Continuïteit: dat is wat werkgevers komend jaar op het gebied van de collectieve zorgverzekering wensen. Een stabiele omgeving is nodig om nieuw beleid tot wasdom te laten komen, concluderen zij na een serie workshops over dit onderwerp.
Over de nieuwe Zorgverzekeringswet (Zvw) die sinds dit jaar van kracht is, zijn de werkgevers overwegend tevreden. Ondanks het grote aantal overstappers (2,7 miljoen, bijna 20 procent van alle verzekerden) heeft de stelselwijziging niet of nauwelijks tot problemen in de zorgverlening geleid. Wel bracht de invoering van de nieuwe wet afgelopen jaar de nodige onrust en administratieve ongemakken met zich mee.
Gezien de omvang van de operatie kozen veel werkgevers vorig jaar voor collectieve contracten met een looptijd van een jaar. Dat betekent dat nu de tijd van onderhandelingen over nieuwe contracten alweer aanbreekt. Verzekerden kunnen vanaf 1 november weer van verzekeraar wisselen en dat betekent dat de zorgverzekeraars in september hun nieuwe producten klaar moeten hebben. VNO-NCW en AWVN adviseren bedrijven met klem op tijd de onderhandelingen over de nieuwe contracten te starten.
Ter voorbereiding daarop hebben die beide organisaties samen met de bij VNO-NCW aangesloten regionale werkgeversverenigingen in de afgelopen maanden workshops georganiseerd over de collectieve ziektekostencontracten vanaf 2007. Aan deze bijeenkomsten hebben 150 bedrijven, brancheorganisaties en zorgverzekeraars deelgenomen.
Deelnemers lieten weten geen behoefte te voelen aan wederom grote wijzigingen. Ze blijven eenjarige collectieve contracten ambiëren.
Daarmee kunnen ze het meest efficiënt inspelen op de veranderende vraag van hun werknemers, die gebruik willen maken van de toegenomen flexibiliteit en keuzevrijheid. Werkgevers kunnen dit zelf stimuleren via het aanbieden van meerdere collectieve contracten. Omwille van de continuïteit streven bedrijven naar meerjarige mantelcontracten met verzekeraars. Daarin komen afspraken over service levels. Op deze manier wensen werkgevers de kwaliteit van administratieve prestaties van zorgverzekeraars te borgen.