Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Nederig Nokia wil weer hip zijn

Nokia is terug aan het smartphonefront, tenminste, dat hoopt het bedrijf. De koers: nederig en hip. "We zijn veel competitiever geworden", zegt NL-directeur Sebastiaan van Silfhout.


Eind oktober presenteerde Nokia de eerste resultaten van de vergaande samenwerking met Microsoft. De Lumia 800 en Lumia 710 zijn de eerste Nokia-smartphones die draaien op het besturingssysteem Windows Phone. Eindelijk, zo kopten we, maar volgens Sebastiaan van Silfhout, de directeur van Nokia Nederland, is het juist snel gegaan. “In februari kondigden we de samenwerking met Microsoft aan, in april werd het contract getekend en in november liggen de eerste smartphones al in de winkel. We hebben snel gehandeld, en zijn daardoor veel competitiever geworden.”

Van 10 naar 5 managementlagen

Dat moet ook wel, want de laatste jaren is de voormalig marktleider voorbijgestreefd door zo’n beetje alle concurrenten. Het is een bekende ontwikkeling, en ook Van Silfhout weet dat Android en Apple’s iOS het Finse bedrijf op flinke achterstand hebben gezet. Met gevoel voor understatement zegt hij: “Je kan wel vaststellen dat zij op dit moment een veel sterkere positie hebben. Hoe snel we weer terugslaan, is echter niet belangrijk voor ons, zolang de stijgende lijn maar opgepakt wordt.”

De eerste stappen naar een nieuw Nokia werden eind vorig jaar gezet, toen Stephen Elop bij het bedrijf aantrad als nieuwe ceo. Van Silfhout: “Met zijn komst heeft de communicatie binnen het bedrijf een Angelsaksisch tintje gekregen. Hij is heel open en transparant, op ons interne sociale netwerk vroeg hij wat medewerkers hem zouden zeggen als ze vijf minuten koffie met hem mochten drinken. De reacties werden echt door hem opgepikt. Daarnaast gaat alles tegenwoordig veel sneller, en dat zie je ook in de bedrijfsvoering terug. Vroeger zaten er tussen de ceo en de engineer 10 managementlagen, nu zijn dat er nog maar een stuk of vijf.”

Stap voor stap succes

Als MT met Van Silfhout spreekt, heeft hij de Lumia 800 al vijf weken in bezit. De eerste periode zat er een beschermhoesje omheen, waardoor het toestel voor de buitenwereld onherkenbaar was. Nee, zegt Van Silfhout lachend, hij heeft het toestel niet per ongeluk in een bar laten liggen. Terwijl de markt de officiële introductie van de toestellen afwacht (op 17 november), zijn Nokia en Microsoft volgens Van Silfhout al bezig met de volgende stap. “De huidige versie van het Windows Phone-besturingssysteem was al bevroren toen onze samenwerking tot stand kwam, we werken nu samen aan volgende releases. Wij geloven dat er nog veel innovatie mogelijk is op deze markt, zowel op soft- als hardwaregebied.”

Allemaal leuk en aardig, maar is er nog wel ruimte op de smartphonemarkt voor het huwelijk tussen Nokia en Microsoft? Zonder de naam ‘Apple’ uit te spreken, zegt Van Silfhout: “Op één merk na, bestaat loyaliteit op deze markt niet.” Toch weet ook hij dat de concurrentie een flinke voorsprong heeft: Nokia is inmiddels teruggezakt naar plek 3 op de lijst met best verkopende smartphonefabrikanten, na Samsung en Apple. Van Silfhout: “Het succes zal stap voor stap komen, maar ik heb er vertrouwen in dat we terug in de race zijn.”

Drie keer zo veel marketing

Nokia mikt in de communicatie overduidelijk op een jonge doelgroep, check bijvoorbeeld het hippe reclamefilmpje dat centraal staat in de marketingcampagne (zie hieronder). “We willen hip zijn, zonder het uit te schreeuwen”, zegt Van Silfhout hierover. Het bedrijf denkt ook potten te kunnen breken bij de zogenaamde smartphone intenders: mensen die nog geen smartphone hebben, een wat oudere doelgroep dus. “Deze mensen hebben nog wél een positieve connotatie met het merk Nokia.”
 

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.


Ook op de zakelijke markt ziet Van Silfhout kansen, mede dankzij de verre integratie met Microsoft-oplossingen. “Net als Microsoft zijn we traditioneel sterk in deze markt.” Er is al flink wat interesse van bedrijven, zo zegt de directeur, maar concrete namen wil hij niet noemen. Dat bedrijven stonden te springen om hun product, was trouwens precies wat Research in Motion vertelde voorafgaand aan de introductie van de BlackBerry Playbook. Van dat apparaat is sindsdien weinig meer vernomen.

Hoe het Nokia zal vergaan zal de tijd uitwijzen, maar aan de marketinginspanningen zal het in ieder geval niet liggen: volgens Nokia-baas Elop liggen de uitgaven op dit vlak drie keer zo hoog als bij productintroducties uit het verleden. Van Silfhout benadrukt dat de nieuwe Nokia-smartphones een duidelijk alternatief zijn voor het huidige aanbod, al blijft hij bijna nederig: “Onze boodschap is: probeer het gewoon eens uit, en laat weten wat je ervan vindt.”

Lees ook:

CSRD: Last of kans? Dit vinden NS en Renewi ervan

In samenwerking met Renewi - Bedrijven kunnen er niet meer omheen: de nieuwe EU-regels (CSRD) verplichten ze om hun impact op mens en milieu inzichtelijk te maken. Is dit een administratieve last of juist een kans om slimmer en duurzamer te ondernemen? NS en Renewi lopen voorop en delen hun ervaringen, valkuilen en tips.

sacha göddeke mulder ns sanders leenders renewi
Sacha Göddeke-Mulder, directeur Duurzaam Ondernemen bij de NS, en Sander Leenders, commercieel directeur Benelux bij Renewi.

Sander Leenders is commercieel directeur Benelux bij Renewi en Sacha Göddeke-Mulder directeur Duurzaam Ondernemen bij de Nederlandse Spoorwegen. Wat zijn hun inzichten, voortgang en tips?

Wat houdt de CSRD precies in?

Sander Leenders (Renewi): ‘De Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) is een Europese richtlijn die bedrijven vanaf 2024 verplicht stelt te rapporteren over de impact van hun activiteiten op mens en milieu. Ik zie de CSRD niet alleen als een verplichting, maar juist als een enorme kans om duurzaamheid structureel te verankeren in bedrijfsvoering. Het gaat niet alleen om het voldoen aan regelgeving, maar om het creëren van een toekomstbestendig bedrijfsmodel waarin duurzaamheid centraal staat. CSRD is geen eindpunt, maar een startpunt voor verdere verduurzaming.’

Sacha Göddeke (NS): ‘Ik zie de CSRD vooral als een kans om te verbeteren. Je moet heel precies rapporteren over je duurzaamheidsinspanningen, van uitstoot tot governance. Dat is niet eenvoudig, maar op den duur geloof ik dat dit veel kan opleveren. Het biedt waardevolle inzichten en stimuleert bedrijven om van elkaar te leren.’

Wat doen jullie op het gebied van circulariteit, één van de onderwerpen binnen CSRD?

Göddeke: ‘Bij NS zijn we zuinig met grondstoffen. Door circulair ontwerpen en circulair inkopen hebben we minder (nieuwe) grondstoffen nodig en voorkomen we afval in de toekomst.’

Leenders: ‘Ons motto is: afval bestaat niet. Afval zien we als grondstof. Op dit moment recyclen we 66,2 procent van het afval, en we hebben de ambitie om dat naar 75 procent te brengen.

Is de CSRD een lust of een last?

Leenders: ‘Duurzame en commerciële impact gaan uiteindelijk hand in hand. Wij en klanten zoals NS hebben al heel hoge duurzaamheidsambities. Nu we hier uitgebreid over moeten rapporteren, kost dat extra tijd. Maar uiteindelijk brengt de CSRD versnelling: door inzichtelijk te maken waar verbeteringen mogelijk zijn. Zo kunnen we uiteindelijk sneller grote stappen zetten.’

Göddeke: ‘Het is veel werk, maar vooral een lust. Mijn team besteedt de helft van de tijd aan meten en rapporteren. Dit noem ik “vertragen om te versnellen”. Als we onze administratie nu op orde brengen, hebben we later meer inzicht in welke duurzaamheidsinitiatief de meeste impact heeft. Bovendien verplicht de richtlijn ook bedrijven die minder met duurzaamheid bezig waren om ermee aan de slag te gaan. Dat is een groot voordeel. Vanwege de ketenverplichting hebben wij duurzaamheidsdata nodig van bijvoorbeeld retailers op onze stations. Dat zijn grote bedrijven als Albert Heijn en Hema, maar ook eenmanszaken. Dankzij CSRD hebben we meer info, spreken we dezelfde taal en wordt verduurzaming nog meer een gezamenlijk doel.’

Samenwerking tussen Renewi en NS, hoe pakken jullie het minimaliseren van restafval aan?

Renewi en NS werken al vijf jaar samen om restafval te minimaliseren door zoveel mogelijk te scheiden voor recycling. Leenders: ‘Afval is slechts een deel van de CSRD, maar wel heel tastbaar aspect. Ons Renewi EcoSmart-team helpt NS dagelijks met verduurzaming. We proberen, testen, verbeteren. Vaak beginnen we met een kleine pilot, bijvoorbeeld op één stationslocatie. Wanneer die slaagt, breiden we uit. We hebben bijvoorbeeld de afvalscheiding van stations nog verder uitgebreid. Zo zamelen we bijvoorbeeld etensresten gescheiden in op stations als er een professionele keuken is. Op kantoren en werkplaatsen heeft onze samenwerking in twee jaar tijd al geleid naar 19 procent minder restafval door onder andere betere scheiding van papier en etensresten.’

ns afvalbakken
NS realiseerde een daling van 19 procent restafval op kantoor met nieuwe afvalscheidingsbakken en heldere communicatie.

Göddeke: ‘De samenwerking omvat meer dan alleen afval. We leren hoe de afvalstromen lopen, of de afvalstromen zuiver zijn en wat we kunnen doen om afval te verminderen. Op dit moment werken we samen aan CSRD. Zo leren we data te delen met ketenpartners.’

Wat zijn concrete projecten die zorgen voor minder afval?

Leenders: ‘We werken aan slimme afvalscheiding op meerdere manieren. Zoals met containers die gesplitst zijn in twee of drie soorten afvalstromen. Betere scheiding aan de bron, verhoogt het recyclingpercentage. Zo hebben we speciale containers waar bijvoorbeeld over de datum brood in kan zonder dat het uitgepakt hoeft te worden. Dat is extra logistiek voor ons, maar maakt recycling voor de retailers op de stations makkelijker.’

Göddeke: ‘Gedragsverandering en bewustwording spelen een grote rol. We gebruiken data om te analyseren hoe afval wordt weggegooid en passen vervolgens verpakkingen en prullenbakken aan. Zo stimuleren we personeel, reizigers en retailers om beter te recyclen. Daarnaast zetten we in op het voorkomen van afval. Reizigers kunnen hun waterflessen gratis bijvullen bij watertappunten op stations en krijgen korting wanneer ze hun eigen beker meenemen voor een kopje koffie. Hierdoor maken we duurzame keuzes aantrekkelijker én verminderen we de afvalberg.’

Leenders: ‘Ons motto is: afval bestaat niet. Afval zien we als grondstof. Op dit moment kunnen we 66,2 procent van het afval recyclen, en we hebben de ambitie om dat naar 75 procent te brengen.’

ns tafeltennistafel recycling
Afval bestaat niet voor NS. Deze tafeltennistafel is gemaakt van 20 jaar oude treinvloeren, die vrijgekomen zijn bij de modernisering van dubbeldekkers.

Wat is jullie belangrijkste tip voor andere bedrijven?

Göddeke: ‘Zie rapporteren op CSRD vooral als een kans. Maak inzichtelijk hoe je ervoor staat en met welke partners in de keten je moet samenwerken. Een belangrijke verandering is namelijk dat bedrijven niet langer alleen naar hun eigen activiteiten kijken, maar naar de gehele waardeketen. Dit betekent ook de impact van leveranciers en productieprocessen. Kijk naar circulaire ketenoplossingen en focus op samenwerking binnen ecosystemen om impact te verminderen. Dat is niet eenvoudig, dus begin op tijd.’

Leenders: ‘Met afval reduceren kun je vandaag al beginnen. Bijvoorbeeld door goed naar je inkoopproces te kijken welk afval er binnenkomt via leveranciers. Begin klein met een pilot. Laat zien dat het kan en loont. Zoek partners en leer van elkaar. Je kunt het niet alleen.’