De financiële crisis raasde over de wereld en trof iedereen recht in het gezicht. Nou ja, iedereen? Eén geïndustrialiseerde natie hield manhaftig stand. Het was Nieuw-Zeeland. Onderzoek van de DNB onthult het geheim: een flexibele arbeidsmarkt.
In Christchurch wordt nog naarstig naar overlevenden van de verwoestende aardbeving gezocht. De stad ligt in puin en het herstel van alle ingestorte gebouwen zal lang vergen. Hoe tragisch de gevolgen van de grote beving ook zijn, het had nog erger kunnen zijn. De verwoesting had ook nog bovenop een veel diepere recessie kunnen komen. Maar Nieuw-Zeeland kwam relatief ongehavend uit de financiële crisis.
Onnodig inkomensverlies
Terwijl in Nederland het inkomensverlies van de crisis, als gemeten tussen het hoogste punt voor de crisis en het laagste punt tijdens, bijna 5 procent bedroeg, was dat in Nieuw Zeeland slechts twee procent. De reden hiervoor is volgens het DNB-onderzoek dat onze (bijna) antipoden 's werelds meest flexibele arbeidsmarkt hebben. Het rigide Spanje, waar flexibiliteit op de arbeidsmarkt vrijwel ontbreekt, had zichzelf dus een boel ellende kunnen besparen. Met dezelfde flexibele arbeidsmarkt als flexkampioen Nieuw-Zeeland had Spanje het inkomensverlies met twee procentpunt kunnen beperken. Niet verwonderlijk dan dat de, voorzichtig geformuleerde, beleidsaanbeveling van de DNB luidt om de arbeidsmarkt verder te flexibiliseren. Daarbij moeten vooral de kosten om nieuw personeel aan te nemen naar beneden.
MT schreef al eerder over CPB-onderzoeker Henry van der Wiel die aantoonde dat de hoge kosten en zware regulering die in Nederland gepaard gaan met het aannemen van nieuw personeel, de groei en winstgevendheid van ondernemingen in de zakelijke dienstverlening blokkeert. Ook dit is een vorm van inkomensverlies, de opportunity loss, maar die zit niet in het DNB-onderzoek.
Arbeidsmarkt ongemoeid in regeerakkoord
De Nederlandse regering heeft ervoor gekozen de grote arbeidsmarktdossiers, waaronder het ontslagrecht en de ww ongemoeid te laten. Mocht het toch zover komen, mogelijk in de slipstream van de door minister Kamp in een Volkskrant-interview bepleitte brede herinrichting van de sociale zekerheid, dan zou dat aansluiten bij de realiteit. Dat blijkt tenminste uit gezamenlijk onderzoek van TNO en het CBS over de dynamiek op de Nederlandse arbeidsmarkt. Die neemt structureel toe. Wel is het zo dat die dynamiek vooral bij jongeren te vinden is. Tussen 2008 en 2009 wisselde bijna één op de vier (24,2 procent) van baan. Bij ouderen is die dynamiek aanzienlijk lager. Slechts 4,4 procent van de werknemers tussen 45 en 65 wisselden in dezelfde periode van baan.
Geen wondermiddel
Hoewel het inkomensverlies ten gevolge van een crisis beperkt wordt door een flexibele arbeidsmarkt, is het geen wondermiddel. De DNB-onderzoekers vonden geen verband tussen de duur van de crisis en de mate van deregulering of flexibiliteit van de arbeidsmarkt. Anders dan vaak wordt betoogd is het dus niet zo dat door het mee-ademen de economie zich sneller herstelt. En ook de Nederlandse praktijk hapert. Een beschamende 6,4 procent van de in 2008 werklozen tussen 45 en 65 had een jaar later wel werk. Ook is het niet zo dat tijdelijk werk een opstap is naar een vaste baan, of dat de duur van de werkloosheid beperkt wordt. Werknemers met een flexibel contract lopen groter risiso op werkloosheid, turfde het CBS. Hoewel de kosten van de crisis over het geheel lager zijn bij een flexibele arbeidsmarkt is het in Nederland zo, dat de tweedeling tussen de insiders en de outsiders, de prijs van de crisis vrijwel geheel bij de flexwerkers legt.
Lees meer over de arbeidsmarkt
- Hoe de arbeidsmarkt opkrabbelt
- Mondiale visie moet arbeidsmarkt redden
- Arbeidsverdeling is taakverdeling