Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Rijkman Groenink (ABN Amro)

Hij geldt als de wonderboy van het bankwezen. Maar ABN Amro-baas Rijkman Groenink kreeg het al aan de stok met Justitie, de vakbonden en het personeel. Het wachten is nu op het oordeel van de aandeelhouders.

Geïrriteerd volgt advocaat Victor Koppe die donderdag de negentiende april het bij elkaar acht uur durende betoog van Rijkman Groenink.
Deze man, zo bedenkt Koppe al in de rechtszaal, is wel érg overtuigd van zijn eigen gelijk. Vreemd, want zijn verhaal klopt gewoon niet. Hij staat hier te verhullen dat er in het filiaal van de ABN Amro in de Amsterdamse Sarphatistraat strafbare feiten zijn gepleegd.
Koppe, die optreedt namens een voormalige werknemer van het filiaal Sarphatistraat, verbaast zich een paar maanden later nog stééds over wat zich in die Amsterdamse rechtszaal afspeelde. “Ook de rechtbank liet blijken nogal kritisch te staan tegenover een aantal van zijn uitlatingen,” memoreert hij. “Rijkman Groenink weet buitengewoon behoedzaam de bank vér van Justitie te houden. Daar is hij bijzonder behendig in. Toch was het KPMG-rapport over de Sarphatistraat vernietigend en stelt ook Justitie nog steeds dat die nummer- en coderekeningen niet mochten. Ik zal maar niet zeggen wat ik persoonlijk van mijnheer Groenink vind. Ik weet wél dat ik tijdens die zaak één ding héél duidelijk proefde: deze man maakt deel uit van de macht in Nederland. Zijn bank, ABN Amro is machtig, en dat zal hij met verve uitstralen.”

De macht van Rijkman Groenink (52) reikt zó ver dat zélfs Justitie bang voor hem lijkt. Koppe moest een strijd van bijna een jaar voeren om de rechter-commissaris zo ver te krijgen 's lands grootste bankier als getuige op te roepen. Tijdens dat getuigengehoor ventileerde Groenink een onmiskenbaar dédain. Een kwestie van routine. Groenink kent de entourage van de rechtszaal beter dan die van het gemiddelde ABN Amro-filiaal.

Hij was rechtstreeks betrokken bij geruchtmakende faillissementen als HCS, Daf, Medicopharma en Air Holland. Vooral in de HCS-affaire was zijn rol uiterst discutabel. Hij werd beschuldigd van koersmanipulatie. Groenink zou HCS-baas Joep van den Nieuwenhuyzen een aandelenverkoop hebben gesuggereerd om zo de koers te drukken. “Dat was een grapje,” poneerde hij later in de rechtszaal. En de rechter accepteerde het.

Ondanks al die affaires belandde Rijkman Groenink vorig jaar mei op het hoogste pluche van de ABN Amro. En er is maar één fenomeen dat hem daar weer af kan krijgen. Niet het fenomeen Justitie, maar het fenomeen aandeelhouder. Bij zijn benoeming beloofde Groenink dat de koers van het aandeel-ABN Amro vier jaar lang een gemiddelde groei van 17 procent zou laten zien. Tot nu toe heeft de golden wonderboy van het Nederlandse bankwezen dat absoluut niet weten waar te maken. Het aandeel-ABN Amro lijdt een nogal sluimerend bestaan. Het wachten is dan ook op de voorspelbare reactie van de aandeelhouders: time to go, boy.

Zelfverminking
Wie is Rijkman Groenink? Een leuke vraag. Een vraag die je, vreemd genoeg, niet in het bedrijfsleven moet stellen. En zéker niet bij Dé bank. Bij beiden genereert deze vraag schrikreacties. “Hij is uitermate intelligent,” is zo'n beetje de meest vergaande confidentie die opgetekend mag worden.
In de wereld van cultuur blijkt Rijkman Groenink daarentegen úiterst populair. Neem bijvoorbeeld Melle Daamen, directeur van de Mondriaan-Stichting. “Rijkman Groenink,” jubelt hij, “is zéér betrokken bij het geheel. Hij is penningmeester van onze stichting. Er wordt vaak geopperd dat hij daar geen tijd voor zou hebben, maar dat speelt absoluut niet. Hij is bij elke vergadering aanwezig. Natuurlijk weet hij niet exact wat er allemaal speelt. Maar dat is juist het knappe aan deze man. Hij kan érg goed luisteren. Binnen enkele minuten heeft hij dan de crux door. Hij is echt buitengewoon intelligent. Qua intelligentie staat hij echt een paar treden hoger dan ik.”

Zijn leven wordt niet alleen gedomineerd door bankwezen en cultuur. Hij houdt ook van jagen. Een hobby die hem in 1987 bijna fataal werd. De golden wonderboy schoot zichzelf in de elleboog. Sindsdien kost het hem moeite zijn pijp te stoppen, maar jagen doet hij nog wel.
Op zijn drieëndertigste schopt de telg uit een Fries, protestants en typisch bourgeois gezin met Hugenotenachtergrond het al tot een directiefunctie binnen de Amro-bank. Daarna gaat het hard. Hoewel beide ellebogen dan nog goed functioneren, maakt hij bij zijn mars naar de top zelfs figuurlijk geen gebruik van deze ledematen. Groenink is een man van de confrontatie. De intellectuele confrontatie.
“Hij is bijzonder slim, buitengewoon intelligent, een enorme debater,” klinkt het telkens weer. Verder gaan de confidenties niet. Ondernemend Nederland lijkt bang voor 's lands grootste bankier. Alleen 's lands grootste grutter, Albert Heijn, liet zich ooit in FEM/De Week over hem uit. “Het is een doorzetter,” debiteerde hij. “De manier waarop hij met de gevolgen van zijn jachtongeluk omgaat, vind ik knap.” Maar daarop liet de oud-commissaris (tot 1996) van ABN Amro volgen: “Het irriteerde me dat Groenink – en ik ben toch een stuk ouder dan hij – zonder overleg begon te jijen en te jouwen. Ik had verwacht dat iemand van die bank de vormen in acht zou nemen.”
Maar zo zit Rijkman (zijn voornaam is de resultante van een familietraditie), dus niet in elkaar. Zelfverzekerd is hij, op het arrogante af. Reden voor voormalig directeur-generaal Zweder Hövel tot Westerflier om kort na de benoeming van Groenink tot de raad van bestuur, de bank vaarwel te zeggen. “Ik heb twintig jaar met plezier bij de Amro gewerkt,” verklaarde hij. “Maar de mentaliteit is er veranderd. Het is harder geworden. Als u het mij zo vraagt, heeft de benoeming van Rijkman Groenink in de raad van bestuur natúúrlijk een rol gespeeld bij mijn vertrek.”

Kalkoen
Op dit moment speelt Rijkman Groenink de cruciale rol bij het vertrek van duizenden medewerkers. De topman moet zijn target waarmaken: vier jaar lang gemiddeld 17 procent groei van de winst per aandeel, waarmee qua aandeelhoudersrendement de top-vijf moet worden gehaald in een door Groenink zelf aangewezen peer-group van 20 internationale banken. Maar ABN Amro dreigt op internet de boot te missen en viel verder alleen op door de salarisverhoging van 20 procent die Groenink en zijn raad van bestuur zichzelf hadden toebedeeld. De beurskoers lijkt dan ook niet vooruit te branden, wat Dé Bank heeft doen belanden op de 21e en laatste plaats van diezelfde peer-group. Reden voor een tweede bezuinigingsoperatie, waarbij 75 procent van de Nederlandse werknemers gebruik mag maken van een vertrekpremie. 6200 banen hoopt Groenink zo te schrappen.
“Wij krijgen veel vragen over die stimuleringspremie,” meldt Daan Leeman van vakbond De Unie. “Mensen willen graag weten hoe het voor hen uitpakt, maar het idee dat ze zouden mogen vertrekken, werkt voor velen niet erg motiverend.”

De bankmedewerkers zullen nog haast moeten maken met het verzilveren van de oprotpremie. Want als het aandeel-ABN Amro niet gauw tekenen van leven vertoont, is de hoogste baas hen voor. Of zoals Hans Verkoren van concurrent ING Direct het afgelopen mei verwoordde: “Wat is de overeenkomst tussen een kalkoen en Rijkman Groenink? Ze halen beide de kerst niet.”

Wekelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

CV Rijkman Groenink

BURGERLIJKE STAAT hertrouwd, vier kinderen
WOONT in een molen aan de Vecht
MARKANT schoot zichzelf in de arm
GROOTSTE BLUNDER kan zijn belofte aan aandeelhouders niet waarmaken
HOBBY'S cultuur, wijn, jagen

CURRICULUM
1949 geboren in Den Helder
1962 gymnasium
1969 rechtenstudie te Utrecht
1974 concernopleiding Amro
1975 assistent-lid raad van bestuur
1982 directeur Bijzondere Kredieten
1988 lid raad van bestuur Amro-bank

2000 Voorzitter raad van bestuur ABN Amro