Geboren vóór 1960 en thuis zonder werk. Einde carrière? Welnee! Met behulp van deze tips blijft u als 50-plusser uw jongere concurrent in het sollicitatieproces een stapje voor.
Ouder personeel. Bedrijven lijken er nauwelijks behoefte aan te hebben. Van elke dertien werkloze 55-plussers vond het afgelopen jaar maar één een nieuwe baan. Dat blijkt uit cijfers van het kenniscentrum van uitkeringsinstantie UWV. Senioren zijn overbevolkt in de groep langdurige werklozen. In maar liefst de helft van de gevallen gaat het om iemand van 55 jaar of ouder. Bedrijven kiezen liever voor verjonging. De 55-plusser zou als gevolg van zijn lichamelijke beperking minder goed inzetbaar zijn, neemt slechter nieuwe kennis tot zich en meldt zich vaker ziek. Vooroordelen die opvallend genoeg overigens lang niet altijd opgaan.
Verkeerde beeldvorming
Marianne Smit is Marketing Manager van Oudstanding, Nederlands grootste arbeidsintermediair die zich helemaal richt op de bemiddeling van mensen van 45 jaar en ouder. Mensen met een +, aldus het bedrijfsmotto. “Te duur, te traag en vaak ziek. Dat is de beeldvorming die hardnekkig kleeft aan deze groep arbeidsparticipanten. Toch is dat beeld gedateerd. Ga je eigen omgeving maar eens na. Mensen van vijftig zijn helemaal nog niet oud, maar in de meeste gevallen juist ontzettend vitaal en levenslustig. Het predicaat ‘te duur’ is eveneens kort door de bocht. Loonschalen kennen een maximum en als die bereikt is, dan stijgen de salarissen niet meer. De mensen voor wie wij bemiddelen blijken bovendien best bereid om salaris in te leveren, in ruil voor een baan. Dat is echter niet het algemene beeld dat bij werkgevers bestaat.”
In 2004 verrichtte TNO onderzoek naar de vooroordelen die – zeker toen nog – in het bedrijfsleven bestaan over de rol van oudere werknemers. Wat bleek? Ouderen zijn lang niet zo traag, star, ziek, zwak en misselijk als wel eens wordt beweerd. Zo stelde TNO zes jaar geleden onder meer dat leeftijd een veel mindere grote rol van betekenis speelt in het ziekteverzuim binnen organisaties. Waar het vooral om draait is afwisseling. Jongeren die lange tijd hetzelfde werk doen, zijn zelfs vaker ziek dan senioren met wisselende werkzaamheden. Erik Jan van Dalen is adviseur en onderzoeker bij TNO. Volgens hem is er sindsdien het nodige veranderd in de beeldvorming. “In 2004 golden nog allerlei afvloeiingsregelingen en werden veel oudere werknemers door hun baas op een zijspoor gezet. Dat is allemaal te kostbaar geworden. Langer doorwerken staat nu veel nadrukkelijker in de schijnwerpers. Er wordt weer in oudere mensen geïnvesteerd. Dat moet ook wel. De vergrijzing is aanstaande en de regering heeft flink het mes gezet in allerlei potjes die eerder stoppen tot voorkort mogelijk maakten. Ik zie als gevolg daarvan dat in veel bedrijven meer aandacht is voor de rol van ouderen, op een positieve manier vooral.”
Opleidingsniveau
Volgens meer recent onderzoek van TNO blijkt dat met name organisaties die relatief veel oudere medewerkers in dienst hebben, positief tegen langer doorwerken staan. Bij organisaties met minder senioren op de loonlijst heerst over het algemeen meer scepsis. Onbekend maakt onbemind dus. Volgens Van Dalen speelt vandaag de dag ook het opleidingsniveau een belangrijke rol in dit thema. “Hoger opgeleide senioren redden zich over het algemeen wel op de arbeidsmarkt. Zij hebben sowieso al meer de neiging om bij te leren en oefenen meestal beroepen uit waarin langer doorwerken minder problematisch is. Voor lager opgeleiden geldt vaak een samenhang van diverse problemen zoals weinig lichaamsbeweging, gewrichtsklachten of obesitas. Deze groep heeft bovendien vaak lang hetzelfde werk uitgeoefend. Dat maakt hun positie op de arbeidsmarkt moeilijk.”
Investeer in opleidingen
De vastgeroeste beeldvorming wordt volgens Smit vooral bepaald door de generatie die soms al decennia lang op dezelfde werkplek actief is. “Vooral in grotere organisaties zie je mensen die al vijftien tot twintig jaar hetzelfde werk doen. Het bedrijf heeft nauwelijks in ze geïnvesteerd Daardoor zitten de medewerkers vastgeroest op hun plek en in hun denken.” Smit wijst erop dat bedrijven die oudere werknemers cursussen en opleidingen aanbieden, voor dat beleid beloond worden. “Jongeren willen vooral veel ervaring opdoen en hoppen daarom sneller van baan naar baan. Ouderen hebben die behoefte niet meer. Dat zorgt voor stabiliteit en continuïteit in de organisatie. Juist daarom loont het om in senioren te investeren.” Van Dalen sluit zich daar bij aan. Volgens de onderzoeker is het zaak om ‘het leren niet te verleren’. “Een manager die zijn medewerker in twintig jaar nooit iets anders laat doen, heeft een probleem: iemand op de loonlijst die zich niet meer kan aanpassen. Dan spreken we over falend verandermanagement.”
Hoe vindt u snel een nieuwe baan?
De beschuldigende vinger alleen maar naar de werkgever wijzen gaat echter weer een stapje te ver. Ook de 50-plusser zelf zal zich extra moeten laten gelden. Met alleen de vacaturesites afstruinen en een standaard brief op de mail komt u er niet. Lees onderstaande tips eens door en doe er uw voordeel mee.
1. Blijf positief
Keer op keer worden afgewezen veroorzaakt een deuk in uw zelfvertrouwen. Dat is niet meer dan menselijk. Geef cynisme echter geen vrij spel. Daarmee bewijst u zichzelf namelijk een slechte dienst en nemen uw kansen op een nieuwe baan af. Weinig werkgevers die zitten te wachten op gefrustreerde nieuwkomers. Blijf u realiseren dat een afwijzing waarschijnlijk niets te maken heeft met talenten en persoonlijkheid, maar met de algemene situatie op de arbeidsmarkt.
2. Ga in op uw leeftijd
Schrijf een wervende brief. Uw leeftijd zal de HR-manager die het schrijven onder ogen krijgt niet ontgaan. Dat is informatie die nu al vaststaat. Maak daar slim gebruik van en zet dit gegeven om in iets positiefs. Hoe dan? Door hier in de brief naar te refereren. U bent dan misschien van voor 1960, maar wacht eens even. U tennist nog volop, loopt twee keer in de week een rondje en meldt zich in september aan de start van de Dam tot Damloop. Oftewel, u staat nog volop in het leven en beschikt over zowel ervaring als een flinke dosis vitaliteit. Iets waar veel dertigers niet aan kunnen tippen.
3. Geef uw sollicitatie een gezicht
Een wat hogere leeftijd op het cv. De HR-manager schiet er spontaan van in de kramphouding. Komt het toch tot een gesprek, dan moet hij zijn beeld meestal bijstellen. ‘Goh, zo oud en versleten is hij eigenlijk helemaal niet’. De eerste hobbel is met andere woorden meteen de lastigste. Omdat beelden meer zeggen dan duizend woorden, is het belangrijk om het cv ook te voorzien met een goed verzorgde foto van uzelf. Hij: trek een jasje aan en haal het scheermes over de kin. Zij: bezoek de kapper en breng een dun laagje make-up aan. Steeds populairder is ook het solliciteren per video. Doe net alsof u al aan tafel zit en stuur een presentatiefilmpje in plaats van een brief. Werkgevers weten zoveel creativiteit over het algemeen erg te waarderen.
4. Verdiep u in social media
U solliciteert al voordat de vacaturetekst wordt geschreven. Hoe dan? Via social media. Twitter, LinkedIn en Facebook zijn anno 2010 dé nieuwe manieren om snel aan een andere job te komen. Het merendeel van de beschikbare banen wordt immers opgevuld via het zogeheten informele netwerk. Voor veel 50-plussers valt hier winst te behalen. Verdiep u eens in de kracht van social media. U bent nooit te oud om aan de inhaalslag te beginnen. Breng om te beginnen eens alle mensen in kaart die u de afgelopen jaren heeft leren kennen. Doe dat met behulp van LinkedIn. Schroom niet om de mensen in uw contactenlijst te vertellen dat u op zoek bent naar een baan. Roep het ook tegen uw followers op Twitter. Social media. De naam zegt het al: sociaal! Mensen blijken hier opvallend snel bereid om elkaar te helpen.
5. Omscholing kan lonen
De arbeidsmarkt is dynamischer dan ooit tevoren. Dat vraagt om aanpassingsvermogen. De zoveelste afwijzing op alweer een sollicitatiebrief kan daarom reden zijn om de mogelijkheden voor omscholing eens te onderzoeken. In sommige gevallen betaalt het UWV zelfs de kosten voor zo’n studie. Om erachter te komen of u daarvoor in aanmerking komt, adviseren we u om het dichtstbijzijnde gebouw van de uitkeringsinstantie eens binnen te wandelen.
6. Breng uw competenties in kaart.
Hoewel het jaren geleden is dat u voor het laatst in de schoolbanken zat, heeft u in de tussentijd natuurlijk veel ervaring opgedaan. Niet alleen op het werk, maar bijvoorbeeld ook in vrijwilligersfuncties bij de sportclub. Laat die competenties eens in kaart brengen door bedrijven die zich daarin gespecialiseerd hebben. Dit kan u zogeheten ervaringscertificaten opleveren, documenten die aangeven wat uw kennisniveau is op een bepaald gebied. Zo’n certificaat is een welkome aanvulling op het cv en vergroten zo uw kansen op de arbeidsmarkt.
Lees ook het boek 'Functie: sollicitant' en/of volg de Training HRM: Loopbaancoaching (11-11-2010)