beleeft NXP evenwel niet aan die eerste overname in jaren. Want amper een jaar later verkoopt Van Houten de hele divisie Mobile and Personal – dus inclusief Silicon Labs – alweer aan concurrent STMicroelectronics, voor een bedrag van bijna een miljard.
De verkoop van dit qua omzet grootste bedrijfsonderdeel is bepaald geen teken van luxe, eerder een signaal dat NXP in een neerwaartse spiraal is beland. Het bedrijf lijdt in de eerste kwartalen van 2008 zware verliezen en is gedwongen zich terug te trekken op een almaar kleiner speelveld. NXP ontbeert immers de verkoopvolumes die nodig zijn om de miljarden op te hoesten voor ontwikkeling van chips met steeds weer nieuwe mogelijkheden. En bovendien is er nog altijd die verstikkende schuldenlast.
Van Houten probeert heldhaftig de moed erin te houden. In september 2008 presenteert hij de zogeheten operatie Redesign die NXP weer winstgevend moet maken. Kern van dat plan: sluiting of verkoop van fabrieken in onder meer Nederland, Duitsland, Frankrijk en de Verenigde Staten en het schrappen van 4.500 banen, zo'n 15 procent van het totaal.
Het mag niet baten. De omzet keldert in het laatste kwartaal van 1,7 miljard naar minder dan een miljard dollar, het verlies loopt op tot 645 miljoen dollar, op de wereldranglijst tuimelt het ooit zo trotse NXP naar plek 17. Als een van zijn eerste daden als ceo maakt de Amerikaan Rick Clemmer dan ook nieuwe reorganisaties en schuldsaneringen bekend. Van de 37.000 werknemers die er begin 2008 nog in dienst zijn, zijn er dan al nog maar 28.000 over.
Zelfs Philips gelooft kennelijk niet meer in de toekomst van het bedrijf. De waarde van hun 19,9-procentsbelang in de chipmaker wordt in 2008 twee keer fors afgeboekt. Per 31 december 2008 is het volgens de boekhouders nog maar een paar honderd miljoen euro waard. Dat er bij NXP toch nog zo'n 2 miljard in kas zit, is louter te danken aan de verkoop van de mobiele tak en de vroege opname van alle kredietfaciliteit.
Snotneuzen
Terwijl Van Houten en consorten in ruil voor goudgerande vertrekregelingen het stilzwijgen bewaren, uiten huidige en oud-werknemers van de vroegere Philipsdochter vooral hun verbijstering over de razendsnelle neergang van een onderneming die 50 jaar lang in de micro-elektronica internationaal de toon aangaf.
Op discussiefora voor professionals, zoals EETimes.com, verwerpen ze de manier waarop Philips het bedrijf heeft laten verscheuren door ‘incompetente en hebzuchtige snotneuzen van KKR, een dievenbende zonder enig benul van de branche, van strategie of technologie'. Van de ‘voormalige boekhouder' Clemmer wordt eerder een versnelling van de grote uitverkoop verwacht dan een uitweg uit de malaise.
NXP was en is een mooi bedrijf, verzekeren wetenschappers en gespecialiseerde marktanalisten. De drie resterende activiteiten hebben stuk voor stuk een aantal zeer gewilde producten, patenten en technologieen in huis. Wie bij deze onderdelen werkt hoeft niet voor zijn baan te vrezen. Maar of NXP over een jaar nog als zelfstandige onderneming bestaat? Dat is een andere vraag.
Een eind maart ondernomen poging om de miljardenschuld te saneren mislukte in elk geval jammerlijk. NXP bood houders van obligaties gemiddeld 22 cent voor elke dollar die ze hadden geleend. Slechts een kleine minderheid nam daar genoegen mee. Gelet op de aanhoudende economische malaise en de hoge kosten van reorganisaties, fabrieksluitingen en afvloeiingsregelingen, is het voor kredietratingbureau Standard & Poor een raadsel hoe de chipmaker straks nog rente kan uitkeren, laat staan zijn schulden kan afbetalen.
De bal ligt nu dus bij meerderheidsaandeelhouder KKR. Analisten houden het erop dat de Amerikaanse durfinvesteerder nieuw kapitaal zal moeten injecteren om een surséance of faillissement te voorkomen. Maar KKR zelf zit inmiddels ook in de financiële sores, want NXP is niet de enige slechte presteerder die het fonds in portefeuille heeft.
Her en der wordt wel gesuggereerd dat het verstandig zou zijn als Philips de verstoten dochter weer terug in huis haalt. Dat kan waarschijnlijk voor een fractie van het bedrag dat het concern zelf ontving in 2006. Maar of Kleisterlee daadwerkelijk de geschiedenis gaat terugdraaien en daarmee impliciet erkent dat hij met de verkoop van Semiconductors een strategische vergissing heeft begaan? Daarvoor bestaan zacht gezegd nog weinig aanwijzingen.
Waar blijft Brainport Eindhoven?
Met de bouw van de High Tech Campus voor Philips Research, het vroegere NatLab, en met bedrijven als ASML, ASMI en NXP als belangrijke werkgevers, had de regio Eindhoven een tijdlang de naam het Silicon Valley van de lage landen te zijn. Alles wat kennisintensief was, gebeurde hier. Ook de regio Nijmegen profiteerde van NXP. Eind 2007 opende premier Balkenende nog trots samen met NXP-ceo Van Houten een bedrijfsterrein dat de High Tech Campus naar de kroon moest gaan steken.
Veel overheden stonden in de rij om in deze kennisintensieve bedrijvigheid te investeren. Zo werd de regio zuid-Nederland in 2007 bijvoorbeeld nog liefst een half miljard in het vooruitzicht gesteld als subsidie voor een ‘duurzame kenniseconomie'. Wat van dat geld nu overblijft, is onduidelijk.
NXP hoeft in elk geval niet meer op veel subsidie te rekenen. De provincie Gelderland wilde een half miljoen geven voor een bedrijfsverzamelgebouw in Nijmegen, maar besloot vorige maand dat geld te schrappen. Reden: de enorme bonussen die de NXP-top zichzelf toebedeelde, ondanks de miljoenenverliezen die het bedrijf vorig jaar maakte.