In de toekomst kan je via een app zien wie de teler van de lekkerste aardbeien is. 'Zo gaat er minder verse waar verloren.'
Annette Poiesz heeft met haar IT-bedrijf sinds eind jaren negentig eigenlijk nooit anders gedacht dan in termen van software as a service. Maar pas sinds een jaar of tien zijn de internetverbindingen van een dergelijke kwaliteit dat die een ononderbroken dienstverlening kunnen waarmaken. En, of je fan van hem bent of niet, pas sinds Steve Jobs in 2007 met die eerste iPhone zwaaide, is ook mobiel internet pas goed van de grond gekomen.
Plantagemanagement
Dat was ook het moment waarop Poiesz aan de slag kon om haar visie om te zetten in een bedrijf. In de jaren daarvoor was ze met haar Indiase partner actief in het bij elkaar brengen in joint ventures van Indiase en Nederlandse ondernemingen. En omdat India in die tijd uitgroeide tot een enorme leverancier van IT-diensten, lag het bijna voor de hand dat Poiesz zich daarop ging focussen. 'We kwamen een leverancier tegen van bedrijfssoftware voor het managen van plantages. Typisch een product voor die regio, maar ik woonde in Bleiswijk tussen de kassen en ging toch denken: zouden tuinders in Nederland niet behoefte hebben aan software waarmee ze betere grip krijgen op hun productie en de manier waarop ze die vermarkten?'
Tuinderswereld
Dat was stap één; in de jaren daarna rijpte het plan voor een aanbod van software, waarmee vraag en aanbod in de tuinderswereld bij elkaar konden worden gebracht. Maar dan wel op de nieuwe manier, die alleen in de tijd waarin iedereen online is mogelijk is: de vragende partijen moeten direct inzicht kunnen krijgen in het aanbod en de kwaliteit daarvan van de talloze aanbieders op de markt. Poiesz nam CSC, een grote Amerikaanse IT-dienstverlener, in de arm om de software deels mee te ontwikkelen. 'Daar kijken meer mensen van op, we kwamen min of meer bij toeval met elkaar in contact,' zegt Sander Pegt, salesmanager cloud solutions en services bij CSC, dat in Nederland ook clouddiensten levert aan zakenbank Oyens en Van Eeghen. 'Zo'n grote naam als de onze blijkt voor haar deuren te openen.' Nu al gebruiken aardbeientelers Agrimore om, in combinatie met onder meer data over het weer, bemesting en de ontwikkeling van de vruchten in het verleden vooraf in te kunnen schatten wat het ideale plukmoment is.
Supermarkt aansluiten
Dat inzicht is nu nog voorbehouden aan de fruittelers en hun coöperatie. Maar Agrimore wil ook de vraagkant van de markt aansluiten op die informatie. In het voorbeeld van de aardbeienteler zou een supermarkt in de buurt moeten kunnen zien wanneer de Zomerkoninkjes op hun best zijn, zodat in de weken ervoor de marketingactie alvast in gang kan worden gezet. 'De keten rationaliseren is mooi, maar daar bestaat ook andere software voor. Maar als we op die nieuwe manier erin slagen vraag en aanbod bij elkaar te brengen, maken we echt een verschil,' zegt Poiesz.
App toont plukdatum
Jaren van ontwikkeling en proefdraaien later begint die visie werkelijkheid te worden. Agrimore biedt zijn software als dienst aan sinds 2009. Tuindersorganisatie The Greenery gebruikt het systeem al geruime tijd om inzicht te krijgen in het aanbod van een groot aantal leveranciers, die vroeger nog waren aangewezen op de veilingklok om hun waren af te zetten. Eind mei gaat een pilot van start, die daadwerkelijk de droom van Poiesz in praktijk brengt. Supermarkten kunnen dan in contact komen met individuele telers en hun klanten via een app inzage geven in de herkomst van de verse producten. 'Als je de keten zo organiseert, verbind je de consument rechtstreeks met wat men wil gaan verkopen, en uiteindelijk zou je met minder producten in de schappen toekunnen, en gaat er minder verse waar verloren. De namen van de supermarkten mag ik niet geven, maar als dit werkt, gaan we in de praktijk bewijzen richting retail en marktpartijen dat onze case werkt,' aldus Poiesz. 'Ik zou het als consument wel weten waar ik mijn aardbeien zou halen,' schetst Pegt, 'als ze bij de ene winkel twee dagen verser zijn dan bij de andere, voor dezelfde prijs.'
Keten in de cloud
Met Agrimore integreert Poiesz zo de hele keten van tuinder tot consument, met wat tegenwoordig cloudsoftware heet. Maar zelf is Agrimore ook opgezet als cloudbedrijf. 'Eigenlijk hebben we van begin af aan alles uitbesteed en op afstand georganiseerd. Een deel van de ontwikkeling gebeurt al jaren vanuit Vietnam, waar we uitkwamen nadat de relatie met onze Indiase ontwikkelpartner stukliep. Uiteindelijk hebben we in Vietnam onze eigen mensen zitten. Een ander deel van de software is gebouwd door CSC, een leverancier waar we sinds twee jaar ook onze computercapaciteit volgens het cloud compute model afnemen. 'Een website hosten bij een internetaanbeider is toch echt wat anders dan software ondersteunen die echt bedrijfskritisch is, zoals in dit geval,' zegt Pegt. Dan mag de server er niet even uitliggen, en verwacht je service op het niveau die ook de grootste bedrijven ter wereld eisen. Die toegang biedt de cloud.'
Pieken en dalen
Nee, Agrimore en zijn gebruikers zorgen nog niet voor de volumes in het verkeer en rekencapaciteit waarvoor massa's servers voor staan te zoemen. 'Dat valt op dit moment wel mee, en met eigen servers hebben we nooit issues gehad, maar het uitbesteden via de cloud scheelt ons gewoon veel tijd, geld en aandacht: het beheer van servers, het updaten van de laatste software, het leidt gewoon af van je core business.' Als het platform van Agrimore aanslaat bij retailers en tuinders en het aantal gebruikers groeit, is dat technisch geen punt. En het opvangen van de pieken en dalen het verkeer is ook een groot pluspunt van de cloud: 'In de tuinderswereld is de grootste activiteit traditioneel in de vroege ochtenduren. Daar is de capaciteit die we afnemen bij CSC ook op afgestemd.' Pegt van CSC: wij rekenen zelfs af per minuut, en sturen daarvoor een keer per maand een rekening.
Volgende stap: vlees
Bij bederfelijke waar als groente en fruit lijkt de cloud geschikt om de keten te optimaliseren en de consument zekerheid te geven waar zijn prei en aardbeien vandaan komen. Maar nog veel actueler is natuurlijk de herkomst van vlees, die ondanks alle maatregelen en administratieve rompslomp lang niet altijd met zekerheid is vast te stellen. 'In beginsel is ons systeem geschikt voor alle producten, waarbij verse artikelen het meest tijdgevoelig zijn en de hoogste marges kennen. Met bonbons zijn we aan het proefdraaien, zodat consumenten inzicht kunnen krijgen in welke cacaobonen erin verwerkt zitten. Maar vlees staat inderdaad op mijn radar, als je ziet hoeveel missers in die industrie zijn begaan de afgelopen jaren, is daar echt een grote vraag. Ik zou willen beginnen met biologisch vlees: als je in de winkel op je app kunt zien bij welke boer de koeien hebben gegraasd, is dat natuurlijk een droom.'