Wie is de oprichter?
De gitaar- en versterkerproducent is in 1938 opgericht door Leo Fender. Hij werkte en woonde in Fullerton, Californië. Fender was een soort manusje van alles die zich langzaam speciliseerde in het opknappen van oude versterkers en muziekinstrumenten. Hij kwam erachter dat veel van de buizenversterkers – de transistorradio bestond nog niet- productiefouten hadden. Hij bouwde een naam op als monteur die goed was in het maken van custom-uitvoeringen. In het begin van de jaren veertig ging hij een partnerschap aan met een lokale electronicafanaat en samen richten ze een bedrijf op voor het opknappen en verkopen van muziekinstrumenten. In 1946 dacht Fender dat hij zo goed was, dat het tijd was om zich te focussen op het fabriceren van instrumenten. Zijn zakenpartner zag dat niet zitten. Leo ging alleen verder en vanaf dat moment was Fender Electronic Instrument Company geboren. Vanaf dat moment begon het met de bouw van zijn Tweed-versterkers en electrische gitaren, die in de jaren erna snel de wereld zouden veroveren.
Hoe veranderde zijn product de markt?
Het geheim van Fender bestaat uit twee elementen. Leo was iemand die op het juiste moment een product dat eeuwenoud was in niet echt veranderd, drastisch te innoveren. Inmiddels zijn de bekende moddelen als de Telecaster en de Stratocaster tot de klassieke tools van popmuzikanten gaan behoren. Er werd op dat moment al wel gexperimenteerd met electrische gitaren, maar dat waren allemaal modellen waarbij de kast van de gitaar hol was (de zogeheten hollow body-gitaren). Dit is een geliefd instrument bij jazz-gitaristen, maar voor rockmuzikanten die over het podium heen en weer willen bewegen, was de hollow body een loch ding. Fender lanceerde als eerste succesvol een zogeheten solid body gitaar op de markt. Met dit type gitaar konden alle wannabe Beatles en Stones-gitaristen voortaan flink scheuren. Hoewel de introductie van beroemde modellen als de Stratocaster en Telecaster wel veel andere modellen op de markt zijn gekomen, zijn ze tot op de dag van vandaag een standaard gebleven. Japanse en Koreaanse gitaarbouwers, allemaal gebruiken ze Fender als voorbeeld voor hun design. En hier komt het tweede element van het succes van Fender om de hoek kijken. Leo wist namelijk na zijn aanvankelijke mislukte partnership een samenwerking aan te gaan met ene Don Randall, die succesvolle marketing campange begon rondom de nieuwe gitaren en versterkers van Fender. Hij zorgde er ondermeer voor dat bijvoorbeeld de muziekgroep de Beach Boys met Fender gitaren en versterkers – het Fender clean-versterkergeluid is voor eeuwig met de groep verbonden- werkten. Ook werd er via reclamecampagnes en partnerships met filmmaatschappijen aangehaakt op de surfcultuur in Californië. Kortom, hij maakte van Fender een cool merk, waar steeds meer artiesten gezien mee wilden worden.
Hoe staat het bedrijf er nu voor?
In 1962 verkocht Leo Fender zijn aandelen aan CBS. Na de overname kwam de klad er wel in qua nieuwe introducties van modellen. Het grote CBS ging meer sturen op kosten verlagingen, wat resulteerde in producten die steeds vaker producten van slechtere kwaliteit. In 1985 vond er een management buy out – onder leiding van William Schultz -plaats. Willam is vanaf dat moment het merk verder gaan uitbouwen, wat onder meer inhield het in lincentie geven van het merk aan gitaarbouwers in Japan en Mexico. Hierdoor heeft het bedrijf zijn scope weten te verbreden, naast premium American-made modellen, worden er veel goedkopere modellen verkocht. Tegelijkertijd is het meer weer meer gaan richten op het vormen van een kwaliteitsmerk, door bijvoorbeeld roemruchte gitaarmerken zoals Gretsch en Guild in te lijven. Het bedrijf is er ingeslaagd , mede een herleving van zijn instrumenten onder alternatieve rockmuzikanten- in de jaren negentig oude successen nieuwe leven in te blazen. Door heruitgaven van oude, legendarische modellen weet het in te spelen op nostalgische gevoelens.