Er komen steeds meer vrouwelijke managers, becijferde het CBS. Ze zijn vooral te vinden in de niet-commerciële dienstverlening.
Was in 1995 nog 14 procent van alle managers een vrouw, in 2002 was dat aandeel gestegen tot 25 procent. Dat komt neer op een aantal van 44.000. Het CBS schrijft de stijging toe aan de toegenomen arbeidsdeelname van vrouwen. Ook zijn vrouwen steeds hoger opgeleid. Hun aandeel in beroepen waar een hogere opleiding voor is vereist, waartoe het CBS ook management rekent, nam toe van drie op de tien naar vier op de tien.
Wel is het zo dat vrouwen nu beter zijn vertegenwoordigd in wetenschappelijke beroepen dan management. In het laatste geval zijn vrouwen vooral te vinden in de niet-commerciële dienstverlening. In de gezondheidszorg is zelfs meer dan de helft van alle managers een vrouw. De industrie en de bouwnijverheid tellen het laagste percentage vrouwelijke managers, slechts 2 procent.
Vorige week nog berichtte onderzoeksbureau Spencer Stuart dat het bedroevend slecht is gesteld met de positie van vrouwen aan de top van het Nederlandse bedrijfsleven. Het bureau nam 850 bestuursposten en commissariaten onder de loep. Hiervan bleken slechts 31 door een vrouw te zijn vervuld, een daling ten opzichte van de vorige meting drie jaar geleden. Dit aandeel zal vermoedelijk nog verder afnemen.
Spencer Stuart waarschuwde voor de invloed van de code-Tabaksblat, die paal en perk stelt aan het ‘stapelen’ van bestuursfuncties. De kleine groep aan de top zou nog minder invloed krijgen wanneer taken onder druk van deze gedragsregels moeten worden afgestoten. (RM)