ASML heeft nog altijd de beste reputatie van Nederland. Dat vinden de 4.500 zakelijke beslissers die aan de 25ste editie van dit onderzoek van het Centre for Business Innovation van Amsterdam Business School hebben meegewerkt. Al zeven jaar op rij zijn ze het daar roerend over eens.
Die eensgezindheid is er ook over de nummer twee: De Efteling. Albert Heijn is gestegen van de vierde naar de derde plaats. Opnieuw een vrij logische opmars. Dit zijn dé gevestigde waarden in Nederland, en ze zijn dominant in hun sector.
Rituals is flink gezakt
Zijn er dan geen verrassingen bij de MT500 topscorers? Jazeker, reageert onderzoeksleider Henk Volberda, hoogleraar Strategisch Management en Innovatie aan de UvA, die samen met projectleider Niels van der Weerdt het onderzoek uitvoerde.
Rituals, dat vorig jaar nog op de derde plaats stond, is gezakt naar de dertiende plaats. Om dat te verklaren, grijpt Volberda naar de vijf criteria waar de bedrijven ook op gescoord worden door hun peers in de sector: klantgerichtheid, productleiderschap, excellente uitvoering, goed werkgeverschap en duurzaam ondernemen. Het wellness-imperium van Raymond Cloosterman is ‘geduikeld als aantrekkelijke werkgever’. Ook op duurzaamheid scoort het bedrijf minder goed.
Dominantie Big Tech
Wat Volberda ook ziet is dat ‘de Amerikaanse techbedrijven de top tien echt beginnen te domineren’. Google is gestegen van de zevende naar de vierde plaats. Microsoft is met vier plaatsen gestegen en uitgekomen op plaats zes. IBM heeft een enorme sprong gemaakt van de 47ste plek naar de negende.
Nu AI in de wereld heel erg belangrijk wordt, zijn die bedrijven natuurlijk ook volop in het nieuws. ‘Al die extra aandacht draagt ook bij aan hun reputatie.’ Al is dat natuurlijk niet genoeg. Hij licht Google er even apart uit, dat hoog scoort op productleiderschap, excellente uitvoering en aantrekkelijk is als werkgever. ‘Het bedrijf betaalt zelfs minder salaris dan gemiddeld in de sector, omdat mensen heel graag voor Google werken.’
Hoe komt de MT500 tot stand?
In opdracht van MT/Sprout doet het Amsterdam Centre for Business Innovation van de Amsterdam Business School (Universiteit van Amsterdam) jaarlijks onderzoek naar de reputatie van bedrijven en instellingen onder zakelijke beslissers. Begin dit jaar heeft deze 24e editie van het onderzoek plaatsgevonden. Het gaat om een zogeheten peer-to-peer-beoordeling.
Respondenten geven hun oordeel over organisaties die actief zijn in hun eigen branche. Met 1 tot 5 sterren worden vijf dimensies beoordeeld: klantgerichtheid, productleiderschap, kwaliteit van uitvoering (conform het model van Treacy en Wiersma), goed werkgeverschap en duurzaamheid.
Het aantal organisaties waar respondenten op kunnen stemmen, is in 2025 opnieuw toegenomen. De zogeheten groslijst bestaat uit ruim 1.100 bedrijven en instellingen waarbij dit jaar voor het eerst ook NGO’s en goede doelen deelnemen. Uiteindelijk bestaat de ranglijst uit beoordelingen van 4.504 respondenten.
Non-profit in opmars
Een andere nieuwe ontwikkeling is dat de non-profit bedrijven, die vorig jaar zijn toegevoegd aan de MT500- lijst, de top tien al meteen binnenstormen. Het Rotterdamse Erasmus MC staat op de vijfde plaats, KWF Kankerbestrijding op de achtste.
‘Bedrijven met de beste reputatie hoeven dus niet noodzakelijk winst te maken. Organisaties met een heel sterke maatschappelijke focus en bijdrage vinden we steeds belangrijker worden. Net zo goed als we dat vinden voor bedrijven; naast hun economische doelstelling moeten ze ook een maatschappelijke doelstelling hebben.’
Die aandacht voor de maatschappelijke impact wordt nog eens bevestigd in het extra onderzoek dit jaar naar de prioriteiten en kwaliteiten van de toekomstige ceo. Daarvoor zijn niet alleen managers bevraagd, maar ook werknemers, en dit van zowel grote bedrijven als het mkb. In totaal namen 1564 mensen aan dit onderzoek deel. Natuurlijk komen daarin de klassieke prioriteiten aan bod voor ceo’s, zoals digitalisering en innovatie, behoud van werkgelegenheid en winstgevendheid.
Veel opvallender is dat bij alle ondervraagden de mensgerichte prioriteiten voor ceo’s domineren: welzijn, diversiteit, gelijkheid en inclusiviteit. Welzijn en inclusiviteit zijn met scores rond gemiddeld 47 en 55 procent het belangrijkst, ongeacht de functie of de grootte van het bedrijf.
Menselijke ceo’s gezocht
Volberda vindt die uitkomst opmerkelijk. ‘Met de geopolitieke spanningen van vandaag zou je eerder verwachten dat bedrijven dit soort thema’s willen parkeren.’ Soms gedwongen, zoals de bedrijven die veel zakendoen met de VS. Zij moeten afscheid nemen van hun diversiteitsbeleid. Europa schroeft onder het mom van vereenvoudiging ondertussen de duurzaamheidsdoelstellingen terug. Maar volgens Nederlandse managers en werknemers wordt hier dus echt een verkeerde afslag genomen.